Politiek akkoord over nieuw toekomstbestendig kader voor economische governance

De Commissie verwelkomt het akkoord dat het Europees Parlement en de Raad vandaag hebben bereikt over de meest ambitieuze en uitgebreide hervorming van het EU-kader voor economische governance sinds de economische en financiële crisis.

Het akkoord van vandaag over de hervorming van de EU-begrotingsregels is een zeer welkome en langverwachte doorbraak. Ik wil het Europees Parlement en de Raad daarom van harte danken voor hun intensieve inspanningen. In tijden van grote economische en geopolitieke uitdagingen zullen de nieuwe regels ons in staat stellen de realiteit van vandaag het hoofd te bieden en de EU-lidstaten duidelijkheid en voorspelbaarheid te geven over hun begrotingsbeleid voor de komende jaren. Deze regels zullen de overheidsfinanciën houdbaarder maken en duurzame groei bevorderen door investeringen en hervormingen te stimuleren. Dit zal het concurrentievermogen van de EU op lange termijn ondersteunen en de Economische en Monetaire Unie verder versterken, wat alle Europeanen ten goede komt.

Valdis Dombrovskis, uitvoerend vicevoorzitter voor een economie die werkt voor de mensen

Het vandaag bereikte akkoord om onze economische governance te hervormen is goed nieuws voor de Europese economie. Hiermee komt er een einde aan het lange traject om de begrotingsregels van de EU opnieuw vorm te geven. Hoewel de overeengekomen teksten anders en complexer zijn dan ons oorspronkelijke voorstel, zijn de kernelementen behouden gebleven: meer planning op middellange termijn, meer verantwoordelijkheid van de lidstaten binnen een gemeenschappelijk kader, en een meer geleidelijke budgettaire aanpassing om investerings- en hervormingsverbintenissen te weerspiegelen. Ik ben met name verheugd over het feit dat het definitieve akkoord een verbetering is ten opzichte van de tekst die de Raad afgelopen december is overeengekomen, onder meer dankzij betere bescherming van overheidsinvesteringen en een versterking van de sociale dimensie van het kader. Ik wil de onderhandelingsteams van het Europees Parlement, het Raadsvoorzitterschap en de Commissie, in het bijzonder DG ECFIN, bedanken voor hun inspanningen om deze cruciale hervorming erdoor te krijgen.

Paolo Gentiloni, commissaris voor Economie

Achtergrond - knelpunten

In april 2023 diende de Commissie haar hervormingsvoorstellen in.

Het kader moet vooral de schuld van de lidstaten houdbaarder maken en tegelijkertijd duurzame en inclusieve groei bevorderen in alle lidstaten, via groeibevorderende hervormingen en prioritaire investeringen. Het kader zal de EU concurrerender maken en beter voorbereiden op de uitdagingen van de toekomst door het proces naar een groene, digitale, inclusieve en veerkrachtige economie te ondersteunen.

De hervormingen moeten tekortkomingen in het huidige kader verhelpen en het kader eenvoudiger, transparanter en doeltreffender maken, met meer nationale verantwoordelijkheid en betere handhaving. Daarbij wordt rekening gehouden met de noodzaak om de hogere overheidsschuldniveaus, die onder meer het gevolg zijn van de COVID-19-pandemie, op een realistische, geleidelijke en duurzame manier terug te dringen. Het nieuwe kader bouwt ook voort op de ervaring die is opgedaan met de beleidsrespons van de EU op de financiële crisis, waarbij een gebrek aan investeringen een snel economisch herstel in de weg stond.

Het EU-kader voor economische governance bestaat uit het EU-kader voor het begrotingsbeleid (het stabiliteits- en groeipact en vereisten voor de nationale begrotingskaders) en de procedure bij macro-economische onevenwichtigheden. Het raamwerk voor de uitvoering van deze regels bestaat uit het Europees Semester voor beleidscoördinatie en het kader voor programma's voor macro-economische financiële bijstand.

