Vandaag heeft de Commissie twee voorstellen goedgekeurd om de regels inzake aansprakelijkheid af te stemmen op het digitale tijdperk, de circulaire economie en de impact van mondiale waardeketens. Ten eerste wordt voorgesteld de bestaande regels wat betreft de risicoaansprakelijkheid van fabrikanten voor producten met gebreken (gaande van slimme technologie tot geneesmiddelen) te moderniseren. De herziene regels zullen bedrijven rechtszekerheid bieden zodat zij kunnen investeren in nieuwe en innovatieve producten, en personen die schade ondervinden door defecte producten, waaronder digitale en opgeknapte producten, zullen dankzij de nieuwe regels een billijke schadevergoeding kunnen verkrijgen. Ten tweede stelt de Commissie voor het eerst een gerichte harmonisatie voor van de nationale aansprakelijkheidsregels voor artificiële intelligentie (AI), zodat slachtoffers van AI-gerelateerde schade gemakkelijker vergoed kunnen worden. In overeenstemming met de doelstellingen van het witboek over kunstmatige intelligentie en met het voorstel van de Commissie voor een wet op de artificiële intelligentie uit 2021 waarin een kader voor excellentie en vertrouwen in AI wordt vastgesteld, zullen de nieuwe regels ervoor zorgen dat slachtoffers dezelfde beschermingsnormen genieten wanneer zij schade ondervinden die veroorzaakt wordt door AI-producten of -diensten als in het geval van onder andere omstandigheden veroorzaakte schade.
De herziene richtlijn moderniseert en versterkt de huidige gevestigde regels, die gebaseerd zijn op de risicoaansprakelijkheid van fabrikanten, voor de vergoeding van lichamelijk letsel, materiële schade of gegevensverlies als gevolg van onveilige producten, gaande van tuinstoelen tot geavanceerde machines. Zij biedt zowel bedrijven als consumenten billijke en voorspelbare regels door:
De richtlijn AI-aansprakelijkheid heeft tot doel uniforme regels vast te stellen voor toegang tot informatie en voor verlichting van de bewijslast met betrekking tot door AI-systemen veroorzaakte schade, bredere bescherming te bieden voor slachtoffers (zowel particulieren als bedrijven) en de AI-sector te bevorderen door de garanties te verhogen. In de richtlijn zullen bepaalde regels voor claims die buiten het toepassingsgebied van de richtlijn productaansprakelijkheid vallen, geharmoniseerd worden in gevallen waarin schade wordt veroorzaakt als gevolg van onrechtmatig gedrag. Het gaat daarbij onder meer om inbreuken op de persoonlijke levenssfeer of schade als gevolg van veiligheidsproblemen. De nieuwe regels zullen het bijvoorbeeld gemakkelijker maken om schadevergoeding te verkrijgen in geval van discriminatie bij een aanwervingsprocedure waarbij AI-technologie betrokken is.
De richtlijn vereenvoudigt de juridische procedure voor slachtoffers om aan te tonen dat iemands schuld tot schade heeft geleid, door twee belangrijke elementen in te voeren: ten eerste zal in omstandigheden waarin een fout wordt vastgesteld die relevant is voor de schade en een oorzakelijk verband met de AI-verrichtingen redelijkerwijs waarschijnlijk is, het zogenaamde “vermoeden van oorzakelijk verband” een oplossing bieden voor de moeilijkheden die slachtoffers ondervinden om gedetailleerd toe te lichten hoe schade is veroorzaakt door specifieke schuld of nalatigheid; dit kan namelijk bijzonder lastig zijn wanneer zij proberen complexe AI-systemen te begrijpen en daarin te navigeren. Ten tweede zullen slachtoffers meer instrumenten ter beschikking hebben om juridische schadeloosstelling te eisen, door een recht op toegang tot bewijsmateriaal van bedrijven en leveranciers in te voeren in gevallen waarin AI met een hoog risico betrokken is.
De nieuwe regels bieden een evenwicht tussen de bescherming van consumenten en de bevordering van innovatie, door extra belemmeringen weg te nemen voor slachtoffers om schadeloosstelling te vorderen en tegelijkertijd te voorzien in garanties voor de AI-sector door, onder meer, het recht in te voeren om een aansprakelijkheidsvordering op basis van een vermoeden van oorzakelijk verband aan te vechten.
Het voorstel van de Commissie zal nu door het Europees Parlement en de Raad worden goedgekeurd.
Voorgesteld wordt dat de Commissie vijf jaar na de inwerkingtreding van de richtlijn AI-aansprakelijkheid indien nodig onderzoekt of regels moeten worden vastgesteld inzake risicoaansprakelijkheid in verband met AI-gerelateerde vorderingen.
De huidige EU-regels inzake productaansprakelijkheid, die gebaseerd zijn op de risicoaansprakelijkheid van fabrikanten, zijn bijna 40 jaar oud. Moderne aansprakelijkheidsregels zijn belangrijk in het licht van de groene en digitale transformatie, met name om zich aan te passen aan nieuwe technologieën zoals artificiële intelligentie. Het gaat erom bedrijven rechtszekerheid te bieden en ervoor te zorgen dat consumenten goed worden beschermd als er iets misgaat.
In haar politieke beleidslijnen heeft voorzitter Von der Leyen een gecoördineerde Europese aanpak inzake artificiële intelligentie uiteengezet. De Commissie heeft zich ertoe verbonden het gebruik van AI te bevorderen en de risico's in verband met het gebruik ervan en de potentiële schade op holistische wijze aan te pakken.
In haar witboek over kunstmatige intelligentie van 19 februari 2020 heeft de Commissie zich ertoe verbonden het gebruik van AI te bevorderen en de risico's in verband met sommige van de toepassingen ervan aan te pakken door excellentie en vertrouwen te bevorderen. In het bij het witboek gevoegde verslag over AI-aansprakelijkheid heeft de Commissie de specifieke uitdagingen van AI voor de bestaande aansprakelijkheidsregels in kaart gebracht.
De Commissie heeft in april 2021 haar voorstel voor de wet op de artificiële intelligentie aangenomen. Daarin worden horizontale regels inzake artificiële intelligentie vastgesteld, met de nadruk op het voorkomen van schade. De wet op de artificiële intelligentie is een vlaggenschipinitiatief om de veiligheid en betrouwbaarheid van AI-systemen met een hoog risico die in de EU worden ontwikkeld en gebruikt, te waarborgen. Zij zal de veiligheid en grondrechten van mensen en bedrijven waarborgen en tegelijkertijd het gebruik van, investeringen in en innovatie op het gebied van AI versterken. Het pakket van vandaag over AI-aansprakelijkheid vormt een aanvulling op de wet op de artificiële intelligentie aangezien het vorderingen van op schuld gebaseerde civielrechtelijke aansprakelijkheid voor schade gemakkelijker maakt en een nieuwe norm voor vertrouwen in schadevergoeding vaststelt.
De richtlijn AI-aansprakelijkheid stemt het privaatrecht af op de nieuwe uitdagingen die AI met zich meebrengt. Samen met de herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid vormen deze initiatieven een aanvulling op de inspanningen van de Commissie om de aansprakelijkheidsregels geschikt te maken voor de groene en digitale transitie.