Circulaire 2021/C/59 betreffende het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16.12.2020, het Waals D. van 14.05.2021, de wetten van 20.12.2020 en 02.04.2021 inzake successierechten, registratierechten en het recht op geschriften

De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie publiceerde op 01/07/2021 de Circulaire 2021/C/59 betreffende het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16.12.2020, het Waals D. van 14.05.2021, de wetten van 20.12.2020 en 02.04.2021 inzake successierechten, registratierechten en het recht op geschriften.

Administratieve commentaar inzake het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16 december 2020, het Waals decreet van 14 mei 2021, de wetten van 20 december 2020 en 2 april 2021 tot verlenging van bepaalde termijnen en fiscale vrijstellingen.

Inhoudstafel

I. Besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16 december 2020

1.1. Doelstellingen van de Waalse decreetgever

1.2. Verlenging van bepaalde termijnen inzake successierechten

1.2.1. Als monument beschermde onroerende goederen

1.2.2. Erfrechtelijke overdracht van ondernemingen

1.2.3. Energiebesparende werken aan een vererfde woning

1.3. Verlenging van het recht van 0% bij omzetting van een hypothecair mandaat in een hypotheek

1.4 .Verlenging van bepaalde termijnen inzake registratierechten

1.4.1. Verkopen van een onroerend goed bestemd of aangewend voor bewoning

1.4.2. Verkopen van bescheiden woningen en kleine landeigendommen

1.4.3. Verkopen aan beroepspersonen

1.4.4. Schenkingen

1.4.5. Teruggave van registratierechten

1.5. Inwerkingtreding

II. Waals decreet van 14 mei 2021

2.1. Doelstelling van de Waalse decreetgever

2.2. Voortzetting van de verlengingsmaatregelen

2.3. Inwerkingtreding

III. Wetten van 20 december 2020 en 2 april 2021

3.1.Doelstellingen van de federale wetgever

3.2.Mogelijkheid tot verlenging van de maatregelen

3.3.Verlengingen van de fiscale vrijstellingen op de notariële volmachten

3.4.Inwerkingtreding

I. Besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16 december 2020

1.1. Doelstellingen van de Waalse decreetgever

Het Belgisch Staatsblad van 30 december 2020 (ed. 2, p. 97839) publiceerde het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 69 van 16 december 2020 tot aanpassing van sommige fiscale bepalingen in het kader van de COVID-19-crisis (hierna: besluit nr. 69).

De federale overheid heeft diverse tijdelijke maatregelen getroffen om de verspreiding van de pandemie in te perken. Zo becommentarieert circulaire 2020/C/138 van 13 november 2020 met betrekking tot de steunmaatregelen en administratieve toleranties inzake registratie- en successierechten in het kader van de gezondheidscrisis verbonden met COVID-19, de verlenging met 4 maanden van de termijnen inzake aanbieding en betaling die tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 verstrijken.

Teneinde de rechtszekerheid te vrijwaren heeft de Waalse Regering besloten om bepaalde vrijstellingen op het vlak van de registratierechten en bepaalde termijnen inzake successie- en registratierechten te verlengen, voor zover deze vrijstellingen en termijnen onder gewestelijke bevoegdheid vallen.

Wat betreft artikel 2 van besluit nr. 69, zijn omzettingen in een hypotheek van hypothecaire mandaten mogelijk sinds 1 mei 2020 – nl. sinds het einde van de toepassingsperiode van artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 10 van 26 maart 2020 – en gaat het erom de teruggave toe te staan van de in dat kader geïnde evenredige rechten, aangezien het huidige besluit van bijzondere machten voorziet in de vaststelling ervan op 0% (artikelsgewijze bespreking, besluit nr. 69).

1.2. Verlenging van bepaalde termijnen inzake successierechten

De termijnen bedoeld in de artikelen 55sexies, 60bis en 135bis van het Waals Wetboek der successierechten (Waals W.Succ.) die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd met een duur van vier maanden (art. 1 besluit nr. 69).

1.2.1. Als monument beschermde onroerende goederen

Het door de echtgenoot of wettelijk samenwonende of een rechtstreekse of zijdelingse rechthebbende tot in de derde graad ontvangen netto-aandeel in de eigendom of het vruchtgebruik van een als monument beschermd onroerend goed, is vrijgesteld van successierechten onder bepaalde grond-, vorm- en behoudsvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 55sexies van het Waals W.Succ.