In overeenstemming met de politieke richtsnoeren van voorzitter Von der Leyen heeft de Commissie in februari 2020 een evaluatie van de doeltreffendheid van het kader voor economisch toezicht gepresenteerd en een openbaar debat over de toekomst ervan gelanceerd. Tijdens dit uitgebreide openbare debat en overleg konden belanghebbenden hun mening geven over de belangrijkste doelstellingen van het kader, de werking ervan en de nieuwe uitdagingen die moeten worden aangepakt. Deze standpunten zijn meegenomen in de voorstellen voor wetshervormingen die de Commissie in april 2023 heeft ingediend. In december 2023 heeft de Raad een algemene oriëntatie in dezen bepaald. Het Europees Parlement heeft zijn goedkeuring gehecht aan het mandaat van de Commissie economische en monetaire zaken om in januari 2024 onderhandelingen te beginnen. Het Europees Parlement en de Raad hebben vervolgens op 10 februari 2024 een politiek akkoord bereikt.

Meer nationale verantwoordelijkheid via middellangetermijnplannen

Nieuwe budgettair-structurele plannen voor de middellange termijn staan in het nieuwe kader centraal. De lidstaten moeten plannen indienen met hun begrotingsdoelstellingen, prioritaire hervormingen en investeringen, en maatregelen voor de aanpak van macro-economische onevenwichtigheden tijdens een budgettaire aanpassingsperiode. De “aanpassingsperiode” is het tijdbestek waarbinnen – via een combinatie van begrotingsaanpassingen, hervormingen en investeringen – het schuldniveau van een lidstaat op een duurzaam neerwaarts pad wordt gebracht.

Deze plannen worden vervolgens beoordeeld door de Commissie en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad, die hiervoor gemeenschappelijke EU-criteria hanteert.

De integratie van begrotings-, hervormings- en investeringsdoelstellingen in één middellangetermijnplan moet zorgen voor een samenhangend en gestroomlijnd proces en zal de nationale verantwoordelijkheid versterken doordat de lidstaten meer ruimte krijgen bij het bepalen van hun budgettaire aanpassingstrajecten en hervormings- en investeringsverbintenissen. Wat de uitvoering van deze verbintenissen betreft, zullen de lidstaten jaarlijks voortgangsverslagen moeten indienen, waardoor toezicht en handhaving doeltreffender worden.

Dit nieuwe proces voor begrotingstoezicht wordt geïntegreerd in het bestaande Europees Semester, dat de spil blijft voor de coördinatie van het economisch en werkgelegenheidsbeleid.

Eenvoudigere regels die rekening houden met verschillen op het vlak van budgettaire uitdagingen

Met het nieuwe kader wordt risicogebaseerd toezicht ingevoerd, waarbij op basis van de afzonderlijke begrotingssituaties onderscheid wordt gemaakt tussen de lidstaten. Deze aanpak wordt ingebed in een transparant gemeenschappelijk EU-kader dat wordt ondersteund door waarborgen om ervoor te zorgen dat de schuld op een neerwaarts pad wordt gebracht (de schuldhoudbaarheidswaarborg), of een veiligheidsmarge te bieden die onder de limiet ligt van de in het Verdrag vastgelegde tekortreferentiewaarde van 3% van het bbp om begrotingsbuffers op te bouwen (de waarborg voor de veerkracht van het tekort).

Eén enkele operationele indicator – de netto primaire uitgaven – zal als basis dienen voor het begrotingstoezicht, wat neerkomt op een vereenvoudiging van de begrotingsregels.

Voor lidstaten met een overheidstekort van meer dan 3% van het bbp of een overheidsschuld van meer dan 60% van het bbp zal de Commissie een landspecifiek “referentietraject” uitstippelen. Dit traject zal de lidstaten sturing geven bij de voorbereiding van hun plannen en ervoor zorgen dat de schuld op een plausibel neerwaarts pad wordt gebracht of op een prudent niveau blijft.

