Op basis van zijn geactualiseerde beoordeling heeft de Raad van Bestuur van de Europese Centrale Bank besloten verdere stappen te zetten in de normalisering van zijn monetair beleid. Gedurende dit proces zal de Raad van Bestuur bij het monetair beleid blijven uitgaan van optionaliteit, data-afhankelijkheid, geleidelijkheid en flexibiliteit.
Hoge inflatie is een belangrijke uitdaging voor ons allemaal. De Raad van Bestuur zal ervoor zorgen dat de inflatie terugkeert naar de doelstelling van 2% op middellange termijn.
In mei is de inflatie opnieuw significant toegenomen, vooral als gevolg van de fors stijgende energie- en voedselprijzen, alsook vanwege de effecten van de oorlog. Maar de inflatiedruk is breder en krachtiger geworden en de prijzen van veel goederen en diensten zijn sterk toegenomen. Medewerkers van het Eurosysteem hebben hun basisprojecties voor de inflatie aanzienlijk naar boven bijgesteld. Deze projecties geven aan dat de inflatie enige tijd ongewenst hoog zal blijven. Verwacht wordt echter dat de matiging van de energiekosten, de afname van de verstoringen bij de toelevering in verband met de pandemie en de normalisering van het monetair beleid tot een daling van de inflatie zullen leiden. In de nieuwe medewerkersprojecties wordt voorzien dat de twaalfmaands inflatie uitkomt op 6,8% in 2022, alvorens terug te lopen tot 3,5% in 2023 en 2,1% in 2024. Dat is hoger dan in de projecties van maart. Dit betekent dat de totale inflatie aan het einde van de projectieperiode naar verwachting iets boven de doelstelling van de Raad van Bestuur uitkomt. De inflatie exclusief energie en voedingsmiddelen bedraagt volgens de projecties gemiddeld 3,3% in 2022, 2,8% in 2023 en 2,3% in 2024. Ook dat is hoger dan in de projecties van maart.
De ongerechtvaardigde agressie van Rusland ten opzichte van Oekraïne blijft op de economie in Europa en daarbuiten drukken. De oorlog verstoort de handel, leidt tot tekorten aan materiaal en draagt bij tot hoge energie- en grondstoffenprijzen. Deze factoren blijven drukken op het vertrouwen en de groei temperen, vooral op korte termijn. De voorwaarden zijn echter aanwezig om ervoor te zorgen dat de economie blijft groeien, dankzij de huidige heropening van de economie, een sterke arbeidsmarkt, budgettaire ondersteuning en het tijdens de pandemie opgebouwde spaargeld. Zodra de huidige moeilijkheden afnemen, zal de economische bedrijvigheid naar verwachting opnieuw opleven. Deze vooruitzichten komen in grote lijnen overeen met de door medewerkers van het Eurosysteem opgestelde projecties, waarin wordt uitgegaan van een reële bbp-groei op jaarbasis van 2,8% in 2022, 2,1% in 2023 en 2,1% in 2024. Vergeleken met de projecties van maart zijn de vooruitzichten significant naar beneden bijgesteld voor 2022 en 2023, en opwaarts bijgesteld voor 2024.
De Raad van Bestuur heeft besloten de nettoaankopen van activa krachtens het programma voor de aankoop van activa (asset purchase programme – APP) vanaf 1 juli 2022 te beëindigen. De Raad van Bestuur is voornemens de aflossingen op effecten die zijn aangekocht in het kader van het APP en die de vervaldatum hebben bereikt, volledig te blijven herinvesteren, en wel voor geruime tijd voorbij het moment waarop de Raad de basisrentetarieven van de ECB begint te verhogen, en in ieder geval zo lang als noodzakelijk is om ruime liquiditeitscondities en een passende monetairbeleidskoers te handhaven.
Wat betreft het noodaankoopprogramma in verband met de pandemie (pandemic emergency purchase programme – PEPP), is de Raad van Bestuur voornemens om de aflossingen op effecten die zijn aangekocht in het kader van het PEPP tot ten minste eind 2024 te blijven herbeleggen. De toekomstige uitfasering van de PEPP-portefeuille wordt in ieder geval zo gestuurd dat de passende monetairbeleidskoers niet gehinderd wordt.
