De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Personenbelasting publiceerde op 02/06/2025 de Circulaire 2025/C/35 over de belastingvoordelen voor de hypothecaire leningen in het Vlaams Gewest.
Deze circulaire bevat een FAQ over de belastingverminderingen in de personenbelasting voor uitgaven verricht in het kader van hypothecaire leningen – Vlaams Gewest – aanslagjaar 2025. Deze circulaire actualiseert de circulaire 2024/C/25.
1. Eigen woning tijdens het volledige jaar
1.1. Hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2020 en daarmee verband houdende individuele levensverzekeringen
3. Eigen woning tijdens een deel van het jaar
4. Deel van de eigen woning dat wordt verhuurd
5. Deel van de eigen woning voor zelfstandige beroepswerkzaamheid
6.1. Ik ging in 2024 een hypothecaire lening aan voor het verwerven van mijn tweede verblijf. Hoe moet ik de uitgaven van mijn hypothecaire lening in mijn belastingaangifte voor aanslagjaar 2025 verdelen?
7. Individuele levensverzekering (niet gekoppeld aan een hypothecaire lening)
Deze FAQ is van toepassing voor inkomstenjaar 2024, aanslagjaar 2025 en indien uw fiscale woonplaats op 01.01.2025 gevestigd was in het Vlaams Gewest.
De belastingvoordelen voor de hypothecaire leningen voor uw eigen woning (te beoordelen op het moment van betaling) zijn sinds aanslagjaar 2015 een bevoegdheid van de gewesten.
Opgelet: Deze FAQ is niet van toepassing op een hypothecaire lening die betrekking heeft op een vervreemde woning met hypotheekoverdracht (de zogenaamde pandwissel). De uitgaven van een dergelijke hypothecaire lening worden in een afzonderlijke FAQ (zie 2. Hypotheekoverdracht) behandeld.
Nee.
Hypothecaire leningen (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekeringen) die vanaf 01.01.2020 worden aangegaan komen niet in aanmerking voor de geïntegreerde woonbonus.
De datum van de authentieke leningsakte is bepalend om na te gaan of de hypothecaire lening (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) nog in aanmerking kan komen voor de geïntegreerde woonbonus.
Als er geen authentieke hypothecaire leningsakte wordt verleden, (bv. bij een wederopname van een bestaande lening) dan geldt de datum van de aanvaarding van het kredietaanbod als datum van de lening. De wederopname wordt gelijkgesteld met een nieuw leningscontract.
Bij een herfinancieringslening geldt in principe de datum waarop de oorspronkelijke lening werd aangegaan.
Ja.
Als u een hypothecaire lening (herfinancieringslening) sluit die dient voor het aflossen van het openstaande saldo van een eerder gesloten hypothecaire lening, wordt de herfinancieringslening (meer bepaald het deel ervan dat betrekking heeft op het openstaande saldo) geacht de oorspronkelijke lening verder te zetten.
Als aan alle voorwaarden van de geïntegreerde woonbonus (zie bijlage 1) is voldaan kunnen de uitgaven van de herfinancieringslening in aanmerking komen voor hetzelfde fiscale voordeel als hetgeen waarvoor de oorspronkelijke lening in aanmerking kwam. Eén van deze voorwaarden is dat de werkelijke duur van het eerste leningscontract en het tijdperk waarop het tweede contract slaat samen ten minste 10 jaar moeten bedragen.
Opgelet: Er wordt geen rekening gehouden met looptijdverlengingen die u vanaf 01.01.2020 doorvoert, tenzij u een betalingsuitstel heeft gevraagd naar aanleiding van de coronacrisis en u van uw bank een looptijdverlenging verkreeg (1).
(1) Zie circulaire 2020/C/36 over de bijstelling van de Vlaamse belastingvermindering voor dienstencheques en wijk-werkcheques en over de wijziging van de Vlaamse belastingverminderingen voor de eigen woning en circulaire 2021/C/31 over de looptijdverlenging van hypothecaire leningen in het kader van de COVID-19-pandemie - Vlaams Gewest.