De bevoegde ontvanger bezorgt binnen de maand volgend op de indiening van de aangifte van nalatenschap die de vrijstellingsaanvraag vermeldt, aan elke vrijstellingsgerechtigde, een opgave waarin het bedrag van de vrijgestelde successierechten of rechten van overgang bij overlijden voor elk van hen wordt vastgesteld (art. 55sexies, § 2, Waals W.Succ.).

De termijnen voor overdracht van de listing van de verrichtingen, studies en werken, en voor de aflevering van de opgave waarin het bedrag van de vrijgestelde successierechten wordt vastgesteld (art. 55sexies, § 2 Waals W.Succ.) die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen worden verlengd met een termijn van 4 maanden.

1.2.2. Erfrechtelijke overdracht van ondernemingen

Het netto-aandeel in een onderneming overgedragen door overlijden geniet een verlaagd tarief van 0% aan successierechten voor zover aan de grond- en vormvoorwaarden van artikel 60bis van het Waals W.Succ. is voldaan.

Dit verlaagd tarief kan worden behouden indien gedurende een termijn van 5 jaar te rekenen vanaf de datum van overlijden aan bepaalde voorwaarden voor het behoud wordt voldaan (art. 60bis, § 3, 1e lid Waals W.Succ.):

• voortzetting van een activiteit;
• behoud van de werkgelegenheid ten belope van 75%;
• bescherming van de continuïteit van de onderneming;
• het verschaffen van een ondertekend attest aan de Waalse Regering waaruit blijkt dat de voorwaarden voor het behoud van het verminderd tarief werden vervuld;
• ingaan op elk verzoek hieromtrent vanwege de bevoegde personeelsleden van de Waalse Regering, binnen een termijn van één maand na de verzending van de aanvraag;
• de onroerende goederen overgedragen aan 0% niet bestemmen tot bewoning.

De termijn met betrekking tot het respecteren van de voorwaarden voor het behoud (art. 60bis, § 3, eerste lid Waals W.Succ. – termijn van 5 jaar) die verstrijkt tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, wordt verlengd met een duur van 4 maanden.

1.2.3. Energiebesparende werken aan een vererfde woning

In geval van energiebesparende werkzaamheden aan een woning die door erfopvolging is verkregen, kan de rechthebbende een gedeeltelijke en geplafonneerde teruggave van successierechten bekomen onder de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 135bis van het Waals W.Succ. De rechthebbende moet er met name zijn hoofdverblijfplaats gevestigd hebben binnen 1 jaar na de datum van het indienen van de aangifte van de nalatenschap.

De termijn waarbinnen de vestiging van de hoofdverblijfplaats in het kader van energiebesparende werkzaamheden aan de vererfde woning dient te gebeuren (art. 135bis, eerste lid, 2° Waals W.Succ. – termijn van 1 jaar) die verstrijkt tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, wordt verlengd met een duur van 4 maanden (art. 1 besluit nr. 69).

1.3. Verlenging van het recht van 0% bij omzetting van een hypothecair mandaat in een hypotheek

In afwijking van artikel 87 van het Waals W.Reg. wordt het recht op de vestiging van een hypotheek teruggebracht tot 0% in geval van omzetting van een hypothecair mandaat in een hypotheek bij authentieke akte vastgesteld vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit, op voorwaarde dat de omzetting wordt uitgevoerd tussen 27 maart 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen (art. 2, besluit nr. 69).

Het recht op de vestiging van een hypotheek wordt enkel teruggebracht tot 0% ingeval van omzetting van een hypothecair mandaat in een hypotheek dat bestond voor de inwerkingtreding van het besluit nr. 69, d.i. voor 30 december 2020. Krachtens artikel 167 van het W.Reg. wordt een algemeen vast recht van 50 EUR geheven. Dit bedrag, dat aan het Waals Gewest toekomt, lijkt niet disproportioneel gezien de administratieve formaliteiten die moeten worden vervuld (artikelsgewijze bespreking, besluit nr. 69).

