Gemiddeld verdiende een werknemer die in 2019 voltijds werkte 3.758 euro bruto per maand.
Dat blijkt uit de nieuwe resultaten van Statbel, het Belgische statistiekbureau, op basis van een loonenquête bij 118.164 werknemers bij Belgische bedrijven. De petrochemische sector is de best betaalde, terwijl de lonen in de horecasector het laagst liggen.
Het mediaanloon bedraagt 3.486 euro. Dat betekent dat 50% van de werknemers maximaal 3.486 euro verdient, terwijl de andere helft een hoger salaris in de wacht sleept. De grootste groep, 43% van alle werknemers, verdient een bedrag dat zich situeert tussen de 2.500 euro en de 3.750 euro bruto per maand.
10% van alle werknemers verdient op maandbasis minder dan 2.295 euro bruto. Aan de andere kant van het spectrum verdient 10% van de loontrekkenden meer dan 5.886 euro bruto. Wie in Brussel werkt, verdient doorgaans meer dan in andere regio’s. In de provincie Luxemburg liggen de lonen het laagst.
Ook het diploma speelt een rol. Wie een masterdiploma op zak heeft, verdient 48% meer dan de gemiddelde Belg. Wie zonder diploma de schoolbanken verliet, ontvangt een salaris dat 26% onder het nationale gemiddelde ligt.
Daarnaast blijft er een verschil van 4,1% tussen voltijds werkende vrouwen en hun mannelijke collega’s, al is de loonkloof wel sterk gedaald in de voorbije tien jaar. De hoogste salarissenzijn er bij de directeurs van grote ondernemingen (178% boven het nationale gemiddelde), de laagste bij de kelners en barmannen (37% onder het nationale gemiddelde).
Opmerking
Indien er in deze publicatie sprake is van een loon, dan gaat het steeds om het bruto maandloon. Dit loonconcept omvat de periodieke premies die iedere betalingsperiode worden uitbetaald. Premies voor nacht- of weekendwerk zijn hier voorbeelden van. Premies die slechts op uitzonderlijke basis worden uitgekeerd, zoals een dertiende maand of het dubbel vakantiegeld, werden uit het gehanteerde concept geweerd.
Bovendien is de analyse beperkt tot de voltijds tewerkgestelde loontrekkenden die werkzaam zijn in ondernemingen met minstens tien werknemers. Bepaalde sectoren, met name landbouw, visserij, openbaar bestuur, onderwijs, gezondheidszorg en overige persoonlijke diensten werden niet opgenomen in deze studie. De referentieperiode voor alle gegevens is oktober 2019.
In 2019 bedroeg het gemiddelde bruto maandloon van een voltijds tewerkgestelde werknemer 3.758 euro. Dat bedrag geeft echter een vertekend beeld van de werkelijke loonspreiding, aangezien 59% van de werknemers een lager loon ontvangen. Het is bijgevolg interessant om de verdeling van de lonen nader onder de loep te nemen.
De onderstaande figuur deelt alle werknemers op in loonklassen van 250 euro. Uit deze grafiek blijkt dat veruit de grootste groep, namelijk 43% van alle werknemers, een bruto bedrag verdient dat zich situeert tussen de 2.500 euro en de 3.750 euro per maand. Voorts valt op dat het salaris van 17% van de loontrekkende beroepsbevolking minstens 5.000 euro bruto bedraagt.
Men kan de spreiding van de lonen ook door middel van een decielenverdeling weergegeven. Uit deze oefening blijkt dat tien procent van de werknemers op maandbasis maximaal 2.295 euroverdient, terwijl 20% van de loontrekkenden mag rekenen op maximaal 2.606 euro. Het mediaanloon bedraagt 3.486 euro. Dit betekent dat 50% van de werknemers maximaal 3.486 euro verdient, terwijl de andere helft een hoger salaris in de wacht sleept. De 10% werknemers die het meest verdienen, ontvangen van hun werkgever minstens 5.886 euro per maand.
