Raad neemt verordening aan over 15% gasbesparing voor deze winter

Om de energie­voorzienings­zekerheid in de EU te vergroten, heeft de Raad een verordening aangenomen betreffende een vrijwillige vermindering van de vraag naar aardgas met 15 % deze winter. Het akkoord voorziet ook in de mogelijkheid om een "Unie-alarm" over de voorzienings­zekerheid te activeren. De vraag verlagen wordt dan verplicht.

Doel is te besparen voor deze winter mocht Rusland de gaskraan helemaal dichtdraaien, nu het land de energie­voorziening voortdurend als wapen gebruikt.

De lidstaten besloten hun gasvraag tussen 1 augustus 2022 en 31 maart 2023 met 15% te verlagen ten opzichte van hun gemiddelde gebruik van de afgelopen 5 jaar. Hoe ze dat doen, mogen ze zelf bepalen.


Hoewel alle lidstaten hun uiterste best zullen doen, nam de Raad ook een aantal vrijstellingen op in de verordening, evenals de mogelijkheid om een gedeeltelijke of in sommige gevallen volledige uitzondering te vragen op het verplichte reductie­doel. Daarmee wordt tegemoet­gekomen aan de specifieke situatie van elke lidstaat, zodat het lagere gasverbruik de voorzienings­zekerheid in de EU daadwerkelijk verhoogt.

Lidstaten die niet zijn aangesloten op het gas­netwerk van andere lidstaten, zijn vrijgesteld van de verplichting omdat zij anders grote hoeveelheden gas niet zouden kunnen vrijmaken voor andere lidstaten. Lidstaten waarvan het elektriciteitsnet niet synchroon gekoppeld is aan het Europese elektriciteits­systeem en die in grotere mate afhangen van gas om elektriciteit op te wekken, zullen ook worden vrijgesteld als zij niet synchroon gekoppeld zijn aan het net van een derde land. Zo kan een mogelijke elektriciteits­crisis worden afgewend.

Lidstaten waarvan het aantal inter­connecties met andere lidstaten beperkt is en die kunnen aantonen dat hun uitvoer­capaciteit en hun nationale lng-infrastructuur maximaal wordt gebruikt om gas naar andere lidstaten te transporteren, kunnen hun reductie­doel beperken.

Ook lidstaten die hun doelstellingen voor het aanvullen van de gas­voorraden ruimschoots hebben gehaald, kunnen hun reductie­doel beperken als zij in grote mate afhangen van gas als grondstof voor belangrijke bedrijfs­takken. Als hun gasverbruik het afgelopen jaar met minstens 8% is gestegen ten opzichte van het gemiddelde van de afgelopen 5 jaar, kunnen ze er ook voor kiezen om een andere berekeningswijze te hanteren.

Voorts willen de lidstaten de Raad een belangrijkere rol laten spelen bij het activeren van het "Unie-alarm". Het alarm zou op voorstel van de Commissie door de Raad worden geactiveerd met een uitvoeringsbesluit. De Commissie dient dat voorstel in bij een hoog risico op een ernstig gastekort of een uitzonderlijk hoge gasvraag, of op verzoek van minstens 5 lidstaten die op nationaal niveau een alarm hebben afgekondigd.

Bij het bepalen van de maatregelen om de vraag in te dijken, moet worden overwogen de voorkeur te geven aan alternatieven zonder gevolgen voor beschermde afnemers, zoals huishoudens, of voor diensten die essentieel zijn voor een goed functionerende samenleving, zoals kritieke entiteiten, de gezondheidszorg en defensie. Voorbeelden van maatregelen zijn een lager gasverbruik in de elektriciteits­sector, het bevorderen van de overstap op andere brandstoffen in de industrie, nationale bewustmakings­campagnes, gerichte verplichtingen om verwarming en koeling te beperken, en markt­gebaseerde maatregelen zoals veilingen tussen bedrijven.

De lidstaten zullen hun nationale noodplannen actualiseren met hun voorgenomen maatregelen om de gasvraag terug te dringen, en regelmatig bij de Commissie verslag uitbrengen over de uitvoering van hun plannen.

De verordening is formeel aangenomen via een schriftelijke procedure. De aanneming volgt op een politiek akkoord dat de ministers tijdens de buitengewone zitting van de Raad Energie op 26 juli hebben bereikt. De verordening zal nu in het Publicatieblad worden bekendgemaakt en op de volgende dag in werking treden.

De verordening is een uitzonderlijke en buitengewone maatregel van voorbijgaande aard. De aanvankelijke geldigheidsduur is 1 jaar en uiterlijk in mei 2023 beoordeelt de Commissie op basis van de algemene situatie van de gasvoorziening in de EU of verlenging aan de orde is.

Achtergrond

Nu Rusland de gastoevoer aanzienlijk heeft teruggeschroefd en de gaskraan mogelijk volledig dichtdraait, staat de EU voor een potentiële crisis op het gebied van voorzieningszekerheid. De lidstaten moeten zich daar onmiddellijk op voorbereiden door gecoördineerd en solidair te werk te gaan. Hoewel het risico voor de voorzieningszekerheid niet in alle lidstaten even groot is, hebben zware verstoringen in bepaalde lidstaten ongetwijfeld gevolgen voor de economie van de EU als geheel.

De verordening vormt een aanvulling op reeds bestaande EU-initiatieven en -wetgeving om de gaslevering aan de burger veilig te stellen en de consument te beschermen tegen ernstige voorzienings­verstoringen, zoals Verordening (EU) 2017/1938 over de gasleverings­zekerheid.

Zij bouwt voort op andere initiatieven om de veerkracht en gasleverings­zekerheid van de EU te vergroten, zoals een verordening over gasopslag, de totstandbrenging van een Europees platform voor de aankoop van energie, en de initiatieven van het RePowerEU-plan.


Bron : Raad van de Europese Unie, 5 Augustus, 2022

Mots clés

Articles recommandés

Neen, alles is niet ok met onze economie!

Spaanse regering plant wetswijziging aan ‘Gouden Visum’ verblijfsvergunning

Federale staatsschuld per einde maart 2024 ?