Werkbonus: werking ? bedragen ?

Ingevolge de verhoging van het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen (GGMMI) overeenkomstig CAO 43-16, is er een aanpassing van de loongrenzen, de hellingscoëfficiënten en van de maximale verminderingsbedragen nodig voor de berekening van de werkbonus. Hieronder vindt u in tabelvorm de nieuwe bedragen vanaf 1 april 2022.

Ins en outs

Vanaf 1 januari 2000 is een systeem van vermindering van de werknemersbijdragen van kracht, dat tot doel heeft werknemers met een laag loon een hoger nettoloon te garanderen, zonder daarbij het brutoloon te verhogen. Vanaf 1 januari 2005 loopt deze werknemersbijdragevermindering voort onder de benaming 'Werkbonus'.

De vermindering bestaat uit een forfaitair bedrag dat geleidelijk vermindert naarmate het loon hoger wordt. De werkgever brengt het bedrag in mindering van de normale werknemersbijdragen (13,07% van het brutoloon) bij de betaling van het loon. De werkbonus compenseert de volledige werknemersbijdrage voor een referteloon tot ongeveer 1.500,00 EUR bruto per maand.

Indien het loon wordt betaald volgens een andere periodiciteit dan de maandelijkse (per week, per twee weken, per vier weken,...) berekent de werkgever de vermindering bij de laatste betaling die op de kalendermaand betrekking heeft. In dat geval is de berekening gebaseerd op de dagen en de lonen die op die kalendermaand betrekking hebben en moet het uitbetaalde bedrag en de ermee samenhangende periode opgesplitst worden per kalendermaand.

Voor werknemers die binnen de maand met opeenvolgende overeenkomsten werken, wordt het verminderingsbedrag verrekend aan het einde van iedere overeenkomst of bij iedere betaling die betrekking heeft op die overeenkomsten.

Grensbedragen voor 2022


Bedienden (*)

S (refertemaandloon aan 100% in EUR)

R (basisbedrag in EUR)

1.860,34
> 1.860,34 en ≤ 2.847,98
> 2.847,98

228,48
228,48 - ( 0,2313 x (S - 1.860,34))
0,00

Arbeiders (**)

S (refertemaandloon aan 100% in EUR)

R (basisbedrag in EUR)

1.860,34
> 1.860,34 en ≤ 2.847,98
> 2.847,98

246,76
246,76 - (0,2498 x (S - 1.860,34))
0,00

(*) Onder 'Bedienden' moet worden verstaan: de werknemers die moeten worden aangegeven aan 100 %, dus ook bijvoorbeeld arbeiders in de openbare sector.
(**) Onder 'Arbeiders' moet worden verstaan: de werknemers die moeten worden aangegeven aan 108 %, dus ook bijvoorbeeld kunstenaars.


Bron : Sociale Zekerheid-onderneming, Administratieve instructies RSZ - 2022/1, april 2022

Mots clés

Articles recommandés

Volgens de najaarsenquête 2024 zou de investeringsdynamiek toenemen in 2025

Rapport over "Belgisch federalisme in cijfers" : analyse van de openbare tewerkstelling

Welke feestdagen staan voor de deur van 2025?