De maatregel is van toepassing op alle omzettingen die sinds 27 maart 2020 tot en met 31 januari 2021 werden uitgevoerd. Bijgevolg zijn de eerdere Waalse bepalingen als gevolg hiervan aangepast (art. 6 en 7 besluit nr. 69):

• Artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 10 van 26 maart 2020 is opgeheven.
• In artikel 4 van het van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 10 van 26 maart 2020 worden de woorden “de artikelen 1 en 2 zijn van toepassing” vervangen door de woorden “Artikel 2 is van toepassing”. In artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 24 van 23 april 2020 worden de woorden “van de artikelen 1 en 2” vervangen door “van artikel 2”.

Om te voldoen aan artikel 2 van het besluit nr. 69 moet in rekening worden genomen dat sinds 1 mei 2020 omzettingen van hypothecaire mandaten mogelijk zijn – d.i. sinds het einde van de toepassingsperiode van artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 10 – en dat het er dus om gaat de teruggave van de in dit kader geïnde evenredige rechten toe te staan, aangezien dit besluit voorziet in de vaststelling van 0 % (bespreking van het artikel 3, besluit nr. 69).

Elk geïnd recht dat krachtens artikel 2 van dit besluit tot 0% wordt teruggebracht, is vatbaar voor teruggave (art. 3, besluit nr. 69).

1.4. Verlenging van bepaalde termijnen inzake registratierechten

De termijnen bedoeld in de artikelen 46bis, 53, 53ter, 54, 55, 57, 57bis, 60, 64, 69, 71, 136, 140quinquies, 140octies, 209, 211, 212 en 213 van het Waals Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten (Waals W.Reg.) die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd voor een duur van vier maanden (art. 4, besluit nr. 69).

1.4.1. Verkopen van onroerende goederen bestemd of aangewend voor bewoning

In geval van verwerving van de geheelheid in volle eigendom van een onroerend goed aangewend of bestemd voor bewoning wordt de belastbare grondslag verminderd met 20 000 EUR. Dit abattement veronderstelt dat elk van de kopers zich ertoe verbindt zijn hoofdverblijfplaats te vestigen op de plaats van het verworven onroerend goed:

• indien het een bestaande woning betreft, binnen de 3 jaar na datum van registratie van het document dat aanleiding geeft tot heffing van het evenredig registratierecht, of in geval van laattijdige registratie, binnen de 3 jaar na de uiterste datum voor tijdige aanbieding ter registratie;
• indien het een bouwgrond of een woning in aanbouw of op plan betreft, binnen 5 jaar na het verstrijken van de eerder genoemde datum (art. 46bis, § 2, 3° Waals W.Reg.).

Elk van de kopers moet zich er eveneens toe verbinden zijn hoofdverblijfplaats in het verkregen onroerend goed te behouden gedurende een minimale ononderbroken periode van 3 jaar te rekenen vanaf het tijdstip waarop ze hun hoofdverblijfplaats gevestigd hebben (in principe, de datum van inschrijving in het bevolkings- of vreemdelingenregister) in het onroerend goed waarvoor de vermindering is verkregen (art. 46bis, § 2, 4° Waals W.Reg.).

De termijn voor vestiging van de hoofdverblijfplaats op de plaats van de verworven woning (de termijn van 3 jaar) (art. 46bis, § 2, 3°, a) Waals W.Reg.) die verstrijkt tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, wordt verlengd met een duur van 4 maanden.

1.4.2. Verkopen van bescheiden woningen en kleine landeigendommen

Bij het verkrijgen van een bescheiden woning of een kleine landeigendom kan de verkrijger in aanmerking komen voor een verlaagd tarief van 6% (of 5%), mits aan verschillende grond-, vorm- en behoudsvoorwaarden wordt voldaan. In het bijzonder moeten de verkrijgers:

• de woning overdragen waarvan ze eigenaar waren in het jaar van de authentieke akte van aankoop aan verlaagd tarief (art. 54 Waals W.Reg.);
• de landeigendom zelf uitbaten binnen een termijn van 5 jaar te rekenen vanaf de datum van de akte en de uitbating gedurende minstens 3 jaar zonder onderbreking voortzetten (art. 60, eerste lid Waals W.Reg.);
• zich binnen een termijn van 3 jaar, te rekenen van de datum van de authentieke akte van verkrijging, inschrijven in het bevolkings- of vreemdelingenregister op het adres van het verkregen goed en deze inschrijving minstens 3 jaar zonder onderbreking behouden (art. 60, tweede lid Waals W.Reg.).