Indien het ontleende bedrag van de herfinancieringslening hoger is dan het openstaande saldo van de eerder gesloten lening, wordt enkel het deel dat dient voor het aflossen van het openstaande saldo van de eerder gesloten lening geacht de oorspronkelijke lening verder te zetten.
Het surplus wordt beschouwd als een nieuwe hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2020 aanging en komt dus niet in aanmerking voor een Vlaams belastingvoordeel voor de eigen woning (zie FAQ 1.1.1.).
Wanneer u vóór het huwelijk of vóór de verklaring van wettelijke samenwoning een hypothecaire lening specifiek heeft aangegaan voor het verwerven of behouden van een woning waarvan u alleen de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker was, dan kan uw partner na het huwelijk of de verklaring van wettelijke samenwoning ook aanspraak maken op de geïntegreerde woonbonus op voorwaarde dat:
- de woning waarvoor de lening werd gesloten tot de huwelijksgemeenschap behoort (of in onverdeeldheid aan jullie beiden toebehoort)
en
- de kredietovereenkomst van 2016 werd aangepast zodat uw partner ten opzichte van de kredietverstrekkende instelling dezelfde plichten heeft als u
en
- aan alle overige in de wet gestelde voorwaarden is voldaan.
Enkel als aan alle voormelde voorwaarden en de algemene voorwaarden van de geïntegreerde woonbonus zelf is voldaan, zal uw partner ook kunnen genieten van de geïntegreerde woonbonus. Dit geldt na het huwelijk of de verklaring van wettelijke samenwoning, zelfs indien de inbreng in de gemeenschap of de aanpassing van de kredietovereenkomst pas na 2019 plaatsvindt.
De voorwaarde enige woning bij uw partner wordt beoordeeld op de datum dat uw partner voor het eerst aan alle voorwaarden voldoet. De tienjarige termijn voor de verhogingen start evenwel al in het jaar van aangaan van de hypothecaire lening.
Opgelet: Er wordt geen rekening gehouden met looptijdverlengingen die u vanaf 01.01.2020 doorvoert, tenzij u een betalingsuitstel heeft gevraagd naar aanleiding van de coronacrisis en u van uw bank een looptijdverlenging verkreeg (2).
(2) Zie circulaire 2020/C/36 over de bijstelling van de Vlaamse belastingvermindering voor dienstencheques en wijk-werkcheques en over de wijziging van de Vlaamse belastingverminderingen voor de eigen woning en circulaire 2021/C/31 over de looptijdverlenging van hypothecaire leningen in het kader van de COVID-19-pandemie - Vlaams Gewest.
Uw uitgaven voor de lening van 2024 komen niet in aanmerking voor de geïntegreerde woonbonus (zie FAQ 1.1.1.).
De uitgaven voor de lening die u vóór 2020 aanging blijven verder in aanmerking komen voor de Vlaamse belastingvoordelen (bv. de Vlaamse woonbonus of de geïntegreerde woonbonus).
Opgelet: Er wordt geen rekening gehouden met looptijdverlengingen die u vanaf 01.01.2020 doorvoert, tenzij u een betalingsuitstel heeft gevraagd naar aanleiding van de coronacrisis en u van uw bank een looptijdverlenging verkreeg (3).
(3) Zie circulaire 2020/C/36 over de bijstelling van de Vlaamse belastingvermindering voor dienstencheques en wijk-werkcheques en over de wijziging van de Vlaamse belastingverminderingen voor de eigen woning en circulaire 2021/C/31 over de looptijdverlenging van hypothecaire leningen in het kader van de COVID-19-pandemie - Vlaams Gewest.
Nee.
Een wederopname wordt gelijkgesteld met een nieuw leningscontract.
Uitgaven voor leningen aangegaan vanaf 01.01.2020 komen niet in aanmerking voor de geïntegreerde woonbonus (zie FAQ 1.1.1.).
Nee.
Uitgaven voor een lening aangegaan vanaf 01.01.2020 komen niet in aanmerking voor de geïntegreerde woonbonus (zie FAQ 1.1.1.).
