De impact van COVID-19 op de ondernemingen verdwijnt slechts langzaam en de vooruitzichten blijven somber

Brussel, augustus 2020 – De Belgische ondernemingen schatten hun omzet op dit moment nog steeds 13 % lager in dan normaal. Dat is wel een verbetering ten opzichte van eind juni (+ 4 procentpunten), maar het herstel blijft traag. Bovendien verwachten de ondernemingen dat de omzet volgend jaar ook nog 10 % onder het normale peil zal blijven. Dat blijkt uit de nieuwe enquête van de ERMG bij de Belgische ondernemingen. De enquête toont overigens ook aan dat in twee op de drie bevraagde ondernemingen de crisis een blijvende impact zou hebben op de manier van werken, onder andere in de vorm van een uitbreiding van het telewerk of een vermindering van de zakenreizen.


Diverse federaties van ondernemingen en zelfstandigen hebben de afgelopen week een nieuwe enquête gehouden (BECI, NSZ, UCM, UNIZO, UWE en VOKA).


Dit initiatief wordt gecoördineerd door de NBB en het VBO. Deze enquête volgt op een reeks van tien enquêtegolven die tussen maart en juni werden uitgevoerd om na te gaan welke impact de coronacrisis en de beperkende maatregelen hadden op de economische activiteit, alsook op de financiële gezondheid en op de beslissingen van de ondernemingen. Deze reeks enquêtes werd in de vakantiemaanden tijdelijk onderbroken omdat het aantal deelnemers te klein zou zijn geweest. In totaal namen 4 430 ondernemingen en zelfstandigen aan deze nieuwe enquête deel[1].


Wijzigingen in de besproken indicatoren moeten omzichtig worden geïnterpreteerd gelet op de ruime tijdsspanne tussen deze en de vorige enquête. Daardoor kan een zogenaamde ‘survival bias’ optreden, vooral in sommige sectoren. Het is namelijk mogelijk dat een deel van de ondernemingen in moeilijkheden ondertussen failliet is gegaan en dus niet meer gecapteerd wordt in deze enquête. Daarnaast verschillen de respondenten met die van de vorige enquête (o.m. door de deelname van UCM). Het ziet er wel naar uit dat de samenstelling van de deze week verkregen steekproef nauwer aansluit bij de sectorspecifieke en gewestelijke samenstelling van de Belgische economie dan bij de vorige enquêtes.


[1] De deelname aan de enquête van bepaalde federaties waarvan de leden in een specifieke bedrijfstak werken, kan een steekproeffout veroorzaken. De ondernemingen van een bepaalde bedrijfstak zouden namelijk sterker vertegenwoordigd kunnen zijn in onze steekproef dan in de Belgische economie als geheel. Bijgevolg werd de steekproef gestratificeerd per bedrijfstak op basis van het gewicht in de toegevoegde waarde in België. De ontwikkeling in de loop van de weken moet echter met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, aangezien de ondernemingen die de enquête invullen van week tot week kunnen verschillen. Voorts moet worden opgemerkt dat de cijfers enigszins kunnen afwijken van die uit de voorgaande publicatie omdat gegevens a posteriori worden ontvangen en de analyse van de gegevens voortdurend wordt verfijnd.


> Lees het persbericht van 24 augustus 2020 NBB

> Naar de Gedetailleerde tabellen xlsx


Mots clés

Articles recommandés

De bewindprocedure en het medisch verslag vanwege een erkend arts: een conditio sine qua non?

Duurzaamheid in het bedrijfsleven: een studiedag om de rapportering te beheersen

Podcast duurzaam ondernemen : zeker niet te missen !