Nieuwe regels voor bronbelastingprocedures (FASTER)

De Raad heeft op 14 mei 2024 een akkoord (algemene oriëntatie) bereikt over veiligere en snellere procedures om te zorgen voor aftrek wegens dubbele aanslag. Dit kan grensoverschrijdende investeringen stimuleren en fiscaal misbruik bestrijden.

Het FASTER-initiatief moet zorgen dat bron­belasting­procedures in de EU veiliger en efficiënter worden voor beleggers van over de grens, nationale belasting­autoriteiten en financiële intermediairs, zoals banken of investerings­platforms.

Vincent Van Peteghem, vicepremier en minister van Financiën van België

Als we de werking van de kapitaalmarkten willen verbeteren, moeten we onze procedures voor bron­belasting­vermindering op elkaar afstemmen. Ik ben blij dat wij het eens zijn geworden over dit belangrijke voorstel, dat zal voorkomen dat er miljarden aan belasting­inkomsten verloren gaan. Investeren in andere landen wordt hiermee eenvoudiger en dit moedigt hopelijk kleine beleggers aan om op de Europese financiële markten te investeren, wat uiteindelijk de hele economie ten goede komt.

Dubbele belasting

Op dit moment heffen veel lidstaten belastingen op dividenden (uit aandelen) en rente (op obligaties) die worden uitgekeerd aan beleggers die in het buitenland wonen. Deze investeerders moeten hier echter ook in hun woonland inkomsten­belasting over betalen.

Verdragen tussen de lidstaten moeten het probleem van dubbele belasting oplossen, maar de uitvoering kan per lidstaat aanzienlijk verschillen en leiden tot lange, dure en omslachtige procedures. Deze procedures kunnen tegelijkertijd gevoelig zijn voor grootschalige belastingfraude.

Het bronbelastinginitiatief zal de procedures voor belastingvermindering sneller, eenvoudiger en ook veiliger maken.

Gemeenschappelijke verklaring van fiscale woonplaats

Met de richtlijn wordt een gemeenschappelijke digitale EU-verklaring van fiscale woonplaats (eTRC) ingevoerd. Hiermee kunnen belastingbetalende beleggers gebruik maken van de versnelde procedures om vermindering van bronbelasting te verkrijgen.

De lidstaten voorzien in een geautomatiseerde procedure voor de afgifte van een digitale verklaring van fiscale woonplaats (eTRC) aan een natuurlijke persoon of entiteit die wordt geacht zijn fiscale woonplaats in hun rechtsgebied te hebben.

Versnelde procedures

Dankzij de richtlijn kunnen lidstaten 2 versnelde procedures invoeren die de bestaande standaard­procedure voor de teruggave van bronbelasting aanvullen. Dit zal zorgen voor snellere en beter geharmoniseerde vermindering- en teruggave­procedures in de EU.

De lidstaten kunnen een of beide van de volgende systemen gebruiken:

  • een systeem van "vermindering aan de bron", waarbij het belasting­tarief wordt toegepast dat geldt op het tijdstip waarop de dividenden of rente worden uitgekeerd
  • een systeem van "snelle teruggave", waarbij de teruggave van te veel betaalde bronbelasting binnen een duidelijke termijn wordt toegekend

De Raad kwam overeen dat de lidstaten de versnelde procedures moeten toepassen als zij vrijstelling verlenen van te veel ingehouden bronbelasting op dividenden die worden uitgekeerd voor openbaar verhandelde aandelen.

Lidstaten kunnen ook hun huidige procedures behouden en Hoofdstuk III van de richtlijn niet toepassen indien:

  • zij een alomvattend systeem van vermindering aan de bron hebben, dat van toepassing is op de te veel ingehouden bronbelasting op dividenden die voor openbaar verhandelde aandelen, uitgegeven door een ingezetene in hun rechtsgebied, worden uitgekeerd en hun markt­kapitalisatie­ratio onder een drempel van 1,5% ligt (zoals gerapporteerd door de ESMA). Indien deze markt­kapitalisatie­ratio echter 4 opeenvolgende jaren wordt overschreden of indien het systeem van vermindering aan de bron zodanig verandert dat het niet meer voldoet, worden alle regels waarin de richtlijn voorziet onherroepelijk van toepassing. Lidstaten hebben in dat geval 5 jaar de tijd om de regels van de richtlijn in nationaal recht om te zetten. Hierbij wordt rekening gehouden met de omvang van de financiële markten van de lidstaten, en met het feit dat sommige lidstaten nationale systemen behouden die voor hun huidige markt­omstandigheden geschikt zijn.
  • zij vrijstelling verlenen van te veel ingehouden bronbelasting op rente die is betaald voor openbaar verhandelde obligaties

De Raad heeft ook aanvullende omstandigheden in de tekst opgenomen waarin lidstaten verzoeken om bron­belasting­vermindering geheel of gedeeltelijk kunnen uitsluiten van de versnelde procedures, zodat ze – om fraude te voorkomen – verdere controles kunnen uitvoeren.

