Na 236 dagen wachten is er eindelijk een nieuwe regering. Onder de vele aangekondigde maatregelen zullen er verschillende een significante impact hebben op bedrijven, werknemers en zelfstandigen. Hieronder vindt u de belangrijkste bepalingen uit de nota van de formateur, die het fiscaal en sociaal beleid van de komende jaren zullen vormgeven.
De aftrek RDT (Revenu Définitivement Taxé) evolueert naar een vrijstelling in plaats van een aftrek, wat een verhoging van de beginsituatie van de reserves impliceert. De voorwaarde van 10% participatie blijft ongewijzigd, terwijl de drempel van 2,5 miljoen euro wordt verhoogd naar 4 miljoen euro. Deze beperking geldt echter alleen voor grote bedrijven en transacties tussen hen, waardoor kleine en middelgrote ondernemingen (conform de definitie van artikel 2, §1, 4°/1 WIB) worden uitgesloten. Wat betreft SICAV RDT, zal een belasting van 5% van toepassing zijn op de meerwaarde bij terugkoop. Bovendien is de compensatie van de roerende voorheffing met de vennootschapsbelasting alleen mogelijk als de ontvangende vennootschap in het jaar van ontvangst van de betaling een minimumvergoeding aan haar bestuurder uitkeert.
De regimes VVPRbis en liquidatiereserve worden verder geharmoniseerd. Voor de liquidatiereserve wordt de wachttijd teruggebracht van vijf naar drie jaar, en de roerende voorheffing stijgt van 5% naar 6,5%, waardoor het effectieve tarief stijgt van 13,64% naar 15%, een gelijkmaking met het VVPRbis-regime. Elke voorafgaande verdeling binnen de drie jaar is onderworpen aan het normale tarief van 30% roerende voorheffing.
De regering handhaaft de fiscale aftrekbaarheid van hybride voertuigen op 75% tot eind 2027. Deze aftrek wordt geleidelijk verlaagd tot 65% in 2028 en vervolgens tot 57,5% in 2029, in overeenstemming met de geplande vermindering voor elektrische voertuigen.
De minimumdrempel voor de vergoeding van bedrijfsleiders om van het verlaagde tarief van de vennootschapsbelasting te genieten wordt verhoogd van 45.000 naar 50.000 euro en zal voortaan automatisch worden geïndexeerd.
Het systeem van verhogingen bij laattijdige betaling van de sociale bijdragen van zelfstandigen wordt aangepast om eerlijker en minder dwingend te zijn.
Het doel van de regering is om het verschil tussen arbeidsinkomen en inactiviteitsuitkeringen te verhogen tot meer dan 500 euro netto per maand, door verschillende maatregelen te combineren.
Om de loonbetaling aantrekkelijker te maken ten opzichte van voordelen in natura, voorziet de fiscale hervorming in een vereenvoudiging en harmonisering van de systemen voor collectieve bonussen (CAO 90, winstpremie, enz.). Deze aanpassing mag geen verhoging van de fiscale lasten veroorzaken, noch voor de werkgever noch voor de werknemer.
De verschillende aanvullende pensioenregelingen voor zelfstandigen (PCLI, EIP, CPTI) worden geharmoniseerd en vereenvoudigd. De 80%-regel wordt ook herzien.
Het fiscale regime voor auteursrechten wordt uitgebreid om de digitale beroepen op te nemen, die momenteel door de belastingdienst zijn uitgesloten. De werken die worden beschermd door Boek XI, Titel 6, van het Wetboek van economisch recht komen voortaan in aanmerking voor dit regime.
De regering is van plan om snel bijlage n° 270 MLH (bijlage huurcontract) te schrappen en een minder dwingend administratief alternatief voor te stellen.
De boekhoudkundige verplichtingen zoals het dagboek van inkomsten en de BTW-registers worden geschrapt, aangepast of vereenvoudigd, rekening houdend met de bestaande controlemechanismen en de reeds beschikbare informatie bij de belastingdienst.
De eisen voor documentatie over transfer pricing worden herzien, met name voor KMO's, door de verplichtingen te beperken tot het strikt noodzakelijke.
Er wordt een digitale omgeving opgezet voor publicaties in het Belgisch Staatsblad, waardoor online verzending mogelijk is via een duidelijk en toegankelijk formulier.
De wetgeving betreffende het UBO-register wordt gewijzigd om de doeltreffendheid ervan tegen fraude te versterken en tegelijkertijd de administratieve last en de kosten voor bedrijven te verminderen. Alle reeds beschikbare informatie via andere kanalen ( notarissen, Kruispuntbank van Ondernemingen, enz.) wordt automatisch in het UBO-register geïntegreerd, zonder extra kosten of formaliteiten.
De regering zal onderzoeken of een vereenvoudigd en optioneel systeem kan worden opgezet voor de behandeling van niet-toegelaten uitgaven, ter vervanging van de huidige complexe regels en gedetailleerde berekeningen.
Er zijn ook andere maatregelen genomen door de nieuwe regering en die zullen in detail worden besproken in toekomstige publicaties.