Circulaire 2020/C/58 over het schenken van goederen aan bepaalde instellingen en giften in natura

De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Belasting over de toegevoegde waarde – Personenbelasting – Vennootschapsbelasting publiceerde op 21/04/2020 de Circulaire 2020/C/58 over het schenken van goederen aan bepaalde instellingen en giften in natura.

Deze circulaire handelt over een tijdelijke maatregel die wordt genomen in het kader van het bestrijden van COVID-19 (Coronavirus) wat het gratis verstrekken van medische hulpmiddelen aan bepaalde instellingen betreft en de gevolgen ervan op het stuk van de btw, de VenB en de BNI/ven. Verder bespreekt deze circulaire ook een tijdelijke maatregel inzake giften in natura die in dezelfde context gebeuren.


Inhoudstafel

I. Voorwerp van deze circulaire
II. Belasting over de toegevoegde waarde

1. Inleiding
2. Bedoelde goederen
3. Aan wie kunnen deze goederen geschonken worden?
4. Wie kan goederen schenken?
5. Welke btw-verplichtingen moet de schenker naleven?

III. Vennootschapsbelasting en belasting van niet-inwoners/vennootschappen
IV. Personenbelasting en belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen

A. Zelfstandigen
B. Belastingvermindering voor giften in natura

1. Wat omvat de maatregel?
2. Voor wie geldt de maatregel?
3. Voor welke instellingen?
4. Over welke giften gaat het?
5. Hoe wordt de waarde van de giften vastgesteld?
6. Fiscaal attest

V. Duurtijd van de maatregel – opheffing


I. Voorwerp van deze circulaire

1. In het kader van de strijd tegen COVID-19 (hierna, Coronavirus), heeft de minister van Financiën beslist om gelet op de hoogdringendheid en de ernst van de situatie voor de bevolking, uitzonderlijke en tijdelijke fiscale maatregelen te nemen.

Het gaat over fiscale maatregelen inzake btw, vennootschapsbelasting en giften in natura aan welbepaalde instellingen opgenomen in de circulaire 2020/C/46 van 24.03.2020.

Gelet op de dringende noodzakelijkheid wordt beslist de bedoelde goederen (zie punt II.2., hierna) alsook de categorieën van begunstigden (zie punt II.3., hierna) beoogd door deze regeling uit te breiden.

Het betreft een tijdelijke maatregel.


II. Belasting over de toegevoegde waarde
1. Inleiding

2. Wanneer een belastingplichtige aan zijn bedrijf een goed onttrekt om het gratis weg te schenken, wordt deze handeling op grond van artikel 12, § 1, eerste lid, 2°, van het Btw-Wetboek gelijkgesteld met een belastbare levering onder bezwarende titel wanneer voor dat goed of de bestanddelen ervan recht op volledige of gedeeltelijke aftrek van de voorbelasting is ontstaan.


3. Artikel 12, § 1, eerste lid, 2°, van het Btw-Wetboek is de omzetting in het Belgische recht van artikel 16 van de richtlijn 2006/112/EG van de raad van 28.11.2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde.


4. Wanneer een belastingplichtige bijgevolg gratis goederen uitdeelt wordt deze handeling in principe gelijkgesteld met een levering onder bezwarende titel.


5. Het Btw-Wetboek voorziet reeds in een aantal uitzonderingen op dit principe, met name voor de onttrekkingen die gebeuren met het oog op:

a. het verstrekken van handelsmonsters of handelsgeschenken van geringe waarde;
b. het verstrekken voor liefdadigheidsdoeleinden van voedingsmiddelen bestemd voor de menselijke consumptie, met uitzondering van geestrijke dranken, waarvan de intrinsieke kenmerken niet meer toelaten dat ze, in gelijk welke schakel van het reguliere economische circuit, worden verkocht tegen de oorspronkelijke commercialisatievoorwaarden;
c. het verstrekken voor liefdadigheidsdoeleinden van levensnoodzakelijke niet-voedingsmiddelen, andere dan goederen die op duurzame wijze kunnen worden gebruikt waarvan de intrinsieke kenmerken verhinderen dat ze, in gelijk welke schakel van het economische circuit, nog worden verkocht tegen de oorspronkelijke commercialisatievoorwaarden.


