Cryptovaluta: een nieuw fiscaal eldorado?

Waarover gaat het?

Ze kregen vreemde namen die zo uit de film ‘The Matrix’ lijken te komen, en worden peer-to-peer overgedragen, op de hoek van een onopvallende tafel bij McDonalds of Quick, of tussen de hippe pc’s van twee geeks die hun virtuele ‘wallet’ willen spekken. Wat is het precies?


Cryptovaluta of virtuele valuta worden peer-to-peer via een blockchain (blokketen) overgedragen en interesseren almaar meer het grote publiek. Dankzij cryptovaluta – of het nu gaat om ‘bitcoins’, ‘litecoins’ of ‘monero’ – konden sommige bedachtzame en visionaire kleine speculanten zonder al te veel inspanningen een aanzienlijke financiële buit binnenrijven. Als u bedenkt dat een bitcoin-eenheid momenteel goed is voor nagenoeg € (EUR) 9.000,- ...


In die omstandigheden is het dan ook niet verwonderlijk dat de Europese en nationale autoriteiten proberen om ze te controleren. Ze vormen in de ogen van de regelgevende overheden een bedreiging voor de monetaire soevereiniteit van de Staat en een risico voor de financiële stabiliteit (vergelijk het met het ‘Libra’-project). Dit omdat ze niet volledig verboden of beteugeld kunnen worden. Op wettelijk vlak vanuit Europees standpunt krijgt deze poging tot controle de vorm van een wetgeving die nu eens “fraude en vervalsing in verband met andere betaalmiddelen dan contanten moet bestrijden” (zie in dat verband EU-richtlijn 2019/713 van 17 april 2019), dan weer “het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering moet voorkomen” (zie EU-richtlijn 2018/843 van 30 mei 2018). Ook Koninkrijk België greep in en keurde op 18 december 2016 de “Wet tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding” goed.


Fiscale bewustwording inzake cryptovaluta

Op louter fiscaal vlak krijgen de cryptovaluta sinds enkele jaren ook steeds meer aandacht van de overheid: van de wetgevende (stijging van het aantal parlementaire vragen over dit betalingstype, met name in verband met fraude op het internet), gerechtelijke (arrest van 22 oktober 2015 van het Europese Hof van Justitie) en fiscale overheid (beslissingen van de Dienst Voorafgaande Beslissingen: zie hierna).


Beslissingen van de Dienst Voorafgaande Beslissingen

Op Belgisch niveau besliste de Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB) in een vrij recente uitspraak, van 24 september 2019 , dat de meerwaarde die de belastingplichtige (hier een interieurarchitect) realiseert met cryptovaluta, in het onderhavige geval geen belastbare beroepsinkomsten zijn, dan wel het gevolg van verrichtingen die vallen binnen het kader van het normale beheer van privévermogen . De beslissing van de DVB moet echter met enige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd en mag niet veralgemeend worden; ze wordt gerechtvaardigd – zoals in gerechtelijke aangelegenheden bijna altijd het geval is – door de eigenheden van het geval. We wijzen er in dit verband evenwel op dat de bewijslast voor het feit dat een verrichting (al dan niet) buiten de grenzen van het normale beheer van privévermogen valt, bij de Belastingadministratie ligt. Deze houdt bij haar beoordeling rekening met een aantal criteria. Dit kan zijn : herhaling of frequentie van de verrichtingen, snelheid waarmee een belastingplichtige een goed uit zijn privévermogen vervreemdt, het inherente risico van de verrichting of transactie, de noodzaak om door ‘professionals’ te worden bijgestaan, de herkomst van de geïnvesteerde financiële middelen (privéspaargeld, successie, schenking, enz.).

In het onderhavige geval behield de belastingplichtige zijn cryptovaluta gedurende bijna zes jaar (het ging met andere woorden om een beleggingsstrategie op lange termijn) en hij had maar drie aankopen gedaan. Bovendien is niet gebleken dat hij het advies van professionals had ingewonnen of ‘geavanceerde’ middelen had aangewend om deze transacties met zijn privéspaargeld uit te voeren (hij was dus geen lening aangegaan).

Kortom, in de ogen van de DVB vertoonde hij de vrij gewone kenmerken van een doorsnee investeerder of beter gezegd, van een goed huisvader.


Onze conclusies en aanbevelingen: behoedzaamheid is de boodschap

De voorafgaande beslissingen van de DVB mogen tot nog toe dan al gunstig zijn voor de belastingplichtige en kaderen binnen de ‘klassieke’ toepassing van artikel 90, 1° van het WIB/92 (waarbij vooral rekening wordt gehouden met de weerhouden criteria), toch verdient het aanbeveling om voorzichtig te zijn. Het domein van de cryptovaluta (vooral blockchains) staat nog in de kinderschoenen en zal het nog heel wat ontwikkelingen ondergaan. Er is ook altijd wel een parlementslid dat het in het vizier houdt omdat hij de controles voor ‘handelaars in cryptovaluta’ wil opdrijven .


Mots clés

Articles recommandés

Kan de fiscus binnenkort zelf de aanvangsdatum van de bijzondere aanslagtermijn bepalen?

Het verloop van de bezwaarfase ...

Buitenlandse rekeningen en wat met de taks op beursverrichtingen?