Bij de invoering van de Inkomstenbelasting in 1919 stond het draagkrachtbeginsel centraal. Via progressieve tarieven werd het “sterkste schouders, zwaarste lasten”-principe ingevoerd.
Het progressiviteitseffect is 100 jaar later sterk verwaterd door het toptarief van 50%-tarief reeds toe te passen vanaf een bruto-inkomen van 48.000 euro.
Het voorstel uit de supernota van Bart De Wever doet de progressiviteit nog verder verwateren door het toptarief van 45% reeds toe te passen vanaf 30.000 euro.
Hervormen betekent in eerste instantie een discussie voeren over de fundamenten van de fiscaliteit.
Is het draagkrachtbeginsel nu nog fiscaal axioma of niet?