We hebben met Jürgen Ingels afgesproken in zijn prachtig kantoor in Sint-Katelijne-Waver. Twintig jaar geleden richtte hij Clear2Pay op, dat uitgroeide tot een wereldspeler op gebied van betalingsbeveiligingssoftware. Ternauwernood overleefde het bedrijf de financiële crisis van 2008. Uiteindelijk verkocht de Fintechpionier in 2014 het bedrijf voor 375 miljoen aan het Amerikaanse FIS.
Na de verkoop van Clear2Pay zette hij Smartfin op. Smartfin investeert in Europese technologische groeibedrijven. De laatste jaren wordt er ook veel geïnvesteerd in technologie voor accountantskantoren. Bedrijven als Silverfin, Toco, Unified Post, Cumul.io en Bright Analytics doen zeker een belletje rinkelen. Volgens Jürgen Ingels zijn er in de accountancysector nog heel veel opportuniteiten. Plots lijken heel wat partijen geïnteresseerd in deze sector. Dit heeft er onder andere voor gezorgd dat de digitaliseringsgolf recent aan een serieuze opmars bezig is. De toekomst lijkt verzekerd, voor wie zich aanpast.
“Mijn vader was arbeider. Hij had nooit de kans gekregen om verder te studeren. Mijn broer en ik moesten wel alle kansen krijgen. Hij las heel veel boeken over filosofie, psychologie en economie. Door zijn kennis leerde ik kritischer naar de wereld te kijken. Het is niet zo evident om verder te studeren als kind van een arbeider. In België is het trouwens heel moeilijk om van sociale klasse te veranderen. Gelijke kansen voor iedereen zegt men, maar dat is in werkelijkheid niet zo. Sommige ouders kunnen hun kinderen niet helpen met hun huiswerk. Kinderen uit achtergestelde gezinnen vinden soms moeilijker een interessante job, omdat hun sociaal netwerk beperkter is. Het is zo’n beetje als aan de start staan van de 400 meter lopen maar dan met 100 meter achterstand. Je moet al een hele straffe loper zijn om de anderen bij te benen.”
“Overdreven zelfs. Starters worden teveel gepamperd met al die initiatieven van de overheid. Een onderneming starten is gevechtssport. Je moet als eerste een tik kunnen uitdelen. Je hebt ondernemers die écht gepassioneerd zijn en die komen er wel. Je hebt ook een categorie waarbij ondernemer zijn mooi op een cv oogt. Tof zo’n incubatie-omgeving, waar iedereen met iedereen een koffietje drinkt en schouderklopjes uitdeelt, maar dat is niet de echte wereld. Er wordt teveel geld gestoken in ondernemingen die geen bestaansreden hebben.”
“Op dat moment zijn er onvoldoende middelen voor die bedrijven die echt kunnen doorbreken. Een internationaal bedrijf heeft al gauw vijftien miljoen euro kapitaal nodig en dat is moeilijk te vinden in België. De echt goeie bedrijven gaan dan in het buitenland geld ophalen. Enkel op papier is het dan nog een Belgisch bedrijf. We geven kleine plantjes wat water en als ze dan doorgroeien tot een boom verplanten we ze. Zonde.”
“Ondernemen is geen democratisch systeem. Op honderd bedrijven breken er misschien maar twee echt internationaal door. In plaats van aan 100 iets te geven zou je beter aan 10 iets geven en dan voluit die 2 ondersteunen. Die algemene bemesting werkte vroeger, omdat je dan meer rond de kerktoren bezig was. Je had hooguit een concurrent in Frankrijk en Nederland en dat was het. Vandaag concurreer je met de rest van de wereld. 80% goed zijn is niet meer genoeg, je moet 110% zijn.”
“Grote bedrijven misbruiken de crisis om eens met hun bezem door hun bedrijf te gaan. Eerst wordt er gesnoeid in de kosten en daarna sneuvelen de innovatieve projecten, die vaak opgezet werden met een start-up. Die jonge bedrijven, die daar afhankelijk van zijn, krijgen dan ook geen inkomsten meer. Zonder buffer is het moeilijk om te overleven.”
“Had de crisis twee maanden langer geduurd, dan waren wij failliet geweest. Wat ook aantoont dat wij geen slechtere of betere ondernemers waren geweest. Succes is minstens 40% geluk.”
“Niet echt. Tussen maart en juni hebben we onze bestaande portefeuille van bedrijven geëvalueerd. Bij bepaalde bedrijven hebben we in de kosten gesneden, zodat ze langer verder konden werken zonder extra middelen. Bij andere bedrijven werd er net meer geïnvesteerd. Elke crisis heeft ook zijn opportuniteiten. Als je dan gas durft geven, ga je echt vooruit. Vergelijk het met Ayrton Senna die gemakkelijk zes auto’s kon voorbij steken bij slecht weer. Iets wat voor hem moeilijker was bij goed weer. Het kan een ideaal moment zijn om kapitaal bij te steken. Met dat kapitaal ga je in andere landen goedkoop bedrijven kunnen overnemen om dan na de crisis als een groter bedrijf te herrijzen. Eigenlijk zou je als overheid in deze periode ook moeten durven investeren. De meeste succesvolle investeerders zijn diegenen die tegendraads zijn.”