De Raad heeft bepalingen aan de tekst toegevoegd met betrekking tot indirecte beleggingen voor gevallen waarin de belegger niet rechtstreeks, maar via een instelling voor collectieve belegging belegt.

Op deze manier wordt gewaarborgd dat legitieme beleggers, zoals bepaalde instellingen voor collectieve belegging of hun beleggers, toegang hebben tot de versnelde procedures.

Op grond van de nieuwe regels zullen gecertificeerde financiële intermediairs die namens een geregistreerde eigenaar om vermindering verzoeken, de nodige zorgvuldigheid moeten betrachten met betrekking tot de vraag of de geregistreerde eigenaar in aanmerking komt voor belastingvermindering.

Gestandaardiseerde rapportage voor financiële intermediairs

De richtlijn voorziet in een gestandaardiseerde rapportageverplichting voor financiële intermediairs (zoals banken of investerings­platformen). Dit maakt het voor de nationale belasting­autoriteiten gemakkelijker om mogelijke belastingfraude of -misbruik op te sporen.

De lidstaten zullen nationale registers opzetten waarin grote (en eventueel ook kleinere) financiële intermediairs zich moeten registreren om te worden gecertificeerd. Om deze procedure eenvoudig te houden, heeft de Raad besloten een Europees portaal voor gecertificeerde financiële intermediairs op te zetten.

Dit portaal zal fungeren als een centrale website vanwaar de nationale registers toegankelijk zijn.

De lidstaten behouden de nodige keuzevrijheid bij het registreren en verwijderen van gecertificeerde financiële intermediairs en bij maatregelen die hen aangaan.

Zodra ze zijn geregistreerd, moeten de financiële intermediairs de noodzakelijke informatie aan de bevoegde belasting­autoriteiten melden, zodat de transactie kan worden getraceerd.

De lidstaten kunnen om uitgebreidere rapportage over transacties vragen om mogelijk fiscaal misbruik of belasting­fraude te kunnen opsporen.

Naast directe rapportage heeft de Raad de mogelijkheid van indirecte rapportage toegevoegd. Bij directe rapportage moet een gecertificeerde financieel intermediair rechtstreeks verslag uitbrengen aan de bevoegde autoriteit van de bronlidstaat. Bij indirecte rapportage moet de informatie worden verstrekt door elk van de gecertificeerde financiële intermediairs in de effecten­betalings­keten.

De Raad was het erover eens dat de lidstaten sancties moeten opleggen wanneer de uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen niet worden nageleefd.

Achtergrond en volgende stappen

De Europese Commissie heeft op 19 juni 2023 een voorstel voor de FASTER-richtlijn ingediend.

Voor dit voorstel geldt een bijzondere wetgevingsprocedure, waarbij de Raad als enige wetgever optreedt. In de Raad is eenparigheid van stemmen vereist. Het Europees Parlement werd geraadpleegd en bracht advies uit op 28 februari 2024. Vanwege de wijzigingen die de Raad tijdens de onderhandelingen in de richtlijn heeft aangebracht, moet het Europees Parlement echter opnieuw over de overeengekomen tekst worden geraadpleegd.

De overeengekomen tekst wordt vervolgens door de juristen-linguïsten getoetst en de richtlijn moet dan formeel door de Raad worden aangenomen voordat zij in het Publicatieblad van de EU wordt bekendgemaakt en in werking treedt.

De lidstaten moeten de richtlijn uiterlijk op 31 december 2028 in nationale wetgeving omzetten; de nationale voorschriften worden vanaf 1 januari 2030 van toepassing.

Meer weten



Mots clés

Articles recommandés

Jaarlijkse EU-begroting 2025: het nastreven van de politieke prioriteiten en het aanpakken van crises

Bijna één op de vijf zorgbedrijven zet flexi-jobbers in

Het eindejaarsgeschenk, een financieel voordelige traditie om 2024 goed af te sluiten