De omvang van het loon hangt in grote mate af van de functie. Wie meer verantwoordelijkheid draagt of een complexe functie heeft, ziet dat vaak omgezet worden in een omvangrijker loonzakje. Onderstaande tabel geeft een beeld van de tien best betaalde beroepen. Daarin prijken de directeurs van grote ondernemingen bovenaan de lijst. Met een bedrag van 10.465 euro verdienen directeurs van grote ondernemingen een loon dat 178% boven het nationale gemiddelde ligt.
Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich kelners en barmannen. Met een maandloon van 2.372 euro verdienen deze werknemers een bedrag dat 37% onder het nationale gemiddelde ligt. Anders gezegd: voor het bruto maandloon van een directeur van een grote onderneming moet een kelner of barman vier maanden werken. Ook kappers en schoonheidsspecialisten, huishoudelijke hulpen en schoonmakers en ten tenslotte kassiers en ticketverkopers ontvangen een loon dat minstens een derde onder het nationale gemiddelde ligt.
Naast het beroep beïnvloedt ook de sector waar iemand werkt de omvang van het loon. De onderstaande tabellen geven een overzicht van de tien sectoren waar respectievelijk de hoogste en de laagste lonen worden uitbetaald.
Met een bedrag van 5.840 euro is de petrochemische nijverheid de best betalende tak van de economie. Een werknemer verdient in deze sector immers 55% meer dan het nationale gemiddelde. Bij de activiteiten van hoofdkantoren en de adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer liggen de maandlonen 43% boven het Belgische cijfer, terwijl financiële dienstverlening, exclusief verzekeringen en pensioenfondsen op de derde plaats prijkt.
Met een gemiddeld bedrag van 2.640 euro worden de laagste lonen in de horeca uitbetaald. Ook het verblijfstoerisme en de detailhandel behoren tot de minst betalende sectoren.
Wie in het centrum van het land werkt, maakt de beste kans op een omvangrijk loon. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest spant de kroon, aangezien het gemiddelde maandloon er 17% boven het nationale cijfer ligt. Maar ook bedrijven gevestigd in de arrondissementen grenzend aan de hoofdstad betalen over het algemeen hogere lonen uit.
Vanuit financieel oogpunt is het arrondissement Dinant de minst interessante plaats om te werken: het salaris ligt er 24% onder het nationale gemiddelde. In Vlaanderen worden de laagste gemiddelde lonen uitbetaald in het arrondissement Veurne.
Vanuit financieel oogpunt is het interessant om verder te studeren na het secundaire onderwijs. Houders van een bachelordiploma verdienen 3% meer dan het Belgische gemiddelde en dat verschil loopt op tot 48% voor houders van een masterdiploma. Aan de andere kant van het spectrum stellen we vast dat werknemers die geen hogere studies hebben afgerond, hiervoor financieel worden afgestraft. Houders van een diploma van het hoger secundair onderwijs verdienen 20% minder dan het Belgische gemiddelde. Werknemers die het secundaire onderwijs zonder diploma verlaten, zien deze loonspanning toenemen tot 26%.
Dat de omvang van het loonbriefje toeneemt met de leeftijd zal weinig verbazing wekken. De leeftijd van 38 jaar vormt het keerpunt. Wie jonger is dan die leeftijd verdient globaal genomen minder dan het nationaal gemiddelde, terwijl men vanaf 38 jaar in regel recht heeft op een hoger loon. Zo ligt het loonbriefje van werknemers in de leeftijdscategorie 60 jaar en ouder 30% boven het nationale gemiddelde. Hun loon ligt bovendien 114% boven het salaris dat hun collega’s van 20 jaar en jonger maandelijks verdienen.
In 2019 ontvangen voltijds tewerkgestelde vrouwen een gemiddeld maandloon dat 4,1% onder het salaris van mannen ligt. De loonkloof is met andere woorden nog niet weggewerkt, maar we stellen het voorbije decennium wel een positieve evolutie vast. In 2010 bedroeg deze loonkloof immers nog 10,0%.