6. De regering heeft vastgesteld dat vele zorginstellingen in België in het kader van de bestrijding van het Coronavirus geconfronteerd worden met bepaalde tekorten van goederen terwijl andere belastingplichtigen bereid zijn beschikbare voorraden van die goederen te schenken aan deze instellingen. De btw-heffing op deze onttrekking kan evenwel een belemmering vormen voor dergelijke schenkingen terwijl vastgesteld wordt dat er potentiële en reële behoeften zijn.


7. Mits voldaan is aan de hierna bepaalde omstandigheden, modaliteiten en voorwaarden, wordt beslist dat de heffing van btw wordt prijsgegeven voor de onttrekkingen verricht door de belastingplichtigen die onder kosteloze titel goederen verstrekken aan bepaalde instellingen voor gezondheidszorg met het oog op het gebruik ervan in het kader van hun gewoonlijke activiteit.


2. Bedoelde goederen

8. Volgende goederen worden beoogd door deze circulaire:

a. Medische hulpmiddelen en hun hulpstukken als bedoeld in het koninklijk besluit van 18.03.1999 betreffende de medische hulpmiddelen.


Worden hier bijvoorbeeld beoogd:

  • elk instrument, toestel of apparaat, elke software of stof of elk ander artikel dat of die alleen of in combinatie wordt gebruikt, met inbegrip van de software die door de fabrikant speciaal is bestemd om te worden gebruikt voor diagnostische en/of therapeutische doeleinden en voor de goede werking ervan benodigd is, door de fabrikant bestemd om bij de mens te worden aangewend voor diagnose, preventie, bewaking, behandeling of verlichting van ziekten;
  • hulpmiddelen bestemd voor klinisch onderzoek;
  • elk medisch hulpmiddel dat een reagens, een reactief product, een kalibratiemateriaal, een controlemateriaal, een kit, een instrument, een apparaat, een toestel of een systeem is dat afzonderlijk of in combinatie wordt gebruikt en door de fabrikant is bestemd om te worden gebruikt voor het in-vitro-onderzoek van specimen die afkomstig zijn van het menselijk lichaam, met inbegrip van donorbloed en -weefsel, uitsluitend of hoofdzakelijk met het doel om informatie te verschaffen;
  • indien er, omwille van tekorten in de markt, op verzoek van een instelling zoals bedoeld onder punt 3, goederen worden geschonken die zullen worden gebruikt als medisch hulpmiddel, terwijl ze daar oorspronkelijk door de fabrikant niet speciaal werden voor bestemd, zullen deze worden gelijkgesteld met een medisch hulpmiddel als bedoeld in het koninklijk besluit zoals hiervoor vernoemd.


b. Beschermingsmiddelen voor zorgverstrekkers en patiënten.

Het gaat om materialen en voorwerpen die daadwerkelijk kunnen gebruikt worden als bescherming voor zorgverstrekkers en patiënten.

Bijvoorbeeld: mondmaskers, beschermkledij, zepen en handgels, brillen (duikbril, veiligheidsbril, ...), waterdichte poncho's, ...


9. Het schenken van geneesmiddelen wordt niet bedoeld.

Het btw-tarief dat van toepassing zou zijn op de levering van bovengenoemde goederen is overigens niet van belang.


3. Aan wie kunnen deze goederen geschonken worden?

10. De goederen kunnen geschonken worden aan overheidsinstellingen en andere publiekrechtelijke lichamen (vb. Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, politiediensten, hulpverleningszones, gevangenissen) die zullen instaan voor de verdere verdeling of terbeschikkingstelling ervan volgens de noodwendigheden.


11. In de mate waarin ze nog niet zijn beoogd door punt 10, hiervoor, kunnen de goederen in het kader van deze regeling ook rechtstreeks geschonken worden aan:


a. instellingen voor gezondheidszorg bedoeld in de gecoördineerde wet van 10.07.2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, waarvan de diensten normaliter vrijgesteld zijn krachtens artikel 44, § 2, 1°, van het Btw-Wetboek;

b. navolgende instellingen beoogd door artikel 44, § 2, 2°, van het Btw-Wetboek:

  • instellingen die de bejaardenzorg tot doel hebben;
  • kinderbewaarplaatsen en zuigelingentehuizen;
  • instellingen die de gehandicaptenzorg tot doel hebben;

c. instellingen die school- en universitair onderwijs verschaffen.


