Circulaire 2018/C/110 over de forfaitaire verblijfsvergoedingen voor beroepsmatige verblijven in het buitenland van meer dan 30 dagen

Op 12/09/2018 publiceerde de Algemene Administratie van de Fiscaliteit een omzendbrief inzake Forfaitaire verblijfsvergoedingen toegekend voor beroepsmatige verblijven in het buitenland van meer dan 30 dagen. Bedragen van toepassing vanaf 06.07.2018 .


  • Vergoedingen toegekend als een terugbetaling van kosten veroorzaakt door een beroepsmatig verblijf in het buitenland van meer dan 30 opeenvolgende dagen, zijn een niet-belastbare terugbetaling van een eigen kost van de werkgever of vennootschap (1), onder de volgende voorwaarden:


(1) In de zin van art. 31, tweede lid, 1°, in fine of art. 32, tweede lid, 1°, in fine, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92).


  • Het ministerieel besluit van 02.07.2018 (2) stelt vanaf 06.07.2018 nieuwe dagelijkse forfaitaire verblijfsvergoedingen vast. De tabel 'Categorie 2' van dat ministerieel besluit bevat de vergoedingen toegekend aan ambtenaren 'op post' in het buitenland.


(2) Ministerieel besluit houdende vaststelling van verblijfsvergoedingen toegekend aan personeelsleden en afgevaardigden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking die zich in officiële opdracht naar het buitenland begeven of zetelen in internationale commissies (BS 06.07.2018, blz. 54280).


  • De bijlage aan deze circulaire herneemt per land de dagelijkse forfaitaire vergoedingen die van toepassing zijn vanaf 06.07.2018.


  • Let op: enkel de belastingplichtigen die, in opdracht van de werkgever of de vennootschap waarin ze werknemer of bedrijfsleider zijn, langdurig voor hun beroepswerkzaamheid in het buitenland verblijven, komen in aanmerking.


  • Een 'langdurig verblijf' is een verblijf dat voor eenzelfde opdracht meer dan 30 opeenvolgende kalenderdagen omvat, met een maximum van 24 maanden.


  • De circulaire van 10.10.2013 is niet meer van toepassing van zodra de betrokken belastingplichtige zich definitief vestigt in het buitenland en aldus een inwoner is van die staat (3).


(3) Zie nr. 20 en 21 van de circulaire nr. Ci.RH.241/609.972 (AAFisc nr. 38/2013) van 10.10.2013.


BIJLAGE:1


Bron: Fisconet plus

Mots clés

Articles recommandés

Loontransparantie : wie verdient hoeveel ?

Prijzengeld betaalde sportbeoefenaars onder sociaal recht (KB van 9 april 2024)

Arbeidsovereenkomsten : aanpassing op 1 januari 2024 van de loonbedragen