“Het is een must. Eigenlijk evolueer je van boekhouder naar datahouder. Hij gaat data bijhouden van bedrijven en met die data inzichten geven aan de CEO van dat bedrijf. Die informatie helpt de ondernemer om betere beslissingen te kunnen nemen. Als accountant moet je uiteraard je expertise van de boekhoudkundige regels hebben, maar je moet ook interessante analyses kunnen maken. Moet je daarvoor ondernemer zijn, neen. Je moet wel de technische kennis hebben om data samen te brengen, maar dat kan je leren. Je moet de drivers kunnen ontdekken in het bedrijf. Vanuit dat inzicht moet je een model bouwen. Met het juiste model kan je begrijpen waar een bedrijf doorheen gaat en de behoeftes betrouwbaarder voorspellen. Als ik dat doe, wat gebeurt er dan? Je moet de impact van een beslissing kunnen vertalen in financiële cijfers. Dat is de definitie van de accountant van morgen.”
“Ik denk dat je in de toekomst meer gespecialiseerde boekhouders gaat krijgen. Zo zal bijvoorbeeld een consultingbedrijf willen weten hoeveel mandagen het moet verkopen om zijn overheadkosten te kunnen dekken. Wat gebeurt er met mijn EBITDA als ik mijn fees 5% laat stijgen met evenveel mensen? Dat soort modellen ga je dan maken in functie van het soort bedrijf. In het consultingbedrijf ziet dat model er anders uit dan bijvoorbeeld bij een productie-, transport- of een SaaS-bedrijf. Per soort van bedrijven ga je meer een gespecialiseerde accountant of CFO krijgen. Het is van belang dat je als accountant ook een goede kennis van de sector hebt. Zo kan je meer toegevoegde waarde leveren. Het is zeker een voordeel als je dergelijke modellen opzet in gelijkaardige bedrijven. Dat zorgt voor een enorme tijdswinst, voor jezelf en de klant. Boekhouders blijven nog teveel zitten in het vertrouwde boekhouden. Ze leveren alles perfect af wat noodzakelijk is, maar de diepere analyse ontbreekt. De toekomstige succesvolle bedrijven zijn diegene die er in slagen tijd te reduceren ”
Waar klopt de ondernemer vandaag dan aan voor dit soort analyses?
“De meeste bedrijven doen dat niet. Ik sta daar versteld van. Er zijn zelfs grote bedrijven die geen inzicht hebben op de rentabiliteit per productlijn. Je spendeert bijvoorbeeld 30% van je R&D aan een product dat niets opbrengt, gewoon omdat je dat niet weet. Omdat je de analyse niet maakt. Vanuit financeperspectief ligt hier een enorme grote toegevoegde waarde dat een accountant kan leveren aan een bedrijf. In tegenstelling tot Amerika of Azië staat men in Europa nog niet ver op vlak van analytische boekhouding.”
“Ik vind dat een bankier een bankier moet blijven en niet bijkomend de rol van boekhouder moet spelen. De banken zijn ook op zoek naar nieuwe verdienmodellen en proberen zo een stukje van de accountancymarkt in te palmen. Of ze daarin gaan slagen? Misschien. Als ondernemer heb ik bij een controle liever dat mijn boekhouder en niet mijn bankier met de fiscus gaat praten. Het gaat vooral over de data. De bank wil inzage in de boekhouding om bepaalde diensten of producten te kunnen verkopen. Stel dat de bank, op basis van mijn cijfers, een lening gaat voorstellen, wil ik dat dan? Volgens mij zijn accountants toch beter geplaatst om die strijd te winnen, omwille van hun vakkennis. Zo is een bankier geen IFRS-specialist. Een accountant kan wel uitgroeien tot een IFRS-specialist. Specialisatie in een deelgebied gaat almaar belangrijker worden omdat de regelgeving steeds complexer wordt.”
“Ik denk van niet. Grote techbedrijven gaan hoogstwaarschijnlijk technologie bouwen die het leven van die accountant gemakkelijker gaat maken. Zo zal artificiële intelligentie zeker doorbreken in de accountancysector, maar dan heb je nog altijd iemand nodig om alle aanbevelingen met het nodige gezond boerenverstand te bekijken. In the end zal het beroep van boekhouder, zoals dat vandaag bestaat, verdwijnen. Het woord boekhouder dekt de lading niet meer. Boekhouder wordt eigenlijk datahouder. De datahouder, kan zowel intern als extern zijn, werkt voor jouw bedrijf en die is verantwoordelijk voor alle (vertrouwelijke) data, zowel financiële data, operationele data als HR-data. Het wordt pas helemaal interessant als de software kan zeggen bij welke leverancier je voordeliger je goederen aankoopt zonder aan kwaliteit in te boeten. Dat kan dan mogelijk bij een bedrijfje aan de andere kant van de wereld zijn. Als accountant verzamel je offertes en prijzen. De boekhouding gaat op termijn een systeem worden, met de hulp van AI, om continu je kostenposten te verbeteren. Je werkt echt fundamenteel mee aan de business van je klant.”
“Puur op papier ziet dat er goed uit. Als je de bank toelating geeft dan moeten die hun data delen met een derde partij. Als je ziet hoeveel miserie technologiebedrijven als Cake en Toco ondervinden om de connectie te leggen, dan is er nog een hele weg af te leggen. De banken zijn er gewoon niet klaar voor. Het gebruik van PSD2 en boekhouders lijkt me nog moeilijker.”
“Accounting is heel moeilijke wereld. Heel veel regeltjes die regelmatig veranderen. Wanneer een technologiebedrijf software wil bouwen, