België staat op het punt om een algemene belasting op meerwaarden op financiële activa in te voeren, wat een belangrijke wending betekent voor investeerders, zowel Belgische als buitenlandse, natuurlijke personen als beleggingsstructuren.
Hoewel het wetsontwerp nog in beraad is binnen de regering en mogelijk nog kan evolueren, biedt de huidige versie al een duidelijk beeld van de beoogde fiscale architectuur.
• Forfaitair tarief van 10 % op meerwaarden boven 10.000 euro voor niet-significante participaties.
• Progressief tarief voor significante participaties (minstens 20 %) :
• Uitzonderingen voorzien voor langetermijnparticipaties (langer dan 10 jaar in bezit), pensioenvoertuigen en investeringen in start-ups.
• Exit tax voor belastingplichtigen die hun fiscale woonplaats naar het buitenland verplaatsen, met een step-up voor investeerders die naar België komen (om dubbele belasting te vermijden).
• Waardering van niet-beursgenoteerde effecten via :
• Geplande inwerkingtreding : 1 januari 2026.
• Geen retroactieve belasting op historische meerwaarden.
Deze hervorming zal een structurerende impact hebben op transacties inzake overdracht, investering en patrimoniale reorganisatie.
Ze zal met name van invloed zijn op:
Zelfs met 10 %, zou het Belgische regime concurrerend of vergelijkbaar blijven met die van vele andere rechtsgebieden :
Land | Effectief tarief op meerwaarden |
Frankrijk | 30 % (zelfs 34 % voor hoge inkomens) |
Duitsland | 25 % + 5,5 % solidariteitsbijdrage |
Nederland | 24,5 %, 31 % of 36 % afhankelijk van het geval |
Verenigd Koninkrijk | 18 % of 24 % |
Verenigde Staten | 15 tot 20 % |
Zwitserland | 0 % in vele kantons |
Anticipatie is de beste bondgenoot van een efficiënt fiscaal beleid.