In het laatste verslag van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid wordt een stand van zaken gegeven van de recente ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. De afgelopen jaren waren zeer ingrijpend: eerst was er een ongeziene gezondheidscrisis en daarna de sterkste inflatiestijging sinds de olieschokken.
Hoe ging de arbeidsmarkt hiermee om?
Welke lessen kunnen we eruit trekken?
De veerkracht van de arbeidsmarkt tijdens de gezondheidscrisis en de dynamiek van het herstel overtroffen ruimschoots de verwachtingen. De nettowerkgelegenheidscreatie bereikte in België een nooit eerder vertoond niveau. Deze bedroeg ongeveer 100 000 eenheden in 2021 en 2022. In 2023 keerde de nettowerkgelegenheidscreatie terug naar een niveau dat dicht bij het historische gemiddelde van 43 000 eenheden ligt. De vooruitzichten voor de komende drie jaar wijzen op een verdere vertraging, die echter slechts tijdelijk zou zijn.
Ondanks deze forse groei slaagde België er niet in de achterstand ten opzichte van het Europese gemiddelde inzake de werkgelegenheidsgraad (het aandeel personen op arbeidsleeftijd dat een baan heeft, respectievelijk 72,1 % en 75,3 % in 2023) weg te werken. Ook tussen de gewesten valt dat gebrek aan convergentie op. De verschillen op het gebied van werkgelegenheids- en werkloosheidsgraad zijn zeer duidelijk, waarbij Vlaanderen systematisch betere resultaten laat optekenen. Met 76,8 % ligt de werkgelegenheidsgraad in Vlaanderen meer dan 10 pp. hoger dan in de twee andere gewesten. In 2023 bedroeg de werkloosheidsgraad er 3,3 %, tegen 8,2 % in Wallonië en 10,7 % in Brussel.
De wervingsproblemen waarmee de Belgische ondernemingen worden geconfronteerd, remden de werkgelegenheidsgroei af. Het tekort aan arbeidskrachten was vooral voelbaar in bepaalde sectoren en beroepen. Terwijl de sterke dynamiek van de arbeidsmarkt in Vlaanderen deze wervingsproblemen verergerde, hebben de twee andere gewesten er ook mee te kampen. Het probleem is structureel in België. Er zijn veel oorzaken, die vaak samengaan. Ze betreffen zowel de aard en de arbeids- en loonvoorwaarden van de aangeboden banen als de vaardigheden van potentiële kandidaten en het institutionele kader, met onvoldoende stimuli om aan de arbeidsmarkt deel te nemen.
Aan het begin van deze regeerperiode formuleert de Raad een reeks aanbevelingen die zijn opgebouwd rond vier pijlers.
De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid, die arbeidsmarktexperten van de federale overheid, de gewesten en de universiteiten samenbrengt, staat ter beschikking van de overheden om de resultaten van zijn studies te delen en bij te dragen aan de ontwikkeling van een inclusief werkgelegenheidsbeleid dat welvaart creëert.