Geconfronteerd met uitdagingen op milieu-, economisch en maatschappelijk gebied, is het spoor een oplossing met talrijke troeven, waarvan de ontwikkeling moet worden voortgezet en versneld. Begin mei heeft de ministerraad de Spoorvisie 2040 goedgekeurd, een primeur in de Belgische spoorweg- en politieke geschiedenis.
Met dit document zet de federale regering een duidelijke, ambitieuze en motiverende koers uit, zodat er coherente en onderbouwde beslissingen kunnen worden genomen voor het spoorwegbeleid voor de komende 20 jaar. De voortdurende verbetering van de efficiëntie en dienstverlening aan de klanten, zowel reizigers als bedrijven, staan centraal in deze originele aanpak.
Georges Gilkinet, federaal minister van Mobiliteit:
“Vandaag zetten we de trein naar morgen op het spoor. Voor de allereerste keer hebben onze spoorbedrijven, maar ook alle belanghebbenden, nu een langetermijnvisie en een stappenplan, met als doel om de klant een optimaal aanbod te bieden. Zo wil de federale regering nu spoorweggeschiedenis schrijven, met als doel om nog meer mensen en bedrijven te overtuigen om te kiezen voor de trein, het groenste transportmiddel. Dankzij deze visie kunnen alle overheids- en privé-actoren de beste beslissingen nemen om de toekomst voor te bereiden! ” (zie persbericht, 6 mei 2022).
Dit document, dat met name gebaseerd is op de werkzaamheden van de FOD Mobiliteit en Vervoer, stippelt de koers uit voor de beslissingen die de komende twintig jaar op het vlak van het spoorwegbeleid moeten worden genomen: meer reizigers en meer goederen aantrekken en onthalen, een aantrekkelijk vervoersaanbod voorstellen, een duurzamer spoorvervoersysteem dat ten dienste staat van een globale visie op mobiliteit.
De spoorwegsector wordt zowel voor goederen- als reizigersvervoer geconfronteerd met veranderingen in levensstijl en economische vraag. De sector moet zich dus aanpassen om nieuwe diensten te creëren en voortdurend op zoek te gaan naar nieuwe klanten.
Het doel is tweeledig: tegen 2040 een modaal aandeel van 15% (momenteel is dit 8%) voor het nationale reizigersvervoer en 20% (momenteel is dit 12%) voor het goederenvervoer halen.
Concreet betekent dit vlottere, betrouwbaardere en talrijkere verbindingen, de identificatie van Brussel als internationaal knooppunt dat verbonden is met de Europese hoofdsteden, de opwaardering van de infrastructuur voor goederenvervoer, maar ook een versterking van het aanbod (een trein om de 15 minuten in de grote steden en om de 30 minuten op de rest van het net), een betere bereikbaarheid of nog, een aantrekkelijke en vereenvoudigde tarifering.
De trein is al een van de meest duurzame vervoerswijzen, maar het kan altijd nog performanter. Om de Belgische spoorwegen nog meer te vergroenen, wordt er gestreefd naar een gebruik van 100% groene energie, de vermindering van de milieuhinder en het behoud van de biodiversiteit in de dagelijkse werking van de bedrijven.
Intermodaliteit en multimodaliteit staan ook centraal in de ambities om van het spoor de ruggengraat van de mobiliteit van morgen te maken. En dit door treinen aan te sluiten op andere gewestelijke vervoersoplossingen, door een grotere multimodale toegankelijkheid van stations, door een treingerichte ruimtelijke ordening en door de invoering van Mobility as a Service (MaaS).
De Spoorvisie 2040 overstijgt het kader van één legislatuur en vergt een passende follow-up. De spoorwegsector wordt gekenmerkt door een lange termijn: investeringen vergen meerdere jaren alvorens ze concreet worden. Dit impliceert dan ook een sterke en doordachte anticipatie op de te maken keuzes.
Om de doelen van deze Visie gaandeweg te halen, zal de FOD Mobiliteit en Vervoer, in nauwe samenwerking met de Belgische spoorwegactoren en aan de hand van een roadmap verschillende stappen op korte, middellange en lange termijn zetten. Deze instanties zullen worden verzocht om jaarlijks een advies uit te brengen en de uitrol te evalueren die de bevoegde minister aan de Kamer van volksvertegenwoordigers zal voorleggen
NB
De Visie Rail 2040 maakt deel uit van de globale strategie "De trein naar morgen", die verschillende fasen omvat, waarvan de belangrijkste het openbaredienstcontract met de NMBS, het performantiecontract met Infrabel, de meerjareninvesteringsplannen en het masterplan voor het goederenvervoer, drie documenten die momenteel uitgewerkt en onderhandeld worden.
Bron : Fod Mobiliteit, 31 mei 2022 - persbericht, 6 mei 2022).