12. De goederen kunnen bovendien geschonken worden aan humanitaire hulporganisaties om hun behoeften voor de duur van hun interventie te dekken tijdens de periode waarin zij bijstand verlenen aan personen die getroffen zijn door het coronavirus of het risico daarop lopen en meer algemeen ter voorziening van de noodhulpdiensten.


13. Instellingen die, op het ogenblik dat de schenking van de goederen plaatsvindt, erkend zijn door de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen op grond waarvan zij met vrijstelling van btw en invoerrechten bepaalde hulpgoederen kunnen invoeren op het Belgisch grondgebied bij toepassing van het Besluit (EU) 2020/491 van de Europese Commissie van 03.04.2020.

Deze instellingen kunnen deze goederen uitsluitend aanwenden om ze kosteloos te verspreiden of ter beschikking te stellen van besmette personen, van personen die het risico lopen besmet te worden of van de personen of organisaties die betrokken zijn bij de bestrijding van het coronavirus.


14. Deze instellingen en organisaties worden hierna 'begunstigden' genoemd.


4. Wie kan goederen schenken?

15. In de eerste plaats worden de belastingplichtigen die de onder titel 2, hiervoor, bedoelde goederen hebben gekocht of geproduceerd, beoogd door deze maatregel, wanneer voor dat goed of de bestanddelen ervan recht op volledige of gedeeltelijke aftrek van de voorbelasting is ontstaan.

Het gaat niet uitsluitend om producenten en distributiebedrijven, maar bijvoorbeeld ook om belastingplichtigen die goederen hebben aangekocht om deze in het kader van hun economische activiteit te gebruiken.

Deze belastingplichtigen worden hierna 'schenkers' genoemd.


16. Het spreekt voor zich dat de begunstigden ook van niet-belastingplichtige personen of van belastingplichtigen zonder recht op aftrek goederen gratis kunnen ontvangen. In hoofde van die schenkers speelt uiteraard niet de problematiek van onttrekkingen en dergelijke schenkingen vallen bijgevolg buiten het toepassingsgebied van deze maatregel.

Hetzelfde geldt indien de schenker de goederen zelf gratis heeft ontvangen (vb. verdeelplatform van goederen).


5. Welke btw-verplichtingen moet de schenker naleven?

17. Als bewijs dat de belastingplichtige-schenker de betreffende goederen gratis heeft geschonken aan een onder titel 3 bedoelde instelling dient, in principe, per schenking die plaatsvindt een document te worden opgesteld waarin de zorginstelling bevestigt dat de betreffende goederen gratis werden verkregen en zich er toe verbindt de betreffende verkregen goederen hetzij zelf te gebruiken in het kader van het verstrekken van zorg, hetzij gratis ter beschikking te stellen aan een andere zorginstelling beoogd onder titel 3.


Het document bevat per schenking minstens de volgende vermeldingen:

a. de datum;
b. de (maatschappelijke) benaming, het adres en het btw-identificatienummer van de belastingplichtige schenker;
c. de (maatschappelijke) benaming, het adres en het ondernemingsnummer van de begunstigde van de schenking;
d. een volledige en correcte omschrijving van de geschonken goederen;
e. een vermelding van de hoeveelheid goederen.


18. Het hiervoor bedoelde document moet opgemaakt worden in twee exemplaren, waarvan elke partij verklaart het zijne te hebben ontvangen en moet door de betrokken partijen gedagtekend en ondertekend worden.

Voornoemd document geldt voor de belastingplichtige schenker als vervanging voor het stuk tot vaststelling van de onttrekking in de zin van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 1 van 29.12.1992 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde.

Dit document weerlegt ook het wettelijk vermoeden van artikel 64, § 1, van het Btw-Wetboek in hoofde van de belastingplichtige schenker.


Administratieve toleranties

Eerste tolerantie


19. De administratie aanvaardt dat de belastingplichtige schenker in plaats van de vermelding op voornoemd document van de volledige en correcte omschrijving en van de hoeveelheid van de betreffende goederen per schenking, kan kiezen voor één van de twee volgende werkwijzen:


a. de vermelding op voornoemd document van de door schenking verkregen groepen (dekens, mondmaskers, beademingsapparatuur…) en de overeenstemmende hoeveelheden. Hierdoor kunnen meerdere schenkingen worden gegroepeerd.
b. de toevoeging van het kasticket of de scanningslijst als bijlage aan dit document.

