Regeerakkoord Arizona-coalitie - fiscale maatregelen voor werknemers

• Vanaf 2027 zullen de nettolonen van iedereen die werkt stijgen. Dit zal worden bereikt door het verhogen van de belastingvrije som, het verlagen van de bijzondere sociale zekerheidsbijdrage en het versterken van de sociale werkbonus.
• Het fiscale regime voor auteursrechten kan opnieuw worden toegepast op inkomsten uit de overdracht of licentie van computerprogramma's.
• De sociale werkgeversbijdragen worden geplafonneerd vanaf het loon van de premier (voor 2022 was dit 275.678,70 euro). Tot nu toe bestond een dergelijk plafond niet.
• Het systeem van flexibel verlonen zal wettelijk omkaderd worden. Zo moet het aantrekkelijker worden om werknemers te belonen in geld, eerder dan in voordelen in natura. Brutoloonruil zal ook beperkt worden tot maximaal 20% van het jaarlijkse brutoloon.
• Er komt zo snel mogelijk een kader voor kosten eigen aan de werkgever/onderneming.
• Bestaande collectieve bonussystemen (zoals CAO 90 en winstpremie) zullen worden vereenvoudigd en geharmoniseerd. Deze harmonisatie mag echter niet leiden tot enige verhoging van de fiscale lasten, noch voor de werkgever, noch voor de werknemer.
• Voor maaltijdcheques zal de maximale werkgeversbijdrage stijgen met maximaal twee keer €2. Andere cheques (ecocheques, cultuurcheques, enz.) worden uitgedoofd.
• Bezoldiging van bedrijfsleiders:
  • Het bestaande minimumloon van 45.000 EUR voor bedrijfsleiders (om te genieten van het verlaagd tarief van 20% vennootschapsbelasting op de eerste 100.000 EUR winst) wordt opgetrokken tot 50.000 EUR en zal voortaan geïndexeerd worden.
  • Bovendien mag maximaal 20% van het jaarlijkse brutoloon bestaan uit voordelen alle aard.

• Na afloop van de tijdelijke regeling voor ploegenarbeid (zogenaamde “BIS-variant”) op 1 januari 2027 wordt een (mogelijk alternatief) systeem ingevoerd dat de fundamenten en het voordeel garandeert.
• Als onderdeel van een mogelijke modernisering van het arbeidsrecht zal nachtarbeid gelden vanaf middernacht in de plaats van 20.00 uur, zoals nu het geval is. De regering zal bekijken of deze verandering aanpassingen aan de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor nachtarbeid vereist.
• Er zullen verduidelijkingen en verbeteringen worden aangebracht om de rechtsonzekerheid met betrekking tot de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor onderzoek en ontwikkeling te verminderen, met name voor universiteiten, fondsen voor wetenschappelijk onderzoek, enz. Er zal een convenant worden opgesteld tussen de bevoegde federale administraties, met duidelijke criteria over de manier van samenwerking.
• Er zal een spending review worden uitgevoerd om de effectiviteit van de verschillende regimes van vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing te onderzoeken.

• Verhoging van de belastingvrije vergoeding van 30% naar 35%.
• Afschaffing van het jaarlijkse plafond van €90.000. Zolang de belastingvrije vergoeding niet meer bedraagt dan 35% van de totale jaarlijkse bruto bezoldiging, kan het regime onbeperkt toegepast worden.
• De minimale bruto bezoldiging wordt verlaagd van €75.000 naar €70.000.

• De fiscus en de RSZ onderzoeken hoe fiscale controles op de 183-dagenregel kunnen worden verbeterd door gebruik te maken van gegevens die beschikbaar zijn bij de RSZ (zoals A1-attest, LIMOSA-aangifte, etc.).
• De regering zal maatregelen nemen om de fiscale administratieve lasten voor grensarbeiders te verminderen. Daarnaast wordt in overleg met de buurlanden actief gestreefd naar maatregelen om de fiscale situatie van grensarbeiders binnen een budgetneutraal kader te vereenvoudigen.

• Harmonisatie en vereenvoudiging van de verschillende stelsels van de tweede pensioenpijler voor zelfstandigen.
• Hervorming van de 80%-regel.
• Versoepeling van de regels voor pensioenopbouw voor zelfstandigen in combinatie met een verhoging van het bijdragepercentage.

• Vereenvoudiging van de regels voor de aftrekbeperking van autokosten.
• Ruimere overgangsperiode voor de fiscale aftrekbaarheid van hybride auto's
  • Het maximale aftrekpercentage van 75% blijft gehandhaafd tot eind 2027.
    • Vanaf 2028 wordt het maximale aftrekpercentage verlaagd tot 65%.
    • Vanaf 2029 wordt het maximale aftrekpercentage verder verlaagd tot 57,5%.

• Brandstofkosten blijven voor 50% aftrekbaar tot eind 2027.

• Hervorming van het bestaande mobiliteitsbudget tot een mobiliteitsbudget voor iedereen.

​We zullen verdere ontwikkelingen blijven volgen en relevante wijzigingen communiceren.​