Alle gevallen van tijdelijke werkloosheid aangevraagd in de periode van 13 maart tot 30 juni 2020 te wijten aan het coronavirus worden beschouwd als overmacht !
Indien de overheid u verplicht om de deuren van uw onderneming geheel of gedeeltelijk te sluiten om zo de verspreiding van het coronavirus te beletten, indien u geen werk meer hebt voor (een gedeelte van) uw personeel ingevolge de maatregelen door de overheid genomen tegen de verspreiding van het coronavirus of indien u minder werk hebt of u beslist om uw onderneming te sluiten bij gebrek aan werk omwille van de situatie ontstaan door de verspreiding van het coronavirus, dan is er goed nieuws voor u.
De voorbije dagen beslisten zowel de federale regering alsook de RVA om het stelsel van tijdelijke werkloosheid in belangrijke mate te vereenvoudigen. Dit is uiteraard geen verrassing, gelet het dramatisch aantal aanvragen tijdelijke werkloosheid omwille van overmacht of wegens economische redenen. De beslissingen hebben wel een tijdelijk karakter: de meesten lopen af op 30 juni 2020, en enkele reeds op 5 april (weliswaar tot 30 juni verlengbaar indien de regering indien de sanitaire maatregelen door de regering worden verlengd of versterkt).
Regeringsbeslissingen van 20 maart 2020
Op 20 maart ll. besliste de federale regering dat elke tijdelijke werkloosheid wegens overmacht of economische redenen, gelegen tijdens de periode van 13 maart tot 30 juni 2020, aangegeven mogen worden onder het stelsel van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. Voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht geniet de werkgever daarenboven een tijdelijke vrijstelling van de elektronische aangifte en het indienen van een dossier bij de RVA.
Let wel: deze twee versoepelingen gelden enkel voor tijdelijke werkloosheid te wijten aan het coronavirus (en dus bijvoorbeeld niet voor tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer).
Daarenboven besliste de regering om de uitkering voor tijdelijke werkloosheid omwille van overmacht tijdelijk te verhogen met een dagsupplement ten laste van de RVA, en om deze vorm van tijdelijke werkloosheid gelijk te stellen met arbeid voor de toepassing van de wetgeving jaarlijkse vakantie.
RVA-beslissingen van 18 maart 2020
Twee dagen eerder nam ook de RVA een aantal beslissingen. De RVA kent een tijdelijke vrijstelling toe van de verplichtingen inzake de C3.2A (= de ‘controlekaart’) en het validatieboek. De RVA werkte tevens een vereenvoudigd formulier uit voor uitkeringsaanvragen tijdelijke werkloosheid.
In tegenstelling tot de regeringsbeslissingen gelden de beslissingen van de RVA voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid, dus bijvoorbeeld ook voor tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer of tijdelijke werkloosheid die geen verband houdt met de coronacrisis.
Wij lichten hierna deze beslissingen toe.
Normaliter is tijdelijke werkloosheid wegens overmacht enkel mogelijk indien er daadwerkelijk sprake is van een tijdelijke overmachtssituatie. Bijvoorbeeld, toegepast op de coronacrisis, de verplichte sluitingen of de verplichte quarantaine van een arbeidsgeschikte werknemer.
Nieuw is dat een werkgever, voor de periode van 13 maart tot en met 30 juni, elke tijdelijke werkloosheid die te wijten is aan het coronavirus, naar de RVA toe mag behandelen als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. De RVA eist dus niet meer dat de werkgever beroep doet op tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen in geval van werkgebrek wegens bijvoorbeeld dalende bestellingen. Deze daling moet wel het gevolg zijn van de coronacrisis.
Met deze versoepeling wordt de werkgever tijdelijk ontslagen van een aantal verplichtingen t.a.v. de RVA. Deze versoepeling loopt (vooralsnog) tot 30 juni 2020. Voor situaties na deze datum gelden opnieuw de gebruikelijke regels (tenzij de versoepeling uiteraard verlengd wordt).
En wat met bestaande aangiften tijdelijke werkloosheid en reeds ingestuurde dossierstukken?
Werkgevers die voor bovenvermelde periode reeds tijdelijke werkloosheid omwille van economische redenen of omwille van overmacht aangaven op de portaalside van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be) en/of die reeds dossierstukken indienden bij het bevoegde rva-kantoor, bvb. een C106A-formulier, moeten deze noch herroepen noch wijzigen. Deze mag men dus ongemoeid laten. Hetzelfde indien een werkgever reeds de 1e dag tijdelijke werkloosheid van de maand aangaf op de portaalsite. Het is voldoende – en van belang - dat de tijdelijke werkloosheid overmacht wordt doorgegeven in de prestatieopgaven naar Group S (code HK in het Nederlands en FM in het Frans).
Voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht te wijten aan het coronavirus, moet er tijdelijk geen elektronische aanmelding meer gebeuren via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be), noch een dossier overgemaakt worden aan het bevoegde RVA-kantoor. Kortom: om tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in te voeren, moet de werkgever geen aangiften meer doen bij de RVA. Hierbij is wel vereist dat deze tijdelijke werkloosheid ingegeven is door de coronacrisis. Deze vrijstelling geldt voor de periode van 13 maart tot en met 5 april 2020 maar kan worden verlengd tot 30 juni 2020, indien de sanitaire maatregelen door de regering worden verlengd of versterkt.
Kiest een werkgever voor een coronacrisis gerelateerde tijdelijke werkloosheid alsnog voor economische werkloosheid – dus i.p.v. overmacht – dan gelden deze vrijstellingen niet. De vrijstellingen gelden evenmin voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid die niet het gevolg zijn van de coronacrisis, bijvoorbeeld tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer.
De werkgever wordt voor de periode van 13 maart tot en met 30 juni 2020 er van vrijgesteld om C3.2A’s af te leveren aan de werknemers. Deze vrijstelling geldt voor de maanden maart, april, mei én juni.
Voor deze maanden vervalt eveneens de verplichting om het validatieboek in te vullen.
In tegenstelling tot het vorige punt 2, gelden deze vrijstellingen ook voor tijdelijke werkloosheid die niets te maken heeft het coronavirus. Bijvoorbeeld tijdelijke werkloosheid wegens weerverlet.
De vrijstelling van de C3.2A impliceert extra aandacht in hoofde van de werkgever bij het opgeven van de werknemersprestaties bij Group S. Immers, de uitkeringen zullen louter gebaseerd worden op die loonopgaven (die de zogenaamde ‘ASR-aangiften’ voeden, dewelke Group S aangeeft bij de RSZ). Hierbij moet men de gebruikelijke code voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht gebruiken (HK in het Nederlands en FM in het Frans).
Merk hierbij op dat tijdelijke werkloosheid sowieso enkel mogelijk is voor volledige dagen. Bijvoorbeeld de voormiddag werken of een voormiddag vakantie, met aansluitend tijdelijke werkloosheid in de namiddag, kan dus niet.
Werknemers kunnen werkloosheidsdagen en arbeidsdagen wel afwisselen.
Alle sociale secretariaten nodigen werkgevers uit om de prestatieopgaven van de werknemers die in tijdelijke werkloosheid zitten, zo spoedig mogelijk door te geven. Dit om elke vermijdbare betaling van de werkloosheidsuitkeringen tegen te gaan.
Voor de periode vanaf 1 februari t.e.m. 30 juni kan de werknemer een aanvraag tot werkloosheidsuitkeringen doen aan de hand van een vereenvoudigde versie van het formulier 3.2-werknemer, de 'C.3.2-werknemer corona’ . Hij bekomt dit formulier via zijn betalingsinstelling (vakbond of – indien niet gesyndikeerd – de Hulpkas voor Werkloosheid). Dus niet via de werkgever.
Dit vereenvoudigd document kan gebruikt worden ongeacht de vorm van tijdelijke werkloosheid. Dus ook voor uitkeringsaanvragen tijdelijke werkloosheid die geen verband houden met de coronacrisis, bijvoorbeeld tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer.
De RVA betaalt op basis van dit formulier en op basis van de DMFA/ASR-aangiften.
Op 11 maart 2020 werd de uitkering voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht reeds opgetrokken van 65 naar 70 procent van het gemiddelde loon van de werknemers, en dit tot 30 juni 2020. Het loonplafond bleef en blijft behouden op 2.754,76 € per maand.
Bovenop deze tijdelijk verhoogde uitkering zal de RVA nu een complement betalen van 5,63 € per dag tijdelijke werkloosheid wegens overmacht, eveneens tot 30 juni 2020.
Er wordt op de uitkering en het complement enkel een bedrijfsvoorheffing ingehouden van 26,75%.
De werkloosheidsdagen tijdelijke werkloosheid wegens overmacht van zullen gelijkgesteld worden voor de jaarlijkse vakantie en het wettelijk vakantiegeld. Die gelijkstelling zal wel enkel gelden voor de periode van 2 februari 2020 tot en met 30 juni 2020. Opdat deze gelijkstelling effectief realiteit wordt, is wel nog een koninklijk besluit vereist.
Alle bovenstaande maatregelen kennen een tijdelijk karakter. De vrijstelling van de elektronische aangifte & indiening van een dossier bij de RVA loopt af op 5 april (weliswaar verlengbaar). De andere wijzigingen lopen in principe af op 30 juni 2020.
Frank Verbruggen - Legal manager