Nee.
Uitgaven voor een lening aangegaan vanaf 01.01.2020 komen niet in aanmerking voor de geïntegreerde woonbonus (zie FAQ 1.1.1.).
Als uw hypothecaire lening (en eventueel uw individuele levensverzekering, in de mate dat ze dient voor het waarborgen of wedersamenstellen van die lening) voldoet aan de voorwaarden (zie bijlage 1) van de geïntegreerde woonbonus, dan mag u
- de interesten en kapitaalaflossingen vermelden in vak IX, rubriek I, 1, a), naast de code(s) 3334 en/of 4334.
Als u de lening met meerdere personen (4) aanging, vermeldt u naast deze codes het gedeelte van de interesten en kapitaalaflossingen dat u na volgende bewerking verkrijgt:
Totale bedrag van de in 2024 betaalde interesten en kapitaalaflossingen |
X | Uw aandeel in de woning |
Som van de aandelen in de woning, van u en de andere personen met wie u de lening aanging |
(4) Samen belaste echtgenoten en wettelijk samenwonenden die samen een lening hebben aangegaan waarvoor beiden recht hebben op de geïntegreerde woonbonus, nemen het totale bedrag van de door hen beiden betaalde interesten en kapitaalaflossingen.
- de individuele levensverzekeringspremies, in de mate dat ze dienen voor het waarborgen of wedersamenstellen van die lening, vermelden in vak IX, rubriek I, 1, b) naast de code(s) 3335 en/of 4335.
Vermeld ook het nummer van het contract en de naam van de verzekeringsinstelling.
Opgelet: Van zodra u eenmaal een belastingvoordeel voor de betaalde premies hebt verkregen, zullen de uit het contract voortvloeiende voordelen worden belast. Als u die belasting wilt vermijden, mag u de premies nooit invullen.
Wat zijn de grensbedragen voor de geïntegreerde woonbonus voor aanslagjaar 2025?
Voor aanslagjaar 2025 dient u uw uitgaven die in aanmerking komen voor de geïntegreerde woonbonus te begrenzen tot
Hypothecaire leningen aangegaan van 2016 tot 2019 (en daarmee verband houdende individuele levensverzekeringen) |
| Totaal |
Basisbedrag | 1.520 euro | 1.520 euro |
Verhoging gedurende de eerste 10 belastbare tijdperken vanaf het belastbaar tijdperk waarin de lening werd aangegaan indien het op 31.12.2024 nog altijd uw enige woning was (5). Bijkomende verhoging als u daarenboven op 1 januari van het jaar na afsluiting van die lening minstens 3 kinderen ten laste had (6). De verhogingen worden niet langer toegepast vanaf het belastbaar tijdperk waarin u op 31 december van dat belastbaar tijdperk volle eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker van een andere woning bent. | + 760 euro
+ 80 euro | 2.280 euro
2.360 euro |
(5) Om te bepalen of uw woning op 31.12.2024 nog altijd uw enige woning was, moest de woning waarvoor u de lening hebt aangegaan:
- op 31 december van het jaar van afsluiting van de lening al uw enige woning zijn. Daarbij moet u geen rekening houden met:
* andere woningen waarvan u mede-eigenaar, naakte eigenaar of vruchtgebruiker was door erfenis
* andere woningen die op 31 december van het jaar van afsluiting van de lening op de vastgoedmarkt te koop werden aangeboden en die u ten laatste op 31 december van het jaar daarna hebt verkocht
- en op 31.12.2024 nog altijd uw enige woning zijn, daarbij moet u geen rekening houden met de andere woningen waarvan u op die datum de naakte eigenaar was.
(6) De kinderen die op dat tijdstip zwaar gehandicapt waren, mag u dubbel tellen.
Samen belaste echtgenoten en wettelijk samenwonenden die beiden recht hebben op de geïntegreerde woonbonus mogen hun (gezamenlijke) resultaat vrij onder elkaar verdelen, met dien verstande dat zij het maximum per echtgenoot of partner niet mogen overschrijden.
Voor aanslagjaar 2025 dient u de uitgaven die in aanmerking komen voor de Vlaamse woonbonus te begrenzen tot
Hypothecaire leningen aangegaan vóór 2015 (en daarmee verband houdende individuele levensverzekeringen) |
| Totaal |
Basisbedrag (7) | 2.280 euro | 2.280 euro |
Hypothecaire leningen aangegaan in 2015 (8) (en daarmee verband houdende individuele levensverzekeringen) |
| Totaal |
Basisbedrag | 1.520 euro | 1.520 euro |
Verhoging indien het op 31.12.2024 nog altijd uw enige woning was (9). Bijkomende verhoging als u daarenboven op 1 januari van het jaar na afsluiting van die lening minstens 3 kinderen ten laste had (10). | + 760 euro
+ 80 euro | 2.280 euro
2.360 euro |
(7) Het basisbedrag wordt verhoogd gedurende de eerste 10 belastbare tijdperken vanaf het belastbaar tijdperk waarin de lening werd aangegaan. Gezien het gaat om leningen van vóór 2015 kan vanaf aanslagjaar 2025 de verhoging van het basisbedrag geen toepassing meer vinden.
(8) Bij herfinancieringsleningen geldt in principe de datum van de oorspronkelijke lening. Het extra ontleende bedrag wordt evenwel als een nieuwe lening beschouwd.
(9) Om te bepalen of uw woning op 31.12.2024 nog altijd uw enige woning was, moet u geen rekening houden met de andere woningen waarvan u:
- naakte eigenaar was
- door erfenis mede-eigenaar of vruchtgebruiker was.
(10) De kinderen die op dat tijdstip zwaar gehandicapt waren, mag u dubbel tellen.
U was vanaf de verkoop geen eigenaar meer van de woning waarvoor u de lening aanging. Die uitgaven betreffen dus niet langer uw eigen woning.
Als aan alle voorwaarden is voldaan, kunnen uw kapitaalaflossingen in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering voor het lange termijnsparen.
U mag de kapitaalaflossingen maar in uw aangifte vermelden in de mate dat zij slaan op de eerste schijf van de lening(en) die in de tabel is opgenomen.
Jaar van afsluiting van de lening | In aanmerking te nemen aanvangsbedrag van de lening (in euro) |
2005 | 62.190,00 |
2006 | 63.920,00 |
2007 | 65.060,00 |
2008 | 66.240,00 |
2009 en 2010 | 69.220,00 |
2011 | 70.700,00 |
2012 | 73.190,00 |
2013 t.e.m. 2017 | 75.270,00 |
2018 | 76.860,00 |
2019 t.e.m. 2023 | 78.440,00 |
Vanaf 2024 | - |
U vermeldt dit begrensde bedrag van de kapitaalaflossingen in vak IX, rubriek II, B, 4, b), 1), naast de code(s):
- 1358/2358 (leningen afgesloten vanaf 1989 tot 2023).
Het overschot van de kapitaalaflossingen komt niet in aanmerking voor een belastingvoordeel.
Opgelet: De kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2024 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor de federale belastingvermindering (11).
De interesten kunnen niet in aanmerking komen voor de federale interestaftrek, omdat deze woning geen belastbaar onroerend inkomen meer oplevert.
De uitgaven die u vóór de verhuis betaalde, kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor de Vlaamse woonbonus.
Opgelet: Als u vanaf 2016 uw eigen woning A vervreemdt om uw eigen woning B te verwerven of te behouden, dan kan u eventueel aanspraak maken op de fictiebepaling. Door de toepassing van de fictiebepaling kan u, als aan alle voorwaarden (zie bijlage 2) is voldaan en wat de Vlaamse woonbonus of de geïntegreerde woonbonus betreft, voor die uitgaven verder blijven genieten van het systeem van de Vlaamse woonbonus of geïntegreerde woonbonus.
