Vijfde regularisatieronde op komst?

Onder druk van bepaalde politieke partijen werd de vierde regularisatieronde, beter gekend als de EBA-Quater, afgerond eind 2023. Tot 31 december 2023 konden de laatste regularisatieaangiftes EBA-Quater voor federale belastingen worden ingediend. Sindsdien is de mogelijkheid om fiscaal verjaard kapitaal te regulariseren middels het indienen van een regularisatieaangifte bij het Contactpunt Regularisaties onverbiddelijk afgelopen. Sinds 1 januari 2024 zitten de potentiële kandidaat-aangevers bijgevolg wat dat betreft in een juridisch vacuüm.

Geweten de verstrenging van de witwaswet vanaf 5 februari 2024 is dat voor menig cliënt een eerder groot probleem en op zijn minst een belangrijk aandachtspunt.

Aflopen regularisatieronde EBA-Quater

Onder het regime van de EBA-Quater, middels de Wet van 21 juli 2016[1], konden belastingplichtigen desgewenst fiscaal verjaarde kapitalen rechtzetten middels betaling van een forfaitaire heffing van 40%. Fiscaal niet-verjaarde inkomsten konden worden geregulariseerd mits betaling van de normale nog verschuldigde belasting te verhogen met een forse boete van 25 procentpunten (bovenop het tarief dus). In ruil voor de betaling van die heffing verkreeg de aangever een regularisatieattest, houdende zowel fiscale als strafrechtelijke immuniteit. Dit attest was (en is) voor de Belgische banken een noodzakelijke voorwaarde voor de repatriëring van buitenlands vermogen gebleken.

Op de valreep werden in december 2023 nog 606 aangiftes ingediend, wat gebruikelijk is indien een dergelijke wetgeving een einddatum krijgt. Zoiets wordt dan “een meevaller” voor de schatkist genoemd. In 2023 werden er in totaal 1024 aangiftes ingediend voor een bedrag van EUR 894.262.312,32. De aangegeven bedragen lagen uitzonderlijk hoog i.t.t. de voorgaande jaren. Dit had een positief effect op de begroting. De impact betrof een bedrag van EUR 260 miljoen voor 2024. In totaal bracht de vierde regularisatieronde een bedrag van EUR 1,15 miljard op voor de periode van 2016 t/m 2023. Een dergelijk hoog bedrag kan verwondering wekken daar 2023 immers het 20e jaar op rij was - sedert 2004 - dat een cliënt zich fiscaal in regel kon stellen. Er was immers sedert 2004 , ononderbroken, met uitzondering van de jaren 2005, 2014 en 2015, de mogelijkheid om te regulariseren via een ‘eenmalige bevrijdende aangifte’. In elk van de drie voormelde jaren was er een administratieve mogelijkheid om zich fiscaal in regel te stellen via de diensten van de BBI.

De vraag stelde zich vervolgens hoe vanaf 2024 nog fiscale rechtzettingen kunnen gebeuren. Ondanks “20 jaar fiscale regularisatie”, bevinden er zich nog steeds kapitalen op buitenlandse rekeningen waarvan de herkomst niet geheel kan worden verklaard, die dan geheel of gedeeltelijk - of zelfs helemaal niet - een illiciete oorsprong hebben. Onduidelijkheid over de oorsprong, wat dan dient begrepen te worden als een oorsprong die niet volledig en sluitend aan de hand van geschreven documenten kan worden wedersamengesteld, is immers voldoende om een vermoeden van witwas en daarmee een weigering te triggeren bij de Belgische bank die wordt uitgenodigd de gerepatrieerde gelden te aanvaarden.

De minister van Financiën had in juli 2023[2] het probleem van het ‘definitief aflopen van de EBAquater’ vastgesteld en zag als oplossing het openbaar ministerie (OM) waarbij dan vanaf 1 januari 2024 de belastingplichtigen hun federale inkomstenbelastingen konden rechtzetten met een eventuele minnelijke schikking tot gevolg. Mits akkoord van het OM, en allicht binnen het kader van artikel 216bis Sv, zouden de belastingen worden betaald, alsmede een geldsom bij wijze van boete, waarna de strafvordering zou komen te vervallen. Die uitspraak van de minister van financiën deed echter van meet af aan bij menigeen de wenkbrauwen fronsen. Het OM heeft immers geen loketfunctie en is in haar organisatie helemaal niet voorzien op een veelvoud van zulke meldingen. Het past bovendien niet in de taak van het OM om dergelijke ‘spontane’ en naar omvang en ernst vaak relatief beperkte dossiers te behandelen. Dit betrof aldus een onzekere piste, die op vandaag overigens nog steeds niet werd gematerialiseerd. Er is ter zake op heden geen procedure voorzien op grond waarvan men spontaan met een dergelijk dossier naar het OM kan stappen.