Bij een heropleving van de marktfragmentatie in verband met de pandemie kunnen de herinvesteringen in het kader van het PEPP op elk moment flexibel worden aangepast wat betreft de timing, activacategorieën en jurisdicties. Zo zouden door Griekenland uitgegeven obligaties kunnen worden aangekocht boven op de geherinvesteerde aflossingen om een onderbreking van de aankopen in die jurisdictie te vermijden. Een dergelijke onderbreking zou een belemmering kunnen vormen voor de transmissie van het monetair beleid naar de Griekse economie, die zich nog herstelt van de gevolgen van de pandemie. Ook de nettoaankopen krachtens het PEPP kunnen zo nodig worden hervat om negatieve schokken in verband met de pandemie te pareren.
De Raad van Bestuur heeft een zorgvuldige beoordeling uitgevoerd van de voorwaarden die, in overeenstemming met zijn forward guidance, vervuld moeten zijn voordat de Raad aanvangt met de verhoging van de basisrentetarieven van de ECB. Als gevolg van deze beoordeling heeft de Raad van Bestuur besloten dat die voorwaarden vervuld zijn.
In overeenstemming met zijn beleidsvolgorde is de Raad van Bestuur dan ook voornemens de basisrentetarieven van de ECB tijdens de monetairbeleidsvergadering van juli met 25 basispunten te verhogen. In de tussentijd heeft de Raad van Bestuur besloten dat het rentetarief voor de basisherfinancieringstransacties en de rentetarieven voor de marginale beleningsfaciliteit en de depositofaciliteit onveranderd blijven op respectievelijk 0,00%, 0,25% en -0,50%.
Verder vooruitblikkend verwacht de Raad van Bestuur de basisrentetarieven van de ECB opnieuw te verhogen in september. De kalibrering van deze rentestijging zal afhangen van de geactualiseerde inflatievooruitzichten op middellange termijn. Als de inflatievooruitzichten op middellange termijn onveranderd blijven of verslechteren, zal een grotere rentestap tijdens onze vergadering in september passend zijn.
Op basis van zijn huidige beoordeling verwacht de Raad van Bestuur dat na september een geleidelijk maar duurzaam traject van verdere rentestijgingen passend zal zijn. In lijn met de committering van de Raad van Bestuur aan de doelstelling van 2% op de middellange termijn, zal het tempo waarin de Raad van Bestuur zijn monetair beleid aanpast, afhangen van de binnenkomende gegevens en zijn beoordeling van de ontwikkeling van de inflatie op middellange termijn.
De Raad van Bestuur blijft de financieringssituatie van banken volgen en ervoor zorgen dat het vervallen van transacties in het kader van de derde reeks van gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO-III) de soepele transmissie van het monetair beleid niet verstoort. De Raad van Bestuur zal tevens regelmatig beoordelen hoe gerichte kredietverleningstransacties aan zijn monetairbeleidskoers bijdragen. Zoals eerder aangekondigd, lopen de speciale voorwaarden die in het kader van TLTRO-III gelden op 23 juni 2022 af.
***
De Raad van Bestuur staat klaar om al zijn instrumenten, zo nodig flexibel, aan te passen om ervoor te zorgen dat de inflatie zich op middellange termijn op zijn doelstelling van 2% stabiliseert. De pandemie heeft aangetoond dat, in moeilijke omstandigheden, flexibiliteit bij de opzet en de uitvoering van de activa-aankopen heeft geholpen een antwoord te geven op de verstoorde transmissie van het monetair beleid en de inspanningen van de Raad van Bestuur om zijn doel te bereiken doeltreffender heeft gemaakt. Binnen het mandaat van de ECB blijft flexibiliteit, onder moeilijke omstandigheden, een element van het monetair beleid wanneer bedreigingen voor de transmissie van het monetair beleid de verwezenlijking van prijsstabiliteit in gevaar brengen.
De president van de ECB zal de overwegingen die aan deze beslissingen ten grondslag liggen, toelichten op een persconferentie die vandaag om 14.30 uur Midden-Europese tijd begint.
Bron : Europese Centrale Bank, 9 juni 2022
You may also be interested in Combined monetary policy decisions and statement