Als u echter voor de uitgaven die in aanmerking komen voor de fictiebepaling de toepassing vraagt van één van de federale belastingvoordelen, dan wordt de Vlaamse woonbonus of geïntegreerde woonbonus voor die uitgaven niet meer toegepast.
Deze keuze voor die federale belastingvoordelen is definitief, onherroepelijk en bindend. Deze keuze geldt ook voor de volgende aanslagjaren.
De uitgaven van uw hypothecaire lening verdeelt u als volgt:
- de interesten en kapitaalaflossingen die u tot en met 30.04.2024 betaalde, kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een gewestelijk belastingvoordeel.
Opgelet: De uitgaven van een lening die u vanaf 01.01.2020 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor een Vlaams belastingvoordeel.
- de interesten en kapitaalaflossingen die u vanaf 01.05.2024 betaalde kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een federaal belastingvoordeel.
Opgelet: De kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2024 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor de federale belastingvermindering (12).
(12) Zie circulaire 2023/C/89 over de opheffing van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2024.
Het door uw kredietgever uitgereikte attest vermeldt de in het jaar 2024 betaalde interesten en kapitaalaflossingen. U kan met alle bewijsmiddelen van het gemeen recht, met uitzondering van de eed, aantonen op welk tijdstip u deze uitgaven hebt betaald.
Voorbeeld
Sofie is eigenaar van één woning (KI: 1.000 euro) die zij tot en met 30.04.2024 zelf betrok. Vanaf 01.05.2024 verhuurt ze haar woning aan een particulier.
In 2012 ging zij een hypothecaire lening aan van 100.000 euro.
Op 01.01.2025 was haar fiscale woonplaats in het Vlaams Gewest gelegen.
In 2024 betaalde Sofie de volgende bedragen:
- interesten: 3.000 euro
- kapitaalaflossingen: 6.000 euro.
Sofie vult haar belastingaangifte voor aanslagjaar 2025 als volgt in:
Vak III (onroerende inkomsten):
- Code 1106: 669,40 euro (1.000 x 245/366)
Vak IX (interesten en kapitaalaflossingen):
- Gewestelijke woonbonus:
* Code 3370: 2.280 euro ((3.000 + 6.000) x 4/12 = 3.000 euro, begrensd tot 2.280 euro)
- Federale belastingvermindering lange termijnsparen en gewone interestaftrek:
* Code 1358: 2.927,60 euro ((6.000 x 8/12) x 73.190/100.000)
* Code 1146: 2.000 euro (3.000 x 8/12).
De uitgaven van uw hypothecaire lening verdeelt u als volgt:
- de interesten en kapitaalaflossingen die betrekking hebben op het deel van de woning dat u zelf betrekt kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een gewestelijk belastingvoordeel.
Opgelet: De uitgaven van een lening die u vanaf 01.01.2020 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor een Vlaams belastingvoordeel.
- de interesten en kapitaalaflossingen die betrekking hebben op het verhuurde deel kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een federaal belastingvoordeel.
Opgelet: De kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2024 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor de federale belastingvermindering (13).
(13) Zie circulaire 2023/C/89 over de opheffing van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2024.
Voorbeeld
Lieve is eigenaar van één woning (K.I.: 1.000 euro) die zij gedeeltelijk zelf betrekt. Zij verhuurt 20 % van deze woning aan haar eigen vennootschap.
In 2012 ging zij een hypothecaire lening aan van 100.000 euro. Van het ontleende bedrag heeft 20.000 euro gediend voor het financieren van het verhuurde deel van de woning.
Op 01.01.2025 was haar fiscale woonplaats in het Vlaams Gewest gelegen.
In 2024 betaalde Lieve de volgende bedragen:
- interesten: 3.000 euro
- kapitaalaflossingen: 6.000 euro.
Lieve vult haar belastingaangifte voor aanslagjaar 2025 als volgt in:
Vak III (onroerende inkomsten):
- Code 1109: 200 euro (1.000 x 20 %)
- Code 1110: huur en huurvoordelen (in voorkomend geval verminderd met de als bezoldigingen van bedrijfsleider geherkwalificeerde huur).
