Sinds 1 juli 2022 moeten alle ondernemingen hun particuliere klanten ten minste één elektronisch betaalsysteem aanbieden. De FOD Economie ontving sindsdien 1.881 meldingen over handelaars die niet voldeden aan die verplichting.
Consumenten maken voor hun aankopen steeds meer gebruik van elektronische betaalmiddelen. Dat houdt voordelen in, zowel voor henzelf als voor handelaars. Het is dan ook belangrijk dat ze kunnen kiezen hoe ze betalen.
Met "onderneming" bedoelen we alle natuurlijke of rechtspersonen met een duurzaam economisch doel, met inbegrip van hun verenigingen.
Dat betekent dat het niet alleen gaat om ondernemingen in de gebruikelijke zin van het woord, ongeacht hun omvang, maar ook om vrije beroepen en alle personen, overheden, verenigingen, enz. die op duurzame basis economische activiteiten verrichten voor consumenten, zoals het beheer van een zwembad, een bibliotheek, een cultureel centrum of een sportclub.
Om aan die verplichting te voldoen, zijn alle technische oplossingen mogelijk die momenteel of in de toekomst beschikbaar zijn (vaste of draagbare betaalterminals, contactloze betalingen via smartphone of smartwatch, enz.).
Handelaars denken bij een elektronische betaling vaak aan de duurdere opties zoals betaalterminals. Maar het is veel breder dan dat. Er zijn ook heel wat alternatieven en ondernemingen zijn vrij om er een te kiezen die hun het meest geschikt lijkt, afhankelijk van hun economische realiteit en de specifieke kenmerken van hun klanten. Zo is een onderneming ook in orde als hij bijvoorbeeld aan de kassa een papier ophangt met daarop een bankrekeningnummer waarop klanten het bedrag kunnen storten of is een QR-code via de bankapp ook meer als voldoende.
— Lien Meurisse, woordvoerster van de FOD Economie
Opgelet: betalingen met maaltijdcheques, ecocheques of consumptiebonnen worden niet als elektronische betaalmiddelen beschouwd, zelfs niet wanneer ze met een kaart worden verricht. Hetzelfde geldt voor betalingen in cryptomunten en andere virtuele munteenheden.
Het is ook verboden om klanten extra kosten aan te rekenen voor elektronische betalingen of een elektronische betaling te weigeren onder een bepaald bedrag. Ondernemingen kunnen wel de elektronische betaalwijzen variëren naargelang het bedrag, maar dat moet dan duidelijk zichtbaar zijn voor de consument (bijvoorbeeld met een affiche).
De verplichting om een oplossing voor elektronische betalingen aan te bieden, wil niet zeggen dat de consument niet langer cash kan betalen. Contant geld is en blijft een wettelijk betaalmiddel dat een handelaar niet mag weigeren, behalve in bepaalde uitzonderlijke en tijdelijke gevallen (onevenredig bedrag, veiligheid, vermoeden van vervalsing enz.).
De FOD Economie ontving in 2022 316 meldingen van consumenten die niet cash konden betalen. In 2023 zitten we al aan 179 meldingen.
Maak de handelaar eerst attent op de verplichting om beide aan te bieden.
Blijft de handelaar een betaalwijze (contant of elektronisch) weigeren of er extra kosten voor aanrekenen, dan kan je dat als consument melden via het meldpunt van de FOD Economie. Op basis van die meldingen kan de Economische Inspectie van de FOD Economie beslissen een onderzoek in te stellen om een einde te maken aan die praktijken.
Meldingen van de consumenten
Sinds 1 juli 2022 moeten alle ondernemingen die met consumenten in aanraking komen, ongeacht de omvang van de onderneming, ten minste één optie aanbieden waarmee klanten hun aankopen elektronisch kunnen betalen.
De FOD Economie ontving in 2022 1.347 meldingen over handelaars die geen elektronisch betaalmiddel aanboden. In 2023 waren dit er al 534. In eerste instantie werd er vooral sensibiliserend opgetreden. Dat wil zeggen dat er in 2022 enkel controles gebeurden op basis van de ontvangen meldingen. De meldingen leidden tot 998 controles waarbij 316 inbreuken werden vastgesteld. Was het een eerste inbreuk en was de onderneming te goeder trouw, dan ontving de onderneming slechts een waarschuwing.
Sinds 2023 maakt de controle van het aanbieden van een elektronisch betaalmiddel deel uit van de algemene onderzoeken die de Economische Inspectie uitvoert. Controles gebeuren dus niet meer enkel op basis van meldingen maar worden ook proactief uitgevoerd. In 2023 werden er 103 inbreuken vastgesteld op 2105 controles.
Bron : Fod Economie, juni 2023