1/10 ouderschapsverlof viert derde verjaardag: 1 op de 300 werknemers maakt er intussen gebruik van

Drie jaar geleden voerde de federale regering de mogelijkheid in voor ouders om per kind 40 maanden lang 1/10 ouderschapsverlof op te nemen, naar aanleiding van deze verjaardag bracht Acerta de voornaamste evoluties in kaart. Intussen maakt 1 op de 300 werknemers (0,33 %) van die regeling gebruik. Dat is zeven keer meer dan drie jaar geleden. Het gaat vooral om ouders tussen 35 en 41 jaar. Opvallend: moeders en vaders doen even veel beroep op 1/10 ouderschapsverlof. Dat evenwicht is bij andere vormen van tijdskrediet minder het geval.

Dat blijkt uit een analyse door hr-dienstenbedrijf Acerta van de gegevens van meer dan 260.000 werknemers in de privésector.

1/10 ouderschapsverlof zeven keer populairder dan bij aanvang

Mama’s en papa’s die voltijds werken kunnen sinds 1 juni 2019 1/10 ouderschapsverlof opnemen. 40 maanden lang kunnen ze – mits akkoord van de werkgever – bijvoorbeeld één vrije dag om de twee weken nemen, of een halve dag vrij per week. Werkende ouders kunnen zo een betere balans tussen werk en privé vinden en meer tijd doorbrengen met hun kroost, zonder veel loon op te geven.

In de drie jaar dat het 1/10 ouderschapsverlof bestaat, is het aandeel werknemers dat van de regeling gebruik maakt, gestegen van 0,05 % (juni 2019) naar 0,33 % (april 2022). Dat komt neer op een verzevenvoudiging. Het systeem is intussen bijna even populair bij vaders (0,31 %) als bij moeders (0,35 %). Sinds de invoering maken twaalf keer meer vaders gebruik van de regeling, bij de moeders gaat het om een vervijfvoudiging.

Annelies Bries, juridisch experte bij Acerta Consult: “1/10 ouderschapsverlof is er gekomen als een optie die minder impact zou hebben op de loopbaan en het inkomen. Het is opvallend dat er bijna even veel papa’s als mama’s kiezen voor deze vorm van ouderschapsverlof. Bij de andere regelingen – volledige onderbreking, halftijds of vier vijfde werken – zien we dat er meer moeders voor kiezen dan vaders. Het 1/10 ouderschapsverlof helpt de vaders een inhaalbeweging te maken en het klassieke rollenpatroon te doorbreken.

Vooral 35-41-jarigen

Kijken we naar de leeftijd, dan zien we dat het gebruik van 1/10 ouderschapsverlof piekt tussen de leeftijd van 35 en 41 jaar. Dat is te verklaren doordat Belgische vrouwen gemiddeld op 31 jaar hun eerste kind krijgen en mannen op 34 jaar (bron: Statbel mei 2021) én dat ouders eerst voor tijdskrediet kunnen kiezen vooraleer ze ouderschapsverlof opnemen.

Annelies Bries: “Dat het 1/10 ouderschapsverlof aan belang wint, is een goede zaak. Toch blijven de aantallen nog vrij laag, zeker in vergelijking met andere vormen van ouderschapsverlof. Deeltijds tijdskrediet – waaronder halftijds en vier vijfde werken – bereikte in 2021 3,8 % van de werknemers. Dat is dus tien keer meer dan de 1/10-regeling. Logisch, want elk nieuw systeem moet eerst aan bekendheid winnen. De combinatie thuiswerk en 1/10 ouderschapsverlof zal de komende jaren nog meer ouders helpen om de juiste work-life balans te vinden.”

Over de cijfers

De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van een set van 280.000 werknemers in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.

Bron : Acerta RH, pers, 28 mei 2022

Mots clés

Articles recommandés

Verbetering ergonomie onmisbaar om langdurige ziekte halt toe te roepen

Het eindejaarsgeschenk, een financieel voordelige traditie om 2024 goed af te sluiten

1 op de 10 Belgische werknemers 60 jaar of ouder