Vak IX (interesten en kapitaalaflossingen)
- Gewestelijke woonbonus:
* Code 3370: 2.280 euro ((3.000 + 6.000) x 80 % = 7.200 euro, begrensd tot 2.280 euro)
- Federale belastingvermindering lange termijnsparen en gewone interestaftrek:
* Code 1358: 878,28 euro ((6.000 x 20 %) x 73.190 / 100.000)
* Code 1146: 600 euro (3.000 x 20 %).
De interesten en kapitaalaflossingen verdeelt u als volgt:
- de interesten en kapitaalaflossingen die betrekking hebben op het deel van de woning dat u zelf betrekt kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een gewestelijk belastingvoordeel.
Opgelet: De uitgaven van een lening die u vanaf 01.01.2020 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor een Vlaams belastingvoordeel.
- de interesten en kapitaalaflossingen die betrekking hebben op het beroepsmatig gebruikte deel kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor een federaal belastingvoordeel.
Zo kunnen de kapitaalaflossingen die betrekking hebben op het beroepsmatig gebruikte deel, binnen de wettelijke grenzen, in principe in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering voor het lange termijnsparen (14).
Opgelet: De kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2024 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor de federale belastingvermindering (15).
De interesten die u hebt gedragen voor het verkrijgen of behouden van uw beroepsinkomen zijn aftrekbaar als beroepskosten.
(14) In uitzonderlijke gevallen kan u voor dat deel verder de federale woonbonus of federale vermindering bouwsparen vragen.
(15) Zie circulaire 2023/C/89 over de opheffing van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2024.
De kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening die u vanaf 01.01.2024 aangaat (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) komen niet in aanmerking voor de federale belastingvermindering (16).
(16) Zie circulaire 2023/C/89 over de opheffing van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2024.
De in 2024 betaalde interesten kunnen wel in aanmerking komen voor de federale gewone interestaftrek en vermeldt u in vak IX, rubriek II, B, 3, b) naast de code(s) 1146 en/of 2146.
De uitgaven van uw hypothecaire lening (en de daarmee verband houdende individuele levensverzekering) kunnen, als aan alle voorwaarden is voldaan, in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering voor het lange termijnsparen en de federale interestaftrek.
U mag de kapitaalaflossingen maar in uw aangifte vermelden in de mate dat zij slaan op de eerste schijf van de lening(en) die in deze tabel is opgenomen.
Jaar van afsluiting van de lening | In aanmerking te nemen aanvangsbedrag van de lening (in euro) |
2005 | 62.190,00 |
2006 | 63.920,00 |
2007 | 65.060,00 |
2008 | 66.240,00 |
2009 en 2010 | 69.220,00 |
2011 | 70.700,00 |
2012 | 73.190,00 |
2013 t.e.m. 2017 | 75.270,00 |
2018 | 76.860,00 |
2019 t.e.m. 2023 | 78.440,00 |
U vermeldt dit begrensde bedrag van de kapitaalaflossingen in vak IX, rubriek II, B, 4, b), 1), naast de code(s):
- 1358/2358 (leningen afgesloten vanaf 1989 tot 2023).
Het overschot van de kapitaalaflossingen komt niet in aanmerking voor een belastingvoordeel.
De in 2024 betaalde interesten vermeldt u in vak IX, rubriek II, B, 3, b) naast de code(s) 1146 en/of 2146.
Opgelet: Er geldt een bevriezing van de looptijd van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen (lange termijnsparen en bouwsparen) en de federale woonbonus (17).
(17) Zie circulaire 2023/C/89 over de opheffing van de federale belastingvermindering voor kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan vanaf 01.01.2024.
U vermeldt de premie van een individuele levensverzekering in vak IX, rubriek II, B, 5, b), van de belastingaangifte, naast de code(s):
- 1353 en/of 2353 voor contracten gesloten vanaf 1989
- 1354 en/of 2354 voor contracten gesloten vóór 1989.
Interne ref.: 743.842