Wanneer het verkochte onroerend goed gelegen is buiten een gebied met vastgoeddruk maar dit gebied het daaropvolgende jaar van statuut verandert, moet het misbruik worden vermeden waarbij de verkoop in eerste instantie op onderlinge wijze wordt geregeld, om hetzelfde goed het jaar daarop opnieuw te kopen zodat het verlaagd tarief op ruimere basis kan worden genoten. Wanneer het onroerend goed reeds het voorwerp is geweest van een verkoop tussen dezelfde partijen, onderworpen aan eenzelfde tarief, maar deze verkoop bij overeenkomst is geannuleerd, vernietigd, ontbonden of opgezegd binnen de 12 maanden voor de “nieuwe” verkoop, zijn de maximumwaarde van het onroerend goed en het toepasselijk statuut van het gebied waar het goed gelegen is, deze die van toepassing waren in de loop van het jaar van de geannuleerde, vernietigde, ontbonden of opgezegde verkoop (art. 53ter, § 2 en 57bis, § 2, tweede lid Waals W.Reg.).

De termijnen voor overdracht van de woning waarvan de verkrijger reeds eigenaar was (art. 54 Waals W.Reg. – termijn van 1 jaar), van het begin van uitbating van de landeigendom (art. 60, eerste lid Waals W.Reg. – termijn van 5 jaar), van de inschrijving op het adres van het verworven onroerend goed (art. 60, tweede lid Waals W.Reg. – termijn van 3 jaar) en van een geannuleerde of ontbonden verkoop van een onroerend goed (art. 53ter, § 2 en 57bis, § 2, tweede lid Waals W.Reg. – termijn van 12 maanden), die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd met een duur van 4 maanden.

1.4.3. Verkopen aan beroepspersonen

Bij het verwerven van een onroerend goed aan het verlaagd tarief van artikel 62 door een beroepspersoon, wordt het bij artikel 44 vastgestelde gewone recht opeisbaar ten laste van de verkrijger indien deze of zijn begunstigden dit onroerend goed niet hebben vervreemd door wederverkoop of overdracht onder bezwarende titel, andere dan de inbreng in vennootschap, vastgesteld bij authentieke akte uiterlijk verleden op 31 december van het tiende jaar na de datum van de verkoopakte (art. 64 Waals W.Reg.).

Bij overlijden van de vertegenwoordiger van een beroepspersoon, bij intrekking van zijn erkenning of in geval hij onbekwaam wordt verklaard om als vertegenwoordiger op te treden, dient binnen de 6 maand in zijn vervanging te worden voorzien (art. 69, eerste lid Waals W.Reg.).

In geval van verkoop aan vastgoedhandelaars veronderstelt de toepassing van het verlaagd tarief dat de beroepsbeoefenaar na verloop van een termijn van 5 jaar die volgt op de ondertekening van de beroepsverklaring, door een reeks wederverkopen kan aantonen dat hij het aangegeven beroep daadwerkelijk uitoefent (art. 71 Waals W.Reg.).

De termijnen voor wederverkoop of overdracht onder bezwarende titel van het onroerend goed verkregen door een beroepspersoon (art. 64 Waals W.Reg. – termijn van 10 jaar), voor vervanging van de vertegenwoordiger van een beroepspersoon (art. 69, eerste lid Waals W.Reg. – termijn van 6 maanden), van de opeenvolging van wederverkopen in geval van verkoop aan beroepspersonen (art. 71 Waals W.Reg. – termijn van 5 jaar), die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd met een duur van 4 maanden.

1.4.4. Schenkingen

Een vermindering van het schenkingsrecht kan worden toegekend aan de begiftigde die ten minste drie kinderen in leven ten laste heeft die de leeftijd van 21 jaar nog niet bereikt hebben, in geval van schenking omwille van kinderen ten laste. Bij de geboorte, na de registratie, van een kind dat was verwekt vóór de eisbaarheid van de belasting, wordt hetgeen teveel werd geheven terugbetaald op aanvraag van de betrokkene, te doen binnen de 2 jaar vanaf de geboorte van het kind (art. 136 Waals W.Reg.).