Een andere optie is het indienen van een vraag tot spontane rechtzetting bij de lokale controle van de FOD Financiën of bij de BBI. Dergelijke administratieve procedures geven geen strafrechtelijke immuniteit, maar leiden wel tot een tegensprekelijk debat met volledige controlebevoegdheid van de fiscale administratie. Dit is op vandaag echter enkel nog een optie indien er sprake is van fiscaal niet-verjaarde fraude. Voor fiscaal verjaarde kapitalen/inkomsten kan men bij de FOD Financiën niet terecht

EBA-Quinquies

Met de toekomstige (Arizona ?) regering in het verschiet, liggen de plannen voor het invoeren van een nieuwe fiscale regularisatieronde op tafel. Enkele politieke partijen lijken te eisen dat het boete-percentage dat zou worden gehanteerd om de fiscaal verjaarde kapitalen recht te zetten alleszins hoger moet zijn dan ten tijde van de EBA-Quater, wat ons dan meteen in de richting van 50% duwt.

Uit onze ervaring blijkt dat de vraag naar een nieuwe regularisatieronde alleszins nog zeer groot is. Zo zijn bijvoorbeeld nog steeds redelijk veel dossiers waarbij nalatenschappen zijn opengevallen en de erfgenamen in het bezit komen van kapitalen op rekeningen bij buitenlandse financiële instellingen waarvan de oorsprong niet volledig kan worden verklaard volgens de normen die de Belgische banken anno 2025 hanteren. De erfgenamen wensen deze gelden te repatriëren maar botsen op het zeer strenge compliance beleid van de Belgische banken. De bank mag volgens de huidige regelgeving zoals gespecifieerd in de door de NBB uitgevaardigde circulaires, de gelden alleen maar aanvaarden als de herkomst van het vermogen volledig aantoonbaar is en gedocumenteerd kan worden, of dit vermogen fiscaal (volledig) geregulariseerd is. Vaak betreffen dit dossiers die zeer ver teruggaan in de tijd, en die in het geval van een nalatenschap de eventuele fiscale voorgeschiedenis van een rechtsvoorganger betreft die onmogelijk nog na diens overlijden volledig kan worden wedersamengesteld én gedocumenteerd. De praktijk leert dat in een dergelijk dossier de erfgenamen geconfronteerd worden met een ernstig probleem en op heden nergens meer terecht kunnen om deze kapitalen fiscaal te zetten.

Daarbij lopen erfgenamen het risico op een strafrechtelijke vervolging. Sinds 5 februari 2024[3] is dit risico bovendien groter geworden, gelet op de afschaffing van de zogenaamde “ontsnappingsroute” voor erfgenamen. Ingeval van “gewone” fiscale fraude (i.t.t. ernstige fiscale fraude) konden erfgenamen voordien genieten van de immuniteit voor derden bij het plegen van een eerste witwasmisdrijf (het in het bezit komen van illiciete vermogensvoordelen) en een derde witwasmisdrijf (het verhelen en verhullen). Dat betekent dat erfgenamen bij (het aanvaarden en) het beheren van een nalatenschap strafrechtelijk vervolgd kunnen worden als zou blijken dat er sprake is van zwart geld illiciete vermogensvoordelen. Niet alleen voor de erfgenamen zelf kan een regularisatiemogelijkheid dus nuttig en nodig zijn, doch ook voor de andere betrokken derden, zijnde de meldingsplichtige entiteiten in het kader van de preventieve witwaswetgeving (banken, notarissen, advocaten, etc). Hoewel zij kunnen genieten van een strafuitsluitende verschoningsgrond, kunnen zij zwaarder worden gestraft indien niet voldaan is aan alle verplichtingen[4].

Ten slotte zou een vijfde regularisatieronde ook voor de begroting een opsteker kunnen zijn. Alles hangt natuurlijk af van de gevolgde aanpak en de uitgewerkte procedure, maar het laat zich verwachten dat men toch niet al te veel zou afstappen van de procedure die werd gebruikt door het contactpunt regularisaties in het kader van de wet van 21 juli 2016. Het valt dus af te wachten welke wijzigingen men verder aan die procedure zal aanbrengen en welk tarief men zou gaan hanteren voor de fiscaal verjaarde kapitalen.

To be continued…

[1] Wet van 21 juli 2016, BS 29 juli 2016.

[2] Integraal verslag van de Commissie voor Financiën en Begroting d.d. 19 juli 2023, CRIV 55 COM 1162, 27 en 28.

[3] Wet van 5 februari 2024 tot wijziging van de wet van 18 september 2017 ter voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, BS 12 februari 2024.

[4] Tiberghien - Newsflash: Geen ontsnappingsroute meer voor “gewone” derden bij witwas van fiscale fraude

Mots clés

Articles recommandés