De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Personenbelasting publiceerde op 17/09/2024 de Circulaire 2024/C/58 over het begrip 'effectief actief' – aanvulling gelijkgestelde periodes van activiteit.
Addendum bij de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023 over het begrip 'effectief actief' – aanvulling gelijkgestelde periodes van activiteit.
Inhoudstafel
1. Dit addendum aan de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023 brengt de volgende wijzigingen en verduidelijkingen aan.
2. Het nr. 15 van de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023 deelde het nieuwe administratieve standpunt mee over het begrip 'effectief actief' en oudere werklozen.
3. Dat standpunt luidt dat de periode tijdens dewelke oudere werklozen werkloosheidsuitkeringen genieten én aangepast beschikbaar zijn als bedoeld in art. 56, § 3 van het koninklijk besluit van 25.11.1991 houdende de werkloosheidsreglementering (BS 31.12.1991) gelijkgesteld kan worden met een periode van activiteit (effectief actief).
4. Wat betreft die aangepaste beschikbaarheid is de verwijzing naar art. 56, § 3, KB 25.11.1991 nog gebaseerd op oude werkloosheidsreglementering.
5. Het is art. 56/2, KB 25.11.1991 die de wettelijke basis vormt voor de aangepaste beschikbaarheid voor zowel de gewone werklozen vanaf 60 jaar (zogenaamde 'oudere werklozen') als de werklozen in SWT (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag). Bijgevolg moet de verwijzing naar art. 56, § 3, KB 25.11.1991 worden vervangen door art. 56/2, KB 25.11.1991 (en dit ook in de bijlage bij de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023).
6. Het nr. 20 van de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023 deelde het nieuwe administratieve standpunt mee over het begrip 'effectief actief' en tijdelijke werkloosheid.
7. Dat standpunt luidt dat de periode waarvoor de tijdelijk werkloze recht heeft op uitkeringen tijdelijke werkloosheid kan worden gelijkgesteld met een periode van activiteit. Het recht op uitkeringen tijdelijke werkloosheid veronderstelt dat alle voorwaarden om die uitkering te verkrijgen in beginsel zijn vervuld.
8. In de nrs. 18 en 19 van de circulaire 2023/C/83 van 04.10.2023 werd nog bijkomend verduidelijkt dat een werknemer die tijdelijk werkloos wordt door overmacht na de eerste 3 maanden werkloosheid:
- beschikbaar moet zijn voor de arbeidsmarkt,
- en zich moet laten inschrijven als werkzoekende binnen de 8 dagen volgend op de voormelde periode van 3 maanden.
De tijdelijk werklozen ingevolge gebrek aan werk wegens economische oorzaken moeten na 6 maanden tijdelijke werkloosheid beschikbaar zijn voor de algemene arbeidsmarkt en iedere passende betrekking aanvaarden.
9. Die verduidelijking was nog gebaseerd op een verouderde werkloosheidsreglementering, en moet als volgt worden gewijzigd:
10. Een werknemer die tijdelijk werkloos wordt ingevolge overmacht of door gebrek aan werk wegens economische oorzaken (1), moet na de eerste drie maanden ingeschreven zijn bij de bevoegde gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling. Een periode van volledige werkhervatting gedurende twee opeenvolgende weken stuit de voormelde periode van drie maanden.
De tijdelijk werkloze die ingeschreven moet zijn als werkzoekende is ertoe gehouden actief mee te werken met de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling in het kader van een hem voorgesteld traject met het oog op een betere inschakeling op de arbeidsmarkt (2).
(1) en voor zover de tijdelijke werkloosheid niet het gevolg is van de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht die veroorzaakt wordt door de arbeidsongeschiktheid van de werknemer
(2) Zie art. 34 en 35 van het ministerieel besluit van 26.11.1991 houdende toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering zoals gewijzigd door art. 1 en 2 van het ministerieel besluit van 09.09.2022 tot wijziging van de art. 34, 35, 36, 37 en 38 van het ministerieel besluit van 26.11.1991 houdende toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering.
11. Deze circulaire is onmiddellijk van toepassing en dat in alle stadia van de procedure.
Interne ref.: 727.042/3