Sinds deze week zijn er opnieuw versoepelingen. Bedrijven bepalen nu zelf hoe vaak ze willen dat we terug naar kantoor komen. Dat we niet meer elke dag naar het werk willen pendelen, is duidelijk: slechts 7 procent van de werknemers verkiest 100 % werken op kantoor. Dat blijkt uit een onderzoek bij meer dan 2.000 werknemers van hr-dienstenbedrijf Acerta en onderzoeksbureau Indiville vlak voor code geel.
Hoewel we minder contact hebben met collega’s (8 op de 10) en onze leidinggevende (bijna 6 op de 10) en 4 op de 10 aangeeft thuis minder bij te leren, hoopt bijna 7 op de 10 dat hun werkgever een hybride werkregime aanhoudt met flexibele thuis- en kantoordagen. Werkgevers passen hun beleid en arbeidsovereenkomst best aan de nieuwe werkvorm, net als een vergoeding voor internet en telefonie, nu thuiswerk voorlopig niet langer een coronamaatregel is.
Met code geel lijken we nu echt de exit uit de pandemie te hebben bereikt. Een consequentie is dat thuiswerk niet meer wordt aanbevolen als coronamaatregel. We kunnen terug naar kantoor, maar de meerderheid van de werknemers ziet het niet zitten om dat elke dag te doen. Uit de grote jaarlijkse werknemersbevraging van Acerta en onderzoeksbureau Indiville blijkt dat de helft van de werknemers liefst niet meer dan 2 dagen vanaf kantoor wil werken, 13 % is voorstander van maar 1 dag op kantoor en 6 % zou zelfs het liefste volledig van thuis werken. Slechts 7 % van de werknemers verkiest voltijds terug naar kantoor.
Daarnaast viel op dat 46 % van de Belgische werknemers in code rood niet de optie had om van thuis te werken, 54 % had die optie wel. 32 % kon voor minstens 3/5 voor thuiswerk kiezen. 88 % van de werknemers oordeelde dat de functie het simpelweg onmogelijk maakte om van thuis te werken.. 11 % zei tot slot dat het feit van niet te kunnen thuiswerken een keuze was van de werkgever: die wilde het niet.
Figuur 1: Ideale verhouding thuiswerk/kantoorwerk volgens werknemers – januari 2022
Dankzij corona weten werknemers waarvoor ze kiezen, want ze hebben thuiswerk kunnen uitproberen en dat is ze goed bevallen. 70 % is tevreden over hoe thuiswerk is georganiseerd, waarvan 20 % zelfs zeer tevreden. De meeste stellingen over thuiswerk krijgen positieve scores: er is vertrouwen bij de werkgever en leidinggevende over het thuiswerk, medewerkers ervaren een betere work-lifebalans, ze schatten de impact op het milieu positief in en van hun productiviteit menen ze dat die hoger ligt met thuiswerk, 1 op de 2 heeft wel het gevoel dat werk en privé door thuiswerk meer door elkaar lopen, dus dat is zeker een aandachtspunt. 73 % gaat ervan uit dat werkgevers thuiswerk zullen blijven stimuleren.
Figuur 2: Appreciatie thuiswerk volgens werknemers – januari 2022
Als thuiswerk inderdaad verankerd wordt als werkvorm, hoe zien werknemers dat dan liefst georganiseerd? Twee derde wil liefst een flexibel systeem, zonder vaste regeling rond thuiswerkdagen. Maar het is niet omdat werknemers thuiswerk algemeen positief waarderen dat alles vanzelf optimaal verloopt. Bij de stellingen over thuiswerk (zie hoger) blijkt bijvoorbeeld dat 4 op de 10 werknemers de indruk hebben dat ze thuis minder bijleren. Daarnaast hebben 8 op de 10 veel minder contact met collega’s en bijna 6 op de 10 minder contact met hun leidinggevende. 6 op de 10 geven ook aan meer uren te werken als ze thuis zijn dan op kantoor. Werkgevers en leidinggevenden moeten daar aandacht voor hebben en hun beleid dus moeten herzien vanuit de nieuwe realiteit van hybride werken.
Figuur 3: Voorkeur werknemers voor een flexibele of vaste regeling
Hannelore Van Meldert, hr-experte van Acerta Consult legt uit: “Werknemers hebben een punt als ze een thuiswerksysteem verkiezen waarin niet vastligt dat ze bijvoorbeeld op dinsdag en donderdag op kantoor moeten zijn. Om het maximum te halen uit hybride werken – de werkvorm die thuis- en kantoorwerk combineert – zou het soort werk moeten kunnen bepalen waar iemand dat werk doet. Synchroon werk, d.w.z. werk dat je samen met collega’s doet, bv. een brainstorm, gebeurt best op kantoor. Asynchroon werk, d.w.z. werk dat mensen hoe dan ook individueel zullen uitvoeren, kan perfect van thuis. Het is ook belangrijk om aandacht te hebben voor de informele momenten op kantoor waar je connectie opbouwt met je collega’s, cruciaal voor welbevinden. Dat spreekt niet tegen dat 2/3 kantoor/werk de ideale verhouding is, alleen is het beter om die 2 dagen niet aan vaste weekdagen te koppelen. Je kan ook afspreken om per maand aan een gemiddelde van 2 dagen/week te komen. Afspraken maken betekent met je medewerkers communiceren. Naargelang hun leeftijd, thuissituatie, of iemand een huismus dan wel een kantoormus is ... zullen mensen verschillend naar hybride werken kijken.”
Uit de bevraging over thuiswerk in coronatijden bleek dat 51 % van de werkgevers geen regels had over wel of niet thuiswerk en het percentage op week- of maandbasis. Nu thuiswerk weer structureel wordt en dus niet langer een coronamaatregel is, betekent het dat er ook aan bepaalde verplichtingen moet worden voldaan.
Ellen Van Grunderbeek, juridisch experte van Acerta Consult : “Voor structureel thuiswerk moet er een bijlage aan de arbeidsovereenkomst worden toegevoegd. En uiteraard is een weldoordachte en liefst goed doorgesproken policy rond hybride werken ook een goed idee. Als werkgever moet je uiteraard ook voldoen aan verplichtingen zoals de vergoeding voor verbinding en communicatie wanneer je opteert voor structureel thuiswerk. Je kan hier dus best wel even voor gaan zitten. Dat loont trouwens absoluut de moeite, want hybride werken kan, als het goed wordt georganiseerd, zorgen voor gelukkige medewerkers en een positieve uitstraling naar kandidaat-medewerkers. Hybride werken als troef voor retentie en rekrutering, welke onderneming wil die kans missen? Nu vooral verder surfen op de positieve golf is de boodschap.”
De gegevens komen uit een jaarlijks onderzoek dat ACERTA door het onderzoeksbureau Indiville liet uitvoeren bij meer dan 2000 werknemers. De data werden gewogen om representatief te zijn voor de werkende Belgische bevolking, naar geslacht; leeftijd, taal en statuut. Deze liep van 26 januari tot 9 februari 2022.