Wanneer je een hoger brutoloon krijgt, was het toch mogelijk dat je die verhoging netto niet volledig ontving. Dat zou nu verleden tijd moeten zijn. Tussen bruto- en nettoloon zit namelijk de "stap" van het berekenen en inhouden van bedrijfsvoorheffing. Vanaf 1 januari dit jaar wordt de bedrijfsvoorheffing op het maandloon van werknemers en bedrijfsleiders (en op werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag) niet meer berekend aan de hand van inkomstenschijven van 15 euro, maar op basis van het werkelijk ontvangen belastbare bedrag. Isabelle Caluwerts, Leagal Expert bij Partena Professional, legt uit wat er verandert.
De bedrijfsvoorheffing werd in het verleden bepaald aan de hand van schalen, die op hun beurt jaarlijks werden vastgesteld op basis van belastingschijven. Elk jaar werd er dus een nieuwe schaal van bedrijfsvoorheffing gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. "Tot nu toe werden deze schalen van bedrijfsvoorheffing per belastbare schijf van 15 euro opgesteld. Voor elke schijf gold een andere bedrijfsvoorheffing. Afhankelijk van het belastbaar inkomen van de werknemer werd, wanneer een inkomen tussen twee schijven van 15 euro viel, de laagste schijf genomen en werd de overeenkomstige voorheffing toegepast", verklaart Isabelle Caluwaerts, Legal Expert bij Partena Professional.
Dit systeem kon nadelig zijn: bij overgang van de ene belastingschijf naar de andere was het mogelijk dat de werknemer een lager nettoloon ontving. Het nieuwe, meer progressieve systeem dat door de Federale Regering is ingevoerd, wil voorkomen dat een stijging van het brutoloon (bijvoorbeeld door indexering) leidt tot een lager nettoloon. De schalen zijn dus niet langer gestructureerd in schijven van 15 euro, maar op elk daadwerkelijk ontvangen bedrag aan belastbaar inkomen zal een specifieke bedrijfsvoorheffing worden ingehouden.
"In het oude systeem werd bijvoorbeeld voor een werknemer (gehuwd met één kind ten laste) die een brutoloon van 3 500 euro verdiende, 755 euro aan bedrijfsvoorheffing ingehouden. Bij een stijging van 5 euro bruto steeg de voorheffing tot 763 euro. Aangezien de stijging van de voorheffing groter was dan de stijging van het brutoloon, leidde dit tot een daling van het nettoloon van de werknemer met 3 euro. Met het nieuwe systeem worden dit soort situaties vermeden", aldus Isabelle Caluwaerts.
Voor eenzelfde loon is er ook een vrij groot verschil in het bedrag van de bedrijfsvoorheffing tussen 2022 en 2023. Dit is grotendeels het gevolg van de indexering van de belastingschalen op 1 januari 2023. Deze indexering vindt elk jaar plaats, maar deze keer leidt ze tot grotere verschillen in vergelijking met voorgaande jaren, als gevolg van de hoge inflatie. De belastingschijven worden zodanig geïndexeerd dat de koopkracht van de werknemers gelijk blijft. Op een salaris wordt dus hetzelfde belastingniveau toegepast, ook al is het geïndexeerd. Dit nieuwe systeem moet voorkomen dat de belastingdruk op geïndexeerde inkomsten toeneemt.
Ter herinnering: de bedrijfsvoorheffing is een voorschot op de belasting. Het is een zo nauwkeurig mogelijk voorschot (niet 100% nauwkeurig) van de te betalen belasting. Afhankelijk van de gezinssituatie en de status van de belastingplichtige wordt de voorheffing vastgesteld volgens een van de volgende schalen:
- Schaal I: de verkrijger van het inkomen is een alleenstaande, of de echtgenoot van de ontvanger van het inkomen ontvangt ook beroepsinkomsten;
- Schaal II: de echtgenoot van de verkrijger van de inkomsten ontvangt geen beroepsinkomsten;
- Schaal III: niet-inwoners.
Het beginsel is als volgt: wanneer een werkgever een werknemer loon toekent, is hij verplicht de bedrijfsvoorheffing in te houden. Deze voorheffing wordt dan aan het einde van het kalenderjaar op een fiscale fiche ingevuld, samen met alle belastbare bezoldigingen.
Met behulp van deze fiscale fiche geeft de werknemer zijn inkomsten aan en de fiscus berekent op basis daarvan de belasting. Schematisch gezien wordt op deze belastingberekening de reeds ingehouden bedrijfsvoorheffing in mindering gebracht.
Als er te veel bedrijfsvoorheffing is ingehouden, wordt de werknemer door de staat terugbetaald, en omgekeerd, als er te weinig is ingehouden, betaalt de werknemer het saldo aan de fiscus. Alles hangt af van de specifieke fiscale situatie van elke belastingplichtige, en van de kosten of uitgaven die hij eventueel kan aftrekken.
"Nee, behalve voor zover het de werkgever is die verantwoordelijk is voor de inhouding van de bedrijfsvoorheffing. Hij moet dus de jaarlijks gepubliceerde regels inzake bedrijfsvoorheffing toepassen en naleven. Vervolgens betaalt hij deze voorheffing aan de staat, in principe elke maand. Dit vormt echter geen extra last voor de werkgever, omdat de voorheffing wordt berekend op basis van het brutoloon minus de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen. De voorheffing is dus een fiscale last voor de werknemer, in de vorm van een inhouding op zijn of haar loon", besluit Isabelle Caluwaerts.
Bron: Partena Professional