Je salaris met 500 euro verhogen en slechts 116 euro netto ontvangen. Dat is wat er moet veranderen!

Een netto loonsverhoging van 100 euro aanbieden aan een werknemer kan soms tot 650 euro kosten voor de werkgever. Een grove rekenfout, zullen sommigen van jullie ongetwijfeld denken. Helaas is dit de harde waarheid…

We weten allemaal dat de belastingdruk op lonen in België bijzonder hoog is. Naast belastingen is er ook de sociale zekerheid voor zowel werknemers als werkgevers. We kunnen dus beter spreken van een fiscale en parafiscale druk. Om deze druk te verlichten, heeft de federale regering een werkbonus ingevoerd. In Vlaanderen is daarbovenop nog een regionale jobbonus gekomen. Dit alles vertrekt uiteraard vanuit goede bedoelingen, maar met het perverse gevolg dat degenen die bepaalde inkomensgrenzen overschrijden, tot 85% van de extra loonkosten zien verdwijnen in de bodemloze put van de staat…


Brutoloon van 2.500 euro

Laten we het geval van Sophie nemen, een jonge werkneemster, net afgestudeerd en fiscaal alleenstaand. Sophie heeft een bruto maandsalaris van 2.500 euro. Dit is het gemiddelde brutoloon voor de leeftijdscategorie van 21 tot 25 jaar. Ze heeft recht op de federale werkbonus. De klassieke sociale zekerheid voor werknemers, die 13,07% bedraagt, wordt dus verminderd met 175 euro (technisch 50 euro voor deel B — zeer lage inkomens — en 125 euro voor deel A — lage inkomens).

In plaats van 325 euro bedraagt de sociale bijdrage dus 150 euro. Na aftrek van de bedrijfsvoorheffing blijft er voor de werkneemster een nettoloon van 2.052 euro over. Opmerkelijk is dat de kostprijs voor de werkgever gemiddeld 30% hoger ligt dan het brutoloon en dus 3.250 euro bedraagt.


Hoe kunnen we de burgers van ons land motiveren om harder te werken als tot 85% van de loonsverhogingen verdwijnen in de gaten van de staat?


37% van dit totale bedrag gaat dus naar de staat en 63% naar de werknemer. Als Sophie bovendien Vlaams is, heeft ze ook recht op een regionale jobbonus. Deze laatste bedraagt maximaal 50 euro per maand voor degenen die minder dan 1.950 euro bruto verdienen. In dit geval zit Sophie in een overgangsregeling: vanaf 2.900 euro bruto per maand verdwijnt de maatregel, maar Sophie houdt nog steeds een bonus van 22 euro per maand over, wat haar een netto salaris van 2.074 euro per maand oplevert.


Brutoloon van 3.000 euro

Als jonge werkneemster wil Sophie natuurlijk vooruitgang boeken en zo mogelijk meer verdienen. Voor haar werkgever blijkt ze zeer goed te presteren in haar job en ze krijgt dan ook een loonsverhoging van 500 euro per maand aangeboden. Fantastisch, denkt ze! En ze opent die avond een fles champagne met haar vrienden om haar eerste loonsverhoging te vieren…

Maar wat een teleurstelling wanneer ze haar eerste loonstrook ontvangt. De loonsverhoging vermindert immers de federale werkbonus. Sophie komt nu niet meer in aanmerking voor deel B (zeer lage inkomens). Voor deel A is het maximumplafond 3.207 euro. Hierdoor bevindt Sophie zich in een overgangssituatie waarin ze nog steeds recht heeft op een premie van 38 euro (in plaats van 125 euro).

Ze verliest dus 135 euro aan werkbonus (deel A + B). Resultaat: haar nettoloon bedraagt nu 2.168 euro. De loonsverhoging van 500 euro resulteerde dus slechts in een nettoverhoging van 116 euro. De loonkosten voor de werkgever zijn gestegen van 3.250 naar 3.900 euro. Van de maandelijkse meerkost van 650 euro voor de werkgever, gaat dus 534 euro naar de staat, wat neerkomt op 82%, en slechts 18% naar de werknemer, die zich terecht bedrogen kan voelen. En als Sophie Vlaams is, wordt ze nu volledig uitgesloten van de Vlaamse jobbonus, wat haar situatie nog verergert, omdat de 650 euro extra kosten niet meer zouden resulteren in een nettoverhoging van slechts 94 euro.


De moraal van het verhaal?

Hoe kunnen we de burgers van ons land motiveren om harder te werken als tot 85% van de loonsverhogingen verdwijnen in de bodemloze put van de staat? Schaf simpelweg alle bonussen af en verlaag de personenbelasting aanzienlijk, dat zijn de oplossingen die werknemers zouden aanmoedigen om harder te werken, wat op lange termijn ten goede zou komen aan onze economie en onze bedrijven, en dus indirect ook aan de staatskas. Laten we hopen dat de nieuwe regering hiermee rekening zal houden…

Mots clés

Articles recommandés