Voor lidstaten met een overheidstekort van minder dan 3% van het bbp en een overheidsschuld van minder dan 60% van het bbp zal de Commissie technische informatie verstrekken om ervoor te zorgen dat het tekort op middellange termijn onder de referentiewaarde van 3% van het bbp blijft. Dit wordt op verzoek van de lidstaten gedaan.

Hervormingen en investeringen bevorderen

Er is behoefte aan zowel hervormingen als investeringen om nieuwe en bestaande uitdagingen het hoofd te bieden. Hervormingen en investeringen vormen ook een essentieel onderdeel van een geloofwaardig schuldreductieplan. Het nieuwe kader zal de lidstaten helpen en aanmoedigen om de maatregelen te treffen die nodig zijn om de groene en de digitale transitie veilig te stellen, de economische en sociale veerkracht te vergroten en de veiligheidscapaciteit van Europa te versterken.

De lidstaten die zich verbinden tot hervormingen en investeringen om deze doelstellingen te bereiken, komen in aanmerking voor een meer geleidelijke aanpassingsperiode, die wordt verlengd van vier tot maximaal zeven jaar. Deze maatregelen moeten aan specifieke criteria voldoen: ze dienen met name gericht te zijn op landspecifieke aanbevelingen aan de lidstaten in het kader van het Europees Semester of op de verwezenlijking van specifieke beleidsprioriteiten van de EU.

Bij een verlenging van de aanpassingsperiode in de eerste ronde van de plannen zal rekening worden gehouden met hervormings- en investeringsverbintenissen in de nationale herstel- en veerkrachtplannen.

De Commissie zal een aantal relevante factoren in aanmerking nemen om te beoordelen of er sprake is van een buitensporig tekort. Een toename van overheidsinvesteringen in defensie zal expliciet als een van die relevante factoren worden erkend. Andere relevante factoren zijn bv. de staatsschuld van de lidstaat, economische en budgettaire ontwikkelingen en de uitvoering van hervormingen en investeringen.

Handhaving versterken

Regels moeten worden gehandhaafd. Het nieuwe kader geeft de lidstaten meer speelruimte wat het ontwerp van hun plannen betreft, maar tuigt ook een versterkte handhavingsregeling op. Die moet ervoor zorgen dat de lidstaten hun verbintenissen daadwerkelijk nakomen. De lidstaten zullen jaarlijks voortgangsverslagen indienen over de uitvoering van de verbintenissen in hun plannen, die door de Commissie worden beoordeeld.

De Commissie zal een controlerekening opzetten om afwijkingen van het overeengekomen begrotingstraject te registreren. Wanneer het saldo van de controlerekening een numerieke drempel overschrijdt en de schuld van de lidstaat meer dan 60% van het bbp bedraagt, zal de Commissie een verslag opstellen om te beoordelen of er een buitensporigtekortprocedure moet worden ingesteld. Als een lidstaat de aangegane hervormings- en investeringsverbintenissen niet nakomt, kan zijn budgettaire aanpassingsperiode worden ingekort. De regels omtrent het instellen van een buitensporigtekortprocedure blijven ongewijzigd.

Volgende stappen

Het Europees Parlement en de Raad moeten het politieke akkoord nu formeel vaststellen.

Het nieuwe kader treedt volgend jaar in werking, op basis van plannen die de lidstaten later dit jaar zullen indienen. Dit geeft de lidstaten genoeg tijd om hun plannen voor de komende jaren op te stellen. In 2024 zal het begrotingstoezicht gebaseerd zijn op de landspecifieke aanbevelingen die al in het voorjaar van 2023 zijn gedaan.

Meer informatie

Wetgevingsvoorstellen van de Europese Commissie voor een hervormd EU-kader voor economische governance

Mots clés

Articles recommandés

Volgens de najaarsenquête 2024 zou de investeringsdynamiek toenemen in 2025

Vereenvoudigde aangifte : nieuwe circulaire 2024/C/76

Focus on Europa's nieuwe digitale grenssysteem