Het kasticket of de scanningslijst maakt dan een integrerend bestanddeel uit van het document ter vervanging van het stuk dat de onttrekking vaststelt. Dit kasticket of deze scanningslijst moeten dan, gelet op het feit dat ze het document vervolledigen, samen met dit document worden voorgelegd op ieder verzoek van de administratie.


20. Ook bij toepassing van één van beide voornoemde werkwijzen vervangt dit document voor de belastingplichtige schenker het stuk tot vaststelling van de onttrekking in de zin van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 1 en weerlegt het wettelijk vermoeden van artikel 64, § 1, van het Btw-Wetboek.


Tweede tolerantie


21. De administratie aanvaardt bovendien dat desgewenst uiterlijk de vijftiende dag van iedere maand één enkel verzameldocument wordt opgesteld waarin alle schenkingen van de betreffende producten van de afgelopen maand zijn opgenomen. Het verzameldocument mag enkel de schenkingen bevatten die in de loop van de maand waarop het betrekking heeft, werden gedaan.


22. Voornoemd verzameldocument heeft dus een datum maar een verwijzing in het verzameldocument naar de werkelijke datum van de betreffende schenkingen is niet strikt vereist. Het volstaat te verwijzen naar de periode waarop de schenkingen betrekking hebben. De belastingplichtige schenkers zijn wel verplicht om de gedetailleerde gegevens te bewaren van de betreffende schenkingen op basis waarvan het verzameldocument werd opgemaakt.

Dit verzameldocument vervangt voor de belastingplichtige schenker het stuk tot vaststelling van de onttrekking in de zin van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 1 en weerlegt het wettelijk vermoeden van artikel 64, § 1, van het Btw-Wetboek.


Derde tolerantie


23. Voor de belastingplichtige schenker vervangt het hiervoor bedoeld document het stuk tot vaststelling van de onttrekking in de zin van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 1 en weerlegt het voormeld wettelijk vermoeden van artikel 64, § 1, van het Btw-Wetboek. De administratie aanvaardt dat in de gegeven omstandigheden een inschrijving van dit document in de boekhouding van de belastingplichtige schenker evenmin vereist is.

Een volgnummer (i.e. opeenvolgende nummering genomen uit een ononderbroken reeks) is ter zake niet vereist. Het door beide betrokken partijen gedagtekende en ondertekende document moet, desgevallend, ofwel, met vermelding erop van de koopwarengroepen en de passende hoeveelheden, ofwel, met toevoeging eraan van het kasticket of de scanningslijst, desgewenst maandelijks, in chronologische volgorde bewaard worden.


III. Vennootschapsbelasting en belasting van niet-inwoners/vennootschappen

24. Wanneer de schenker onderworpen is aan de VenB of de BNI/ven gelden in principe de hierna volgende maatregelen.

Er wordt vanuit gegaan dat de schenker geen enkel voordeel voor zichzelf heeft verkregen en de geschonken goederen uitsluitend toekomen aan de begunstigden (zie titel II, punt 3). In dat geval zullen de geschonken goederen niet in aanmerking komen voor de toepassing van artikel 26, WIB 92 (verleende abnormale of goedgunstige voordelen). Bovendien zijn de kosten die verband houden met de geschonken goederen in principe fiscaal aftrekbaar in de zin van artikel 49, WIB 92. De hiervoor aangehaalde maatregelen zijn slechts van toepassing indien voldaan is aan alle voorwaarden inzake btw.

Indien de schenker (vennootschap) niet onderworpen is aan de btw, zullen dezelfde hiervoor aangehaalde maatregelen van toepassing zijn voor zover die schenker hetzelfde bewijs levert als de btw-belastingplichtigen.


IV. Personenbelasting en belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen
A. Zelfstandigen

25. Voor zelfstandigen (ondernemers of beoefenaars van een vrij beroep) die onderworpen zijn aan de personenbelasting of aan de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen gelden mutatis mutandis de bepalingen die hiervoor onder de titel III zijn vermeld.

Het kan bijvoorbeeld zijn dat een veearts een beademingstoestel dat hij voor zijn beroepsactiviteit heeft gebruikt, schenkt aan een Belgisch ziekenhuis.

De medische hulpmiddelen en de beschermingsmiddelen die door de zelfstandigen in het kader van hun zelfstandige activiteit worden geschonken overeenkomstig de voorwaarden gesteld inzake btw, komen niet in aanmerking voor de in titel B hierna bedoelde belastingvermindering voor giften in natura.


B. Belastingvermindering voor giften in natura
1. Wat omvat de maatregel?

26. In afwijking van de bepalingen voorzien in artikel 14533, § 1, 1°, WIB 92, heeft de minister van Financiën beslist om bij hoge uitzondering en tijdelijk, giften in natura aan welbepaalde instellingen in aanmerking te laten komen voor de belastingvermindering voor giften.


27. Het gaat dan over een belastingvermindering voor de giften in natura aan welbepaalde instellingen met een waarde van ten minste 40 euro (geïndexeerd bedrag).

De belastingvermindering is gelijk aan 45 % van de waarde van de werkelijk gedane giften in natura.

Het totale bedrag van de waarde van de giften waarvoor de belastingvermindering wordt verleend mag per belastbaar tijdperk niet meer bedragen dan 10 % van het totale netto-inkomen, met uitsluiting van de inkomsten die overeenkomstig artikel 171, WIB 92, worden belast (afzonderlijk belastbare inkomsten), noch meer bedragen dan 397.850 euro (geïndexeerd bedrag).


2. Voor wie geldt de maatregel?

28. Deze belastingvermindering is van toepassing voor belastingplichtigen, natuurlijke personen die zijn onderworpen aan de personenbelasting en in welbepaalde gevallen aan de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen (1) en die buiten het kader van een zelfstandige beroepsactiviteit een gift in natura verrichten aan welbepaalde instellingen.

(1) Niet-inwoners waarvan het in België belastbaar beroepsinkomen ten minste 75 % bedraagt van het geheel van zijn gedurende het belastbaar tijdperk verkregen of behaalde beroepsinkomsten.


3. Voor welke instellingen?

29. De giften in natura moeten uitsluitend gebeuren aan de Belgische universitaire ziekenhuizen, aan openbare centra voor maatschappelijk welzijn (met inbegrip van de OCMW ziekenhuizen) of aan het Rode Kruis van België (verder 'de instellingen'). Deze instellingen zijn in het WIB 92, opgenomen als instellingen die gemachtigd zijn om fiscale attesten uit te reiken voor de giften die zij ontvangen.


4. Over welke giften gaat het?

30. Het gaat over giften die bestaan uit allerhande vormen van medisch materiaal, van materialen en voorwerpen die daadwerkelijk kunnen gebruikt worden als bescherming voor zorgverstrekkers en patiënten alsook van producten dienstig in de strijd tegen het Coronavirus en dat als zodanig door de instellingen wordt aangemerkt.

Het gaat dan bijvoorbeeld over (niet beperkende lijst):

- mondmaskers

- ontsmettende middelen

- testsets voor het Coronavirus

- beademingstoestellen

- beschermende kledij

- veiligheidsbrillen, duikbrillen

- waterdichte poncho’s

- enz. …


5. Hoe wordt de waarde van de giften vastgesteld?

31. De waarde van de giften in natura wordt vastgesteld:

- ofwel op basis van een aankoopfactuur van het geschonken materiaal of de medische producten. Deze factuur moet door de schenker aan de betrokken instelling worden voorgelegd,

- ofwel, bij ontstentenis van een aankoopfactuur, op basis van een raming van de waarde van het geschonken materiaal door de instelling die de gift ontvangt. Die raming is gebaseerd op de marktwaarde van de geschonken goederen.

Die raming gebeurt rekening houdend met de marktwaarde van de geschonken goederen op 29.02.2020.


6. Fiscaal attest

32. De instellingen stellen de attesten op die nodig zijn om de belastingplichtige toe te laten aanspraak te maken op de belastingvermindering in het kader van zijn aangifte in de inkomstenbelastingen (aanslagjaar 2021 – inkomsten van 2020).

Ze bezorgen die attesten volgens de geëigende procedures aan de belastingadministratie.


V. Duurtijd van de maatregel opheffing

33. Deze maatregel die wordt genomen in het kader van de strijd tegen het Coronavirus is van toepassing op de giften in natura en de schenkingen van goederen die gebeuren van 01.03.2020 tot en met 30.06.2020.


34. Deze circulaire vervangt integraal de circulaire 2020/C/46 van 24.03.2020.


Bron: Fisconetplus

Mots clés