Rapport 2022 over duurzameontwikkelingsdoelstellingen in de Europese Unie: ins en outs ...

Eurostat, het bureau voor de statistiek van de Europese Unie, publiceert vandaag het rapport “Sustainable development in the European Union — 2022 monitoring report on progress towards the SDGs in an EU context”, dat een statistisch overzicht geeft van de vooruitgang bij het bereiken van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen in de EU.



Uit de gegevens in het verslag blijkt dat de EU de afgelopen vijf jaar voor de meeste doelstellingen vooruitgang heeft geboekt, overeenkomstig de prioriteiten van de Commissie op belangrijke beleidsterreinen zoals de Europese Green Deal, de digitale strategie en het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten. Bij het bereiken van sommige doelstellingen is sneller vooruitgang geboekt dan bij andere, en voor slechts enkele specifieke duurzameontwikkelingsdoelstellingen was er sprake van achteruitgang.

Het ongeziene instrument NextGenerationEU dat de Commissie in reactie op de pandemie heeft uitgewerkt, en de hervormingen en investeringen waarin de plannen voor herstel en veerkracht van de lidstaten voorzien, zullen een belangrijke bijdrage leveren om de duurzameontwikkelingsdoelstellingen in de EU in de toekomst te verwezenlijken.

Paolo Gentiloni, commissaris voor Economie, zei daarover: Europa wordt geconfronteerd met zijn tweede “zwarte zwaan” in drie jaar tijd. Het opvangen van de gevolgen van de economische schok na de Russische invasie van Oekraïne mag er echter niet toe leiden dat wij ons doel om het economische model van de EU te transformeren, uit het oog verliezen. Het moet juist een reden zijn om ons dubbel zo hard in te spannen om onze veerkracht en de duurzaamheid van de productieprocessen en dagelijkse activiteiten te vergroten. Bij deze collectieve inspanning blijven de duurzameontwikkelingsdoelstellingen ons kompas en onze maatstaf voor succes.”

Achtergrond

De duurzameontwikkelingsdoelstellingen staan al geruime tijd centraal in de Europese beleidsvorming, zijn stevig verankerd in de Europese Verdragen en geïntegreerd in belangrijke projecten, sectorale beleidsmaatregelen en initiatieven van de Commissie-Von der Leyen. De Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling en haar 17 duurzameontwikkelingsdoelstellingen, die in september 2015 door de Verenigde Naties werden goedgekeurd, hebben een nieuwe impuls gegeven aan de wereldwijde inspanningen om duurzame ontwikkeling te bereiken. De EU heeft zich er ten volle toe verbonden de Agenda 2030 te verwezenlijken en uit te voeren, zoals uiteengezet in “De Europese Green Deal” en het werkdocument van de diensten van de Commissie “Delivering on the UN's Sustainable Development Goals — A comprehensive approach”.

De publicatie van vandaag is de zesde jaarlijkse monitoring, waarmee Eurostat in 2017 is begonnen. Zij is gebaseerd op de indicatoren voor de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de EU die zijn ontwikkeld om de vooruitgang bij het bereiken van de doelstellingen in een EU-context te monitoren. Het monitoringrapport beoogt een objectieve beoordeling te presenteren van de vraag of de EU — volgens de geselecteerde indicatoren — in de afgelopen vijf en vijftien jaar vooruitgang heeft geboekt in het halen van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen.

Indicatortrends worden beoordeeld op basis van hun gemiddelde jaarlijkse groeipercentage in de afgelopen vijf jaar. Voor de 22 indicatoren met kwantitatieve EU-doelstellingen wordt de vooruitgang ten aanzien van die doelstellingen beoordeeld. Die doelstellingen betreffen vooral de klimaatverandering, het energieverbruik en het onderwijs. Alle andere indicatoren worden beoordeeld aan de hand van de richting en de snelheid van de verandering.

Belangrijkste bevindingen


Blijkens het rapport heeft de EU de afgelopen vijf jaar aanzienlijke vooruitgang geboekt bij het bereiken van vijf duurzameontwikkelingsdoelstellingen en gematigde vooruitgang bij de meeste andere. Meer in het bijzonder:

  • Net als in de vorige jaren is de EU de grootste vooruitgang blijven boeken bij het bevorderen van vrede en persoonlijke veiligheid op haar grondgebied, door de toegang tot de rechter en het vertrouwen in de instellingen te verbeteren (doelstelling 16). Het aandeel van de EU-bevolking dat melding doet van criminaliteit, geweld en vandalisme in de buurt is gedaald van 13,2 % in 2015 tot 10,9 % in 2020. Bovendien is het aandeel van de EU-bevolking dat het rechtsstelsel in zijn land als voldoende onafhankelijk beschouwt, van 2016 tot 2021 met 4 procentpunten gestegen (van 50 % tot 54 %).
  • Er is ook aanzienlijke vooruitgang geboekt bij het terugdringen van armoede en sociale uitsluiting (doelstelling 1), de economie en de arbeidsmarkt (doelstelling 8), schone en betaalbare energie (doelstelling 7) en innovatie en infrastructuur (doelstelling 9). De beschikbare gegevens op het gebied van armoede (doelstelling 1) hebben gedeeltelijk betrekking op de periode vóór de pandemie en geven de gevolgen daarvan daarom nog niet volledig weer.
  • De gunstige beoordeling van doelstelling 7 hing sterk samen met een aanzienlijke daling van het energieverbruik in 2020 (– 8 % ten opzichte van 2019) als gevolg van aan COVID-19 gerelateerde beperkingen van het openbare leven en een lagere economische activiteit. Daarom kon de EU haar energie-efficiëntiedoelstelling voor 2020 halen en lijkt zij, op basis van de tot dusver geboekte vooruitgang, op schema te liggen om haar doelstelling voor 2030 te halen. Bovendien is het gebruik van hernieuwbare energie voortdurend toegenomen; het aandeel daarvan is sinds 2005 verdubbeld. In 2020 was hernieuwbare energie al goed voor 22,1 % van het bruto-eindverbruik van energie. De invoer van fossiele brandstoffen dekt echter nog steeds meer dan de helft van de vraag naar energie in de EU en het lagere energieverbruik van 2020 zal waarschijnlijk slechts tijdelijk zijn.
  • Ook werd de vooruitgang bij doelstelling 8 inzake economie en arbeidsmarkt, waarvoor de meest recente beschikbare gegevens van 2021 dateren, positief beïnvloed door de sterke economische groei en de goede prestaties van de arbeidsmarkt vorig jaar. Zo steeg de arbeidsparticipatie in 2021 tot 73,1 %, zelfs boven het niveau van vóór de pandemie.
  • De vooruitgang bij het bereiken van de doelstellingen op het gebied van gezondheid en welzijn (doelstelling 3), leven in het water (doelstelling 14), gendergelijkheid (doelstelling 5), duurzame steden en gemeenschappen (doelstelling 11), minder ongelijkheid (doelstelling 10), verantwoorde consumptie en productie (doelstelling 12), kwaliteitsonderwijs (doelstelling 4), klimaatactie (doelstelling 13) en het elimineren van honger (doelstelling 2) was beperkt.
  • De algemene beoordeling van de vooruitgang van de EU op het gebied van partnerschappen (doelstelling 17) en schoon water en sanitair (doelstelling 6) was neutraal, wat betekent dat het aantal duurzame en niet-duurzame ontwikkelingen nagenoeg gelijk was.
  • Ten slotte is de afgelopen vijf jaar een lichte achteruitgang ten opzichte van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen vastgesteld voor het leven op het land (doelstelling 15), wat erop wijst dat ecosystemen en biodiversiteit onder druk bleven staan door menselijke activiteiten. Hoewel zowel het bosgebied van de EU als de beschermde gebieden op het land een beetje groter zijn geworden, is de druk op de biodiversiteit blijven toenemen. Het vóórkomen van vogels van alledaagse soorten is bijvoorbeeld een indicator voor biodiversiteit, omdat veel van deze vogels voor hun voortplanting en voedsel specifieke habitats nodig hebben, waar vaak ook veel bedreigde planten- en diersoorten te vinden zijn. Sinds 2000 is het aantal vogels van alledaagse soorten naar schatting met 10 % gedaald. Na vele jaren van achteruitgang lijkt het er echter op dat hun aantallen zich beginnen te stabiliseren.

De indicator voor de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de EU wordt elk jaar herzien. De voor het rapport van 2022 vastgestelde indicator is herzien om die in overeenstemming te brengen met het 8e milieuactieprogramma en de nieuwe doelstellingen van het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten. Er is ook een betere analyse van de overloopeffecten met betrekking tot de CO2-emissies, de bodemvoetafdruk, de materiaalvoetafdruk en de bruto toegevoegde waarde die buiten de EU door consumptie in de EU worden gegenereerd. Tot slot bevat het rapport een specifieke analyse van de impact van COVID-19 op de duurzameontwikkelingsdoelstellingen.

​Meer informatie

>>>> Download publication (EN)

Bron : Europese Commissie, Eurostat, 19 mei 2022

Mots clés

Articles recommandés