België wordt opnieuw het op een na meest belaste land in Europa in 2022 volgens Eurostat

Volgens gegevens gepubliceerd door Eurostat, het statistisch bureau van de Europese Unie, staat België op de tweede plaats als het gaat om belastingen en sociale bijdragen als percentage van het bruto binnenlands product (BBP) in 2022.

Met een verplichte belastingdruk van 46,9% wordt België alleen overtroffen door Frankrijk, dat een belastingdruk van 47% heeft. De Europese gemiddelde belastingdruk bedraagt 39,5%.


Wat is de verplichte belastingdruk?

De verplichte belastingdruk meet het aandeel van fiscale en sociale inkomsten in het BBP. Dit omvat directe belastingen (inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, vermogensbelasting), indirecte belastingen (consumptiebelasting, productiebelasting, invoerbelasting) en sociale bijdragen (betaald door werkgevers, werknemers en zelfstandige ondernemers).

De verplichte belastingdruk weerspiegelt het niveau van fiscale en sociale druk op de economie van een land. Het geeft ook een indicatie van de omvang van de overheidsuitgaven en sociale overdrachten die door deze inkomsten worden gefinancierd.

Wat is de evolutie en de trend van de verplichte belastingdruk in België?

De verplichte belastingdruk in België is licht gestegen tussen 2021 en 2022, van 46,7% naar 46,9%. Dit is de derde opeenvolgende stijging sinds 2019, toen het op zijn laagste niveau was sinds 2008 (44,8%).

België ligt dus duidelijk boven het Europese gemiddelde, dat tussen 2021 en 2022 met 0,4 punt is gedaald. Van de 27 EU-lidstaten hebben slechts vijf een tarief hoger dan 45%: Frankrijk (47%), België (46,9%), Italië (45,8%), Oostenrijk (45,3%) en Denemarken (45%).

België heeft ook een positie verloren in de Europese ranglijst, van de derde naar de tweede plaats. Het is ingehaald door Frankrijk, dat na in 2021 door Oostenrijk te zijn ingehaald, weer aan de leiding staat. Oostenrijk heeft in 2022 een aanzienlijke daling van zijn verplichte belastingdruk doorgemaakt, dankzij een belastinghervorming die de inkomstenbelasting heeft verlaagd.

Is dit slecht nieuws voor België?

Een hoge verplichte belastingdruk is op zichzelf niet per se slecht nieuws. Het kan een collectieve keuze weerspiegelen om kwalitatief hoogwaardige openbare diensten en een genereuze sociale bescherming te financieren. Het kan ook gerechtvaardigd zijn door uitzonderlijke behoeften als gevolg van een crisis, zoals de Covid-19-pandemie of de energiecrisis.

Echter, een hoge verplichte belastingdruk kan ook negatieve effecten hebben op de economie en de samenleving. Het kan arbeid, investeringen en innovatie ontmoedigen. Het kan het koopkracht van huishoudens en de concurrentiepositie van bedrijven verminderen. Het kan ongelijkheden en verstoringen tussen verschillende economische actoren creëren. Het kan ten slotte de duurzaamheid van de overheidsfinanciën op lange termijn in gevaar brengen.

Om te beoordelen of de verplichte belastingdruk te hoog is of niet, moeten dus verschillende criteria in overweging worden genomen: de doeltreffendheid en billijkheid van het fiscale en sociale stelsel, de kwaliteit en nut van overheids- en sociale uitgaven, het niveau van de overheidsschuld en het potentieel voor economische groei.

Waarom is België opnieuw op de tweede plaats beland en heeft het zijn prestaties verslechterd?

Er zijn verschillende factoren die kunnen verklaren waarom België opnieuw op de tweede plaats staat en zijn prestaties op het gebied van verplichte belastingen heeft verslechterd.

Enerzijds is België zwaar getroffen door de gezondheids- en economische crisis als gevolg van Covid-19, wat heeft geleid tot een daling van het BBP en een toename van de overheidsuitgaven en sociale uitgaven. Om deze situatie het hoofd te bieden, heeft de regering ondersteuningsmaatregelen ingevoerd voor de zwaarst getroffen sectoren, zoals tijdelijke werkloosheid, overbruggingsrecht voor zelfstandigen of premies voor zelfstandigen. Deze maatregelen hebben invloed gehad op de fiscale en sociale inkomsten, die in 2020 met 2,4% zijn gedaald ten opzichte van 2019.

Anderzijds heeft België sinds de belastingverschuiving van 2015-2016 geen ingrijpende fiscale hervorming meer doorgevoerd, waarbij de socialezekerheidsbijdragen van werkgevers werden verlaagd en het belastingvrije inkomen werd verhoogd. Sindsdien is de verplichte belastingdruk relatief stabiel gebleven, terwijl andere landen hun belastingen of sociale bijdragen hebben verlaagd. Zo heeft Oostenrijk zijn inkomstenbelasting in 2022 met 5 miljard euro verlaagd, waardoor het van de eerste naar de derde plaats in de Europese ranglijst is gegaan.

Zou de geplande fiscale hervorming het tij hebben kunnen keren?

Net als Oostenrijk, dat zijn ratio verbetert, heeft België natuurlijk ook de controle over zijn eigen lot. Met het project voor fiscale hervorming van minister Van Pethegem had het duidelijk een hefboom die nu voor "enige tijd" verdwijnt.

Het is echter nuttig op te merken dat de hervorming budgettair neutraal was, wat betekent dat zelfs als ze was doorgevoerd, het waarschijnlijk is dat haar impact het Belgische klassement niet noodzakelijk had verbeterd.

Gezien de werkloosheidssituatie zal de toekomstige regering waarschijnlijk niet kunnen ontsnappen aan een hervorming die de druk op arbeid aanpast, zowel fiscaal als sociaal. De uitdaging is groot en de intra-Europese en internationale concurrentie drukt op onze economie, nog los van het aanhoudende loonhandicap dat in 2024 nog steeds een realiteit is.

België wordt in 2022 opnieuw tweede in Europa als het gaat om belastingen en sociale bijdragen als percentage van het bruto binnenlands product, volgens Eurostat. Deze uitkomst kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd, afhankelijk van of men de nadruk legt op solidariteit of concurrentiekracht, stabiliteit of hervorming, korte termijn of lange termijn. Het falen van het fiscale hervormingsproject vergroot waarschijnlijk de duurzaamheid van deze situatie. Hoe dan ook, het roept ook de zorgwekkende vraag op van de juiste balans tussen inkomsten en publieke en sociale uitgaven, evenals hun doeltreffendheid en billijkheid, een kwestie die regelmatig wordt bekritiseerd door internationale instanties.

Mots clés