Het verlaagde recht van 0% is van toepassing op schenkingen van individuele ondernemingen (goederen die een universaliteit van goederen, een bedrijfstak of een handelsfonds uitmaken) of vennootschappen (effecten en schuldvorderingen), mits bepaalde grond- en vormvoorwaarden vervuld zijn. Voor het behoud van het nultarief moeten meerdere voorwaarden gerespecteerd worden gedurende een termijn van 5 jaar te rekenen vanaf de authentieke schenkingsakte (art. 140quinquies, § 1 Waals W.Reg.):

• voortzetting van de activiteit;
• behoud van de werkgelegenheid;
• behoud van de geïnvesteerde tegoeden en het kapitaal;
• het verschaffen aan de Waalse Regering, binnen de termijn van 5 jaar, van een ondertekend attest waaruit blijkt dat de voorwaarden voor het behoud van het verminderd tarief werden vervuld;
• medewerking verlenen aan onderzoeken door de bevoegde Waalse ambtenaren;
• de onroerende goederen overgedragen aan 0% niet bestemmen tot bewoning.

Wanneer de hierboven vermelde voorwaarden voor het behoud niet worden gerespecteerd, worden het recht en de interesten vereffend op een verklaring die ter registratie moet worden aangeboden binnen de eerste 4 maanden na het verstrijken van het jaar tijdens hetwelk één van de oorzaken van opeisbaarheid van het gewoon recht zich heeft voorgedaan (art. 140octies, eerste lid Waals W.Reg.).

De termijnen voor de aanvraag van teruggave van de rechten (art. 136 Waals W.Reg. – termijn van 2 jaar), voor het respecteren van de behoudsvoorwaarden (art. 140quinquies, § 1 Waals W.Reg. – termijn van 5 jaar) en voor het aanbieden van een verklaring wanneer deze voorwaarden voor het behoud niet worden gerespecteerd (art. 140octies, eerste lid Waals W.Reg. – termijn van 4 maanden), die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd met een duur van 4 maanden.

1.4.5. Teruggave van registratierechten

De teruggave van evenredige rechten – en eventueel van geldboeten – geheven wegens een overeenkomst waarvan een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest de ontbinding of de herroeping uitspreekt of vaststelt, is mogelijk op voorwaarde dat de vordering tot ontbinding of herroeping is ingesteld binnen een jaar na de datum van de overeenkomst (art. 209, eerste lid, 3°, Waals W.Reg.).

De teruggave van de overeenkomstig artikelen 44 tot 71, 72, tweede lid, 74 en 75 van het Waals W.Reg. geheven evenredige rechten wegens een overeenkomst die het voorwerp heeft uitgemaakt van een vermindering in de verkoopprijs, uitgesproken bij een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest met het oog op de waarborg van de verkoper overeenkomstig artikelen 1637 en 1644 van het (oud) Burgerlijk Wetboek, kan plaatsvinden mits uit de gerechtelijke beslissing blijkt dat ten hoogste één jaar na de overeenkomst een eis, die hoofdzakelijk of subsidiair is gegrond op die bepalingen, zelfs bij een onbevoegd rechter, is ingesteld (art. 209, eerste lid, 3°bis Waals W.Reg.).

Een initiële overeenkomst is onderworpen aan het evenredig recht. Een vast recht wordt in principe geheven bij een contractuele ontbinding (of vernietiging) van bepaalde overeenkomsten tot overdracht onder bezwarende titel, verdeling of schenking, of bij de ontbinding van rechtswege ten gevolge van de vervulling van een ontbindende voorwaarde. In deze twee gevallen kan het recht dat op de oorspronkelijke overeenkomst werd geheven in aanmerking komen voor teruggave (onder aftrek van het vast recht), indien de overeenkomst tot ontbinding (of nietigverklaring), of de akte die de vervulling van de ontbindende voorwaarde vaststelt, niet meer dan 1 jaar na het sluiten van de ontbonden (of nietig verklaarde) overeenkomst worden gesloten (art. 209, eerste lid, 3°ter en 3°quater Waals W.Reg.).

In geval van energiebesparende werken aan een geschonken woning, kan de begiftigde onder bepaalde voorwaarden een gedeeltelijke en geplafonneerde teruggave van het schenkingsrecht verkrijgen. In het bijzonder moet hij binnen het jaar volgend op de schenkingsakte zijn hoofdverblijfplaats hebben gevestigd op de plaats van het geschonken goed (art. 211, eerste lid, 2° Waals W.Reg.).

