Terwijl Trump ondertussen zowat dagelijks voor chaos zorgt op economisch en geopolitiek vlak, blijft de Belgische economie rustig draaien. Volgens de eerste ramingen van de Nationale Bank blijft dat ook zo in de eerste maanden van dit jaar. De voorbije twee jaar groeide de Belgische economie aan een vrij stabiel tempo van iets minder dan 1% op jaarbasis. Voor het eerste kwartaal rekent de Nationale Bank op een groei van 0,8% op jaarbasis, lager dan normaal, maar nog altijd positief. Ondanks die groei zijn er toch belangrijke waarschuwingssignalen voor onze economie.
Het volatiele gedrag van president Trump met vooral veel aankondigingen (onder meer over de invoerheffingen) zorgt voor veel onzekerheid. Daarnaast is het ook onzeker hoe andere economische blokken zoals China en Europa daarop zullen reageren. Daardoor zijn indicatoren van beleidsonzekerheid op wereldvlak opgelopen tot piekniveaus, vergelijkbaar met de situatie van begin 2020 toen covid voor beleidschaos zorgde. Dat soort onzekerheid over welke richting het beleid uitgaat, is lastig voor bedrijven. Die moeten in zo’n geval grotere buffers aanhouden (voorraden, maar ook financieel) en kunnen moeilijker investeringsbeslissingen nemen. Beleidsonzekerheid weegt op de economische activiteit.
De Amerikaanse aandelenmarkten werden de voorbije dagen opgeschrikt door een reeks tegenvallende economische cijfers. Door een aantal tegenvallende economische cijfers kwam meer en meer de vraag naar boven of de Amerikaanse economie op weg is naar recessie. Dat lijkt vooralsnog voorbarig. De aandelenmarkt is niet meteen een betrouwbare voorspeller van de economische dynamiek. Dat betekent niet dat er niets aan de hand is. De groei van de Amerikaanse economie is aan het vertragen en de beleidschaos van Trump helpt zeker niet. Maar voorlopig lijkt de private economie sterk genoeg om een recessiescenario te vermijden. Niettemin is het risico op recessie in de VS groter dan een paar maanden geleden, en blijft het natuurlijk moeilijk te voorspellen wat de volgende stappen van Trump zullen zijn. Hoe dan ook is een zwakkere Amerikaanse economie geen goed nieuws voor de rest van de wereldeconomie.
In zijn eerste weken zette Trump invoerheffingen in als het centrale instrument in zijn economische en internationale beleid. Hij kondigde invoerheffingen van 25% aan voor Canada en Mexico (pauzeerde die meteen, liet ze na een maand dan toch ingaan en pauzeerde ze opnieuw), dreigde met heffingen van 50% voor Canadees staal (om die dan dezelfde dag nog weer af te blazen), liet heffingen van 25% ingaan voor Europees staal, dreigde met heffingen van 25% op alle invoer uit Europa en zelfs 200% op alcoholische dranken, lanceerde twee maal heffingen van 10% op invoer uit China, … Onder meer Canada, China en Europa reageerden met eigen heffingen op producten uit de VS. Invoerheffingen zijn slecht nieuws voor de economische activiteit, en de grote onzekerheid daarrond is een extra negatieve factor. Zeker voor de Belgische economie die zeer afhankelijk is van de internationale handel (ook al is dat vooral binnen Europa) is dat slecht nieuws.
De voorbije jaren bleef de Belgische economie groeien, maar opmerkelijk genoeg groeide de publieke sector daarbij sterker dan de private sector. Dat is niet echt een gezonde situatie. De economische groei in de private sector kwam doorheen 2024 uit op amper 0,9%, ongeveer de helft van het normale groeitempo. In belangrijke sectoren als industrie, handel en de financiële sector, samen goed voor bijna de helft van de activiteit in de private sector, kromp de economische activiteit (gezamenlijk -0,6%). Dat werd gecompenseerd door relatief sterke groei in de ICT en de vrije beroepen en administratieve diensten. Maar dat een groot deel van de private sector in het rood zit, houdt uiteraard risico’s in voor de hele economie.
Het vertrouwen van de Belgische ondernemers (volgens de maandelijkse enquête van de Nationale Bank) blijft hangen op een niveau dat in het verleden overeen kwam met een stagnatie van de economie. Een eigen Voka-enquête bij 700 Vlaamse ondernemers schetste een nog pessimistischer beeld: bijna 2 op 3 van de respondenten schat de huidige economische situatie als negatief in. Die sombere inschatting heeft allicht vooral te maken met de vele onzekerheden waarmee de ondernemers vandaag geconfronteerd worden. De hierboven vermelde beleidschaos en de handelsoorlog, maar ook de Europese regelgeving, de plannen van de nieuwe regeringen bij ons, de dynamiek van energie- en andere grondstoffenprijzen, … creëren een moeilijk klimaat om in te ondernemen.
