Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, roept op om steunkaders te voorzien voor bedrijven die zwaar getroffen worden door de energiecrisis. Bedrijven maken zich ernstige zorgen over de energieprijzen en -bevoorrading de komende winter. Dat blijkt uit een nieuwe enquête van Voka bij meer dan 500 ondernemingen. Bedrijven geven aan dat ze aankijken tegen operationele verliezen door de sterk stijgende energieprijzen.
“De stijgende energieprijzen en een dreigend gastekort op Europees niveau maken de ondernemingen bijzonder ongerust over de nabije toekomst. Een recessie loert om de hoek. We krijgen een uiterst giftige cocktail geserveerd met exploderende loonkosten en energieprijzen, onzekerheid over de Europese gasbevoorrading en nog steeds verstoorde leveringsketens. We vragen dat onze overheden zich voorbereiden om de economie door een mogelijk zware crisis te begeleiden”, zegt Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van Voka.
De energieprijzen zijn sterk gestegen en blijven een opwaartse trend vertonen. Voor alle bedrijven ligt de huidige elektriciteitsprijs 50% hoger dan gemiddeld in 2021. Specifiek voor de energie-intensieve bedrijven is de elektriciteitsprijs vandaag 70% hoger. De aardgasprijs voor alle bedrijven ligt 58% hoger dan gemiddeld in 2021. Specifiek voor de energie-intensieve bedrijven is de aardgasprijs vandaag 72% hoger.
Bedrijven proberen zich in te dekken tegen toekomstige prijsstijgingen door een energieprijs vast te klikken voor een langere periode. Wanneer echter die periode afloopt, moet een bedrijf nieuwe energiecontracten aangaan aan de huidige marktprijzen, die fors duurder zijn. Bij 1 op 3 ondernemingen loopt die indekking af binnen de 3 maanden. Van alle bedrijven is momenteel 43% helemaal niet ingedekt.
De fors gestegen en verder stijgende prijzen blijven niet zonder gevolgen. Een op vijf energie-intensieve bedrijven geeft aan de productie te zullen verminderen als de prijzen nog verder doorstijgen. Bij 5% van de energie-intensieve bedrijven wordt overwogen om de productie tijdelijk stil te leggen. Bij eventuele tekorten vreest 31 procent van de bedrijven en 50 procent van de energie-intensieve bedrijven de productie moeten te verminderen.
“Een verminderde of stilgelegde productie zal gevolgen hebben voor heel de economische keten. Wanneer producenten van basisgrondstoffen in moeilijkheden geraken door een tekort aan aardgas, dan ondervinden op hun beurt een hele reeks andere bedrijven op hun beurt gevolgen. Het is dan ook nodig om het noodplan aardgas te verfijnen en rekening te houden met de waardeketeneffecten eerder dan een algemene procentuele vermindering van het aardgasgebruik op te leggen in de hele industrie”, zegt Hans Maertens.
Omdat de stijgende energieprijzen een steeds groter aandeel van de bedrijfskosten uitmaken, lijden bedrijven meer operationele verliezen. Van alle bedrijven kent 10% nu al een operationeel verlies en schat nog eens 20% in dat zo’n verlies eraan zit te komen wanneer de prijzen nog verder doorstijgen.
Ook de bedrijfswinsten volgen een dalende trend. Eén op twee ondernemingen schat in dat de bedrijfswinst in 2022 lager zal liggen dan in 2021.
Voka dringt er bij de federale regering op aan om een reglementair kader in te stellen waarbinnen tijdelijk en gericht steun aan de meest getroffen bedrijven mogelijk wordt.
“Voka is voorstander van een Europese aanpak van de energiecrisis. Maar wanneer onze belangrijkste handelspartners Duitsland en Frankrijk wel bedrijven bijstaan met concrete ondersteuning, kan België niet achterblijven. Om een gelijk speelveld te waarborgen, roept Voka ook onze regering op om het voorbeeld van onze buurlanden te volgen”, besluit Hans Maertens.
Europa accepteert binnen het kader van het Temporary Crisis Framework energiesteun aan bedrijven onder bepaalde voorwaarden. Enkel bedrijven die hun energiefactuur minstens zagen verdubbelen tegenover vorig jaar, kunnen beroep doen op de steun. Concreet kan een nationale lidstaat tot 2 miljoen euro energiesteun per onderneming toekennen. Voor energie-intensieve ondernemingen en voor specifieke sectoren is er meer mogelijk.
België is momenteel nog verzekerd van voldoende gastoevoer van niet-Russische origine via de LNG-terminal in Zeebrugge en via de gaspijpleiding uit Noorwegen. Maar de situatie in de buurlanden is zorgwekkend. Sinds maandag is de cruciale gaspijpleiding Nord Stream 1 buiten werking gesteld voor een tiendaags onderhoud. In welke mate de pijpleiding opnieuw operationeel zal worden, is onzeker. Voor Duitsland en enkele andere Europese landen is de aanvoer van Russisch aardgas belangrijk om tegemoet te komen aan de energievraag van de economie. Als de Duitse economie in een recessie gaat, dan zullen ook wij daar sterk onder lijden. Duitsland is onze eerste handelspartner en de belangrijkste Europese economie.
“Niet alleen de stijgende energieprijzen en de mogelijke tekorten maar ook de situatie in Duitsland kan onze bedrijven serieus pijn doen en baart ons grote zorgen”, aldus nog Hans Maertens.
Bron: VOKA, juli 2022