Om teruggave van 3/5den van het geïnde evenredig recht op de verkoop te bekomen, moet de verkrijger of zijn rechtsopvolger het verkregen onroerend goed wederverkopen binnen de 2 jaar volgend op de authentieke akte van verkrijging (art. 212 Waals W.Reg.).

Het verlaagd recht dat wordt geheven op de aankoop van onroerende goederen, verricht door een erkende huisvestingsmaatschappij zoals bedoeld in artikel 51 met het oog op de verwezenlijking van haar voorwerp, kan worden terugbetaald wanneer het aangekochte goed wordt wederverkocht bij authentieke akte verleden binnen de 10 jaar volgend op de datum van de akte van verkrijging (art. 213 Waals W.Reg.).

De termijnen voor het instellen van een vordering tot ontbinding of herroeping (art. 209, eerste lid, 3° Waals W.Reg.), voor een eis hoofdzakelijk of subsidiair gegrond op artikelen 1637 en 1644 van het (oud) Burgerlijk wetboek (art. 209, eerste lid, 3°bis Waals W.Reg.), voor het sluiten van overeenkomst van minnelijke ontbinding of een overeenkomst die de vervulling van een ontbindende voorwaarde vaststelt (art. 209, eerste lid, 3°ter en 3°quater Waals W.Reg.), voor het vestigen van de hoofdverblijfplaats ingeval van energiebesparende werken aan de woning verkregen door schenking (art. 211, eerste lid, 2° Waals W.Reg.), voor wederverkoop van verkregen onroerende goederen door een natuurlijk of rechtspersoon (art. 212 Waals W.Reg.) of door een erkende huisvestingsmaatschappij (art. 213 W.Reg.), die verstrijken tussen 1 november 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, worden verlengd met een duur van 4 maanden.

1.5. Inwerkingtreding

Besluit nr. 69 is in werking getreden op 30 december 2020 (art. 8, besluit nr. 69).

II. Waals decreet van 14 mei 2021

2.1. Doelstelling van de Waalse decreetgever

Het Belgisch Staatsblad van 27 mei 2021 (p. 55027) publiceerde het decreet van 14 mei 2021 houdende bevestiging van de besluiten van de Waalse Regering van bijzondere machten genomen in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis tijdens de tweede COVID-19-golf (hierna: Waals decreet).

Het Waals decreet beoogt de besluiten van bijzondere machten die de Waalse Regering heeft genomen in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis tijdens de tweede COVID-19-golf te bevestigen, overeenkomstig het decreet van 29 oktober 2020 tot toekenning van bijzondere machten aan de Waalse Regering om te reageren op de tweede golf van de gezondheidscrisis door COVID-19.

2.2. Voortzetting van de verlengingsmaatregelen

Overeenkomstig artikel 3 van voormeld decreet van 29 oktober 2020 bevestigt artikel 11 van het Waals decreet het besluit nr. 69 en verlengt het de maatregelen tot verlenging voorzien door de artikelen 1 en 4 van dat besluit nr. 69, voor een periode van 4 maanden. Zo worden de termijnen die verstrijken tussen 1 november 2020 en 30 juni 2021 inbegrepen verlengd met een duur van 4 maanden. Het mechanisme blijft strikt identiek aan datgene waarin is voorzien in besluit nr. 69. Dit behelst:

• bepaalde termijnen inzake successierechten (zie punt 1.2., hierboven);
• bepaalde termijnen inzake registratierechten (zie punt 1.4., hierboven).

2.3. Inwerkingtreding

Bij gebreke van bijzondere bepalingen, treedt het Waals decreet in werking de tiende dag na de publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad, zijnde 6 juni 2021. Het is van kracht op 1 februari 2021.

III. Wetten van 20 december 2020 en 2 april 2021

3.1. Doelstellingen van de federale wetgever

Het Belgisch Staatsblad van 30 december 2020 (ed. 1, p. 96102) publiceerde de wet van 20 december 2020 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19-pandemie (hierna: Corona IV-wet).

Het Belgisch Staatsblad van 13 april 2021 (p. 32911) publiceerde de wet van 2 april 2021 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19-pandemie (hierna: wet van 2 april 2021).