Volgens de recentste vooruitzichten van de Nationale Bank zal de Belgische export van 2022 tot 2025 met 13% afnemen in volume. Dat is gedeeltelijk een correctie van de coronaboost in de farmasector, maar er is duidelijk meer aan de hand. In 2025 zou onze export op hetzelfde niveau uitkomen als in 2019. In dezelfde periode zouden onze buitenlandse afzetmarkten met zo’n 11% groeien. Dat betekent dat de Belgische exporteurs meer dan 10% aan marktaandeel verliezen op de internationale markten. Volgens de huidige verwachtingen zal dat verlies in 2026-2027 verder oplopen. De aantasting van onze concurrentiepositie ondermijnt het groeipotentieel van onze economie op langere termijn.
De economische activiteit in de industrie neemt ondertussen al acht kwartalen op rij af. De toegevoegde waarde in de industrie lag eind 2024 6,4% lager dan net voor covid. Die terugval deed zich vooral voor in de energie-intensieve industriële sectoren. Sectoren als chemie, staal en kunststoffen kijken aan tegen een terugval van 20 tot 30% sinds eind 2019. Zowel de Europese als de Vlaamse overheid kondigden de voorbije maanden plannen aan om de industrie te ondersteunen. De aanzienlijke energiehandicap in vergelijking met de VS en grote delen van Azië, de voorbije jaren zowat de spreekwoordelijke druppel, blijft evenwel zeer reëel en moeilijk op te lossen.
De economische malaise en onzekerheid laten zich ook voelen op de arbeidsmarkt. Over heel 2024 kwamen er op de Belgische arbeidsmarkt netto wel nog 11.500 jobs bij. Maar dat was vooral te danken aan de publieke sector. In de private sector gingen er netto 1.100 jobs verloren in 2024. In de industrie gingen 9.400 jobs verloren, maar ook in de landbouw, de bouw, de handel en de ICT gingen er jobs verloren. Voorlopende indicatoren zoals de uitzendactiviteit en de werkgelegenheidsverwachtingen in de belangrijkste sectoren lijken de jongste maanden wat te stabiliseren, maar wel op lage niveaus. Duidelijke beterschap op korte termijn lijkt er nog niet meteen in te zitten.
Na een spectaculaire toename in de voorbije jaren stabiliseert het aantal faillissementen de jongste maanden, maar dus wel op een hoog niveau. De voorbije 12 maanden (tot eind februari) gingen in België 11.000 bedrijven failliet. Daarbij gingen 33.000 jobs verloren. In Vlaanderen zit het aantal faillissementen zelfs op een historisch recordniveau. De voorbije twaalf maanden gingen in Vlaanderen 6.300 bedrijven failliet, wat gepaard ging met 19.000 verloren jobs.
Met de mindere economische activiteit, het feit dat de Arizona-regering te laat kon starten om dit jaar al een verschil te maken, en vooral de extra miljarden die versneld nodig zijn voor defensie (alvast 4 miljard extra tegen de zomer) moeten de budgettaire plannen van Arizona nu al herbekeken worden. Het is nu al duidelijk dat er extra inspanningen nodig zullen zijn om het begrotingstekort onder controle te krijgen. Tegelijkertijd is er nu al veel protest tegen de geplande besparingsmaatregelen (ook al blijven die al bij al beperkt). Het risico is reëel dat de nieuwe regering uiteindelijk op zoek gaat naar extra belastinginkomsten om de budgettaire uitdagingen op te vangen. Gezien onze al zware belastingdruk zou dat wegen op de economische activiteit.
De Belgische economie blijft voorlopig groeien, zij het aan een lager tempo dan normaal. Dat impliceert dat er weinig (extra) moet mislopen voor recessiescenario’s in zicht komen. Een mogelijke verdere escalatie van de handelsoorlog en de onzekerheid daarrond kan daarbij een trigger zijn. Anderzijds is er ook de mogelijkheid dat Europa (mee onder druk van Trump) eindelijk wat zaken echt gaat aanpakken, wat voor een positieve dynamiek kan zorgen. De plannen van de inkomende Duitse regering om massaal te gaan investeren, zijn alvast een stap in de goeie richting die ook positieve gevolgen zou hebben voor onze economie (ook al duurt het nog wel een tijd voor dat echt op gang komt). Op korte termijn blijft onzekerheid evenwel de vooruitzichten overschaduwen.