De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Personenbelasting publiceerde op 13/04/2021 de circulaire 2021/C/35. Deze circulaire deelt de maximumbedragen voor het aanslagjaar 2021 mee voor de toepassing van de bijkomende vermindering voor werkloosheidsuitkeringen in de personenbelasting en de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen.
1. Wanneer het totale netto-inkomen uitsluitend bestaat uit:
wordt een bijkomende vermindering verleend (1).
(1) Toepassing artikel 154, 243, tweede lid, 243/1 en 244, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92).
2. Voor de berekening van die bijkomende vermindering gelden de volgende maximumbedragen.
a. Wanneer het totale netto-inkomen uitsluitend bestaat uit werkloosheidsuitkeringen (ongeacht of de belastingplichtige op 1 januari van het aanslagjaar al dan niet de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt) is dat maximumbedrag gelijk aan het maximumbedrag van de wettelijke werkloosheidsuitkering dat kan worden toegekend tijdens de eerste twaalf maanden van volledige werkloosheid.
Dat maximum bedraagt voor het aanslagjaar 2021 20.221,96 euro (2).
b. Wanneer het totale netto-inkomen uitsluitend bestaat uit werkloosheidsuitkeringen enerzijds en pensioenen, wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen en andere vervangingsinkomsten anderzijds is dat maximumbedrag voor het aanslagjaar 2021 gelijk aan 16.170 euro.
(2) Bij de berekening van dit maximumbedrag werd rekening gehouden met de maatregel, in het kader van de COVID-19-pandemie, om de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen te bevriezen vanaf 01.04.2020 tot en met 28.02.2021 – zie artikel 5 van het koninklijk besluit van 23.04.2020 tot het tijdelijk versoepelen van de voorwaarden waaronder werklozen, al dan niet met bedrijfstoeslag, kunnen worden tewerkgesteld in vitale sectoren en tot het tijdelijk bevriezen van de degressiviteit van de volledige werkloosheidsuitkeringen, zoals laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 12.02.2021 tot verlenging van de maatregelen genomen op vlak van werkloosheid in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19.
3. Wanneer een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd, moeten de totale netto-inkomens van de beide echtgenoten worden samengeteld voor de toepassing van de in nr. 2, bedoelde bijkomende verminderingen.
Bron: Fisconetplus