Teneinde de verspreiding van COVID-19 en de tweede golf van de huidige coronapandemie in België te beperken, verlengde de wet van 20 december 2020 de tijdelijke maatregelen vervat in de wet van 29 mei 2020 betreffende verschillende dringende fiscale maatregelen als gevolg van de COVID-19 pandemie (hierna: COVID-19-wet) en in de wet van 15 juli 2020 houdende diverse dringende fiscale bepalingen ten gevolge van de COVID-19 pandemie (hierna: Corona III-wet) inzake registratierechten en het recht van geschriften (Parl.St. Kamer 2020-2021, nr. 55-1674/001, memorie van toelichting, blz. 5 en 20). Hetzelfde geldt voor titel 2 van de wet van 2 april 2021.

3.2. Mogelijkheid tot verlenging van de maatregelen

De Koning kan voor elke termijn bepaald bij deze wet of bij de bepalingen die worden gewijzigd bij deze wet, de uiterste vervaldag van deze termijn verlengen met hoogstens 3 maanden bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.

De in het eerste lid bedoelde besluiten worden bij wet bekrachtigd binnen een termijn van 1 jaar vanaf de datum van hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Ze worden geacht nooit uitwerking te hebben gehad indien ze niet worden bekrachtigd binnen de hoger vermelde termijn van één jaar (art. 59, Corona IV-wet).

3.3. Verlengingen van de fiscale vrijstellingen op de notariële volmachten

In afwijking van artikel 11, tweede lid W.Reg en van artikel 3 van het WDTR voorziet de COVID-19-wet in een vrijstelling van het registratierecht en het recht op geschriften voor notariële volmachten verleden van 13 maart 2020 tot 30 juni 2020, wanneer de instrumenterende ambtenaar geen ereloon, vacaties of kosten vraagt en voor zover deze volmacht uitsluitend effect sorteert in de periode van 13 maart 2020 tot 30 juni 2020 (art. 23, 26, 1° en 30, wet van 29 mei 2020, bekend als de COVID-19-wet).

De twee fiscale vrijstellingen werden verlengd in de Corona III-wet voor notariële volmachten verleden van 1 juli 2020 tot 31 december 2020, wanneer de instrumenterende ambtenaar geen ereloon, vacaties of kosten vraagt en voor zover deze volmacht uitsluitend effect sorteerde tot 31 december 2020. In afwijking van de artikelen 23 en 26 van de COVID-19-wet werd het voordeel van de vrijstellingen behouden voor de volmachten verleden van 13 maart 2020 tot 30 juni 2020, indien deze ten laatste op 31 december 2020 werden gebruikt (art. 22 en 25, Corona III-wet).

De voormelde fiscale vrijstellingen werden tijdelijk verlengd voor notariële volmachten verleden:

• van 1 januari tot 31 maart 2021 bij gebruik van de volmacht ten laatste op 31 maart 2021; in afwijking van artikelen 23 en 26 van de COVID-19-wet en van artikelen 22 en 25 van Corona III-wet werd het voordeel van de vrijstellingen behouden voor de volmachten verleden van 13 maart 2020 tot 31 december 2020 (art. 18 en 19, Corona IV-wet);
• van 1 april 2021 tot 30 juni 2021 bij gebruik van de volmacht ten laatste op 30 juni 2021 ; in afwijking van artikelen 23 en 26 van de COVID-19-wet, van artikelen 22 en 25 van Corona III-wet, en van artikelen 18 en 19 van Corona IV-wet werd het voordeel van de vrijstellingen behouden voor de volmachten verleden van 13 maart 2020 tot 31 maart 2021 (art. 8 en 9, wet van 2 april 2021).

3.4. Inwerkingtreding

Bij gebreke van bijzondere bepalingen is de Corona IV-wet in principe in werking getreden tien dagen na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, met name 9 januari 2021. Om teruggaven van rechten te voorkomen, werd een administratieve tolerantie ingevoerd voor notariële volmachten verleden vanaf 1 januari 2021 en aangeboden ter registratie vóór de inwerkingtreding van deze wet.

Titel 2 van de wet van 2 april 2021 is van kracht op 1 april 2021 (art. 23, wet van 2 april 2021).

Bron: Fisconetplus