Aangifte nalatenschap - Wilsbeschikkingen en erfovereenkomsten

Nadat de overledene, aangevers, erfopvolgers en verwerpers zijn geïdentificeerd, stelt het modelformulier de vraag naar het bestaan van een uiterste wilsbeschikking en erfovereenkomsten, maar wat wordt bedoeld met een uiterste wilsbeschikking en een erfovereenkomst en hoe kan u het bestaan hiervan terugvinden?


Wilsbeschikkingen

Een uiterste wilsbeschikking kan zowel bestaan uit een testament als uit een contractuele erfstelling.


Wanneer de overledene een uiterste wilsbeschikking heeft opgesteld, moet u het bestaan hiervan vermelden in de aangifte van nalatenschap en een kopie van het document toevoegen aan de aangifte van nalatenschap.


Een testament is een akte waarin de erflater een regeling opgenomen heeft over wat er zal gebeuren met zijn vermogen op het ogenblik van zijn overlijden. Er bestaan drie soorten testamenten: een notarieel testament, een internationaal testament en een eigenhandig testament (telkens met eigen vormvoorwaarden).


Een contractuele erfstelling is een overeenkomst waarbij de erfsteller tijdens zijn leven ten kosteloze titel beschikt heeft over de goederen die tot zijn nalatenschap zullen behoren.


U kan kennis verkrijgen van het bestaan van een testament en een contractuele erfstelling door een opzoeking te laten uitvoeren in het Centraal Register van Testamenten (hierna: “CRT”). Eigenhandige testamenten worden evenwel alleen opgenomen in het CRT indien zij tijdens het leven van de erflater in bewaring gegeven zijn bij de notaris en de erflater hier uitdrukkelijk tot verzocht heeft.

Om de opzoeking in het CRT te laten uitvoeren zal u de overlijdensakte of enig andere document dat het overlijden bewijst (bijvoorbeeld een doktersattest dat het overlijden vaststelt, een vonnis van “afwezigheid”, een opzoeking in het Rijksregister, …) moeten voorleggen. Er zijn drie manieren om het CRT te raadplegen:


  • u kan een notaris contacteren die de opzoeking in het CRT zal uitvoeren;
  • u kan een aanvraag tot opzoeking naar de Steundienst Databanken van de Federatie van het notariaat (hierna: “FED NOT”) versturen;
  • u kan zich naar de FED NOT begeven, waarna een medewerker van de Steundienst Databanken u verder zal helpen.


Indien er bij de aangifte van nalatenschap verschillende testamenten of contractuele erfstellingen opgesteld zijn, dan zal er rekening gehouden worden met alle wilsbeschikkingen voor zover zij niet onverenigbaar zijn met de inhoud van latere wilsbeschikkingen. In de praktijk zal de overledene er vaak voor zorgen dat vorige wilsbeschikkingen volledig of gedeeltelijk herroepen worden om discussie tussen de erfgenamen te vermijden.


Indien er na de aangifte van nalatenschap een nieuw testament opduikt waardoor er een verandering in de devolutie van de erfenis ontstaat, moet er een nieuwe of een bijvoeglijke aangifte worden ingediend door de erfgenamen, de algemene legatarissen en begiftigden.(1)


Erfovereenkomsten

Daarnaast moet u eveneens het bestaan van erfovereenkomsten vermelden en een kopie toevoegen aan de aangifte van nalatenschap. Maar wat is nu een erfovereenkomst?


Erfovereenkomsten zijn contracten over een niet-opengevallen nalatenschap. Het Belgisch erfrecht kent een principieel verbod op erfovereenkomsten, met uitzondering van twee soorten toegelaten erfovereenkomsten: de punctuele (waarvan reeds enkele bestonden onder het oude erfrecht) en de globale erfovereenkomst.


Een globale erfovereenkomst is een overeenkomst waarbij één of beide ouders met al hun kinderen afspraken maken omtrent de reeds uitgevoerde giften in hun toekomstige nalatenschap. Hierbij wordt een subjectief evenwicht nagestreefd. Het sluiten van een globale erfovereenkomst zorgt voor een definitieve regeling: bij overlijden kan er immers noch een vordering tot inbreng of inkorting worden ingesteld met betrekking tot de schenkingen vermeld in de erfovereenkomst, noch een vordering tot benadeling.

Doorheen het Burgerlijk Wetboek worden enkele punctuele erfovereenkomsten toegelaten, zoals:


  • De valkeniersclausule. Hiervoor moet u het huwelijkscontract van de overledene nagaan. Een valkeniersclausule kan enkel worden opgenomen indien één van de echtgenoten reeds kinderen heeft uit een vorige relatie. Middels een valkeniersclausule kunnen echtgenoten afspraken maken over hun erfrechtelijke aanspraken in elkaars nalatenschap. Dit is een clausule die de erfrechten van de kinderen uit een eerdere relatie kunnen waarborgen.
  • Een erfrechtelijk beding in de regelingsakte voorafgaand aan een echtscheiding door onderlinge toestemming. In de overeenkomst voorafgaand aan hun echtscheiding door onderlinge toestemming moeten de echtgenoten tevens vaststellen wat zij zijn overeengekomen met betrekking tot hun wederzijdse erf- en reserveaanspraken wanneer een van hen zou overlijden tijdens de echtscheidingsprocedure (vóór het vonnis of het arrest waarbij de echtscheiding definitief wordt uitgesproken).
  • De inbreng met generatiesprong. Indien de overledene bij leven in de schenkingsakte of bij latere overeenkomst de verbintenis heeft aangegaan om een schenking van (één van) zijn ouder(s) aan zijn kind op zijn eigen erfdeel aan te rekenen in de nalatenschap van zijn ouders. De ouder die met de generatiesprong instemde zal de schenking door de grootouder aan het begiftigde kleinkind zelf inbrengen in de nalatenschap van de ouder. Het (klein)kind dat de schenking kreeg zal de schenking in de nalatenschap van zijn eigen ouder moeten inbrengen.
  • De aanvaarding van de intrinsieke waarde van de schenking door andere erfgenamen. De intrinsieke waarde tussen de schenker en de begiftigde wordt automatisch vastgelegd en door hen aanvaard in de schenkingsakte, dan wel op het ogenblik van het sluiten van een ander document dat tot bewijs van de schenking dient. De waarde die in die akte vermeld staat of die in dat document uitgedrukt is, geldt bovendien voor iedere erfgenaam die deze waarde aanvaard heeft in de schenkingsakte of bij een latere overeenkomst gesloten met de schenker en de begiftigde. Dergelijke overeenkomst is eveneens een punctuele erfovereenkomst.
  • De aanvaarding door de andere erfgenamen dat een schenking waarbij de begiftigde niet onmiddellijk over de volle eigendom beschikt, wordt gewaardeerd ten tijde van de schenking (met indexatie aan de index der consumptieprijzen) in plaats van een waardering op het tijdstip van bekomen meesterschap.
  • De afstand door een reservataire erfgenaam van zijn recht om de inkorting te vorderen van een schenking.
  • De afstand door een reservataire erfgenaam om zijn recht om de inkorting te vorderen uit te oefenen tegen een derde-verkrijger die het geschonken goed ten kosteloze titel heeft verkregen van de begiftigde na toestemming van deze erfgenaam.
  • De wijziging van de kwalificatie van de schenking. De schenking die oorspronkelijk voor inbreng vatbaar is, kan later van inbreng worden vrijgesteld, door een overeenkomst die tussen de schenker en de begiftigde wordt gesloten. De schenking die oorspronkelijk met vrijstelling van inbreng is gedaan, kan later aan inbreng worden onderworpen, door een overeenkomst die tussen de schenker en de begiftigde wordt gesloten.
  • De eenzijdige verzaking door de echtgenoot/wettelijk samenwonende partner aan het wettelijk toegekend opvolgend vruchtgebruik. Ingevolge de hervorming van het erfrecht verkrijgt de langstlevende echtgenoot automatisch het wettelijk toegekend opvolgend vruchtgebruik op de goederen die zijn of haar echtgeno(o)t(e) tijdens het huwelijk met voorbehoud van vruchtgebruik geschonken heeft en het vruchtgebruik nog aanwezig is bij het overlijden van de schenkende echtgenoot. De langstlevende echtgenoot kan hier echter van verzaken door het sluiten van een punctuele erfovereenkomst.


U kan kennis verkrijgen van het bestaan van een erfovereenkomst door een opzoeking te laten uitvoeren in het CRT. Echter, niet elke erfovereenkomst is onderworpen aan de registratieplicht in het CRT. Steeds moet u waakzaam blijven voor erfovereenkomsten die niet in het CRT opgenomen zijn, zoals bijvoorbeeld een punctuele erfovereenkomst betreffende de wijziging van de kwalificatie van de schenking.


Volgende keer in de reeks “aangifte van nalatenschap”: Het volgende belangrijke onderdeel van de aangifte van nalatenschap bestaat uit de opsomming van het vermogen van de erflater. In het volgende artikel van deze reeks zullen wij dit nader voor u toelichten.

De andere artikels in deze reeks:
Artikel 1: Wegwijs in de aangifte van nalatenschap
Artikel 2: Het invullen van de identiteitsgegevens op een aangifteformulier van nalatenschap


Wenst u op de hoogte te blijven? Volg Cazimir op LinkedIn!

(1)De termijn voor de nieuwe of bijvoeglijke aangifte is in principe dezelfde als de termijn waarbinnen de oorspronkelijke aangifte van nalatenschap moet worden ingediend (vier, vijf of zes maanden). Deze termijn vangt echter aan vanaf de gebeurtenis die aanleiding geeft tot het indienen van een bijvoeglijke aangifte (zijnde: het opduiken van het nieuwe testament).


Bron: Cazimir

Mots clés

Articles recommandés

Pas op voor erfenisfraude: berichten over onverwachte erfenissen doen weer de ronde

18% meer schenkingen in de eerste negen maanden van 2024! Fiscaliteit, de trefwoord ?

Trust in de Bahama’s: wat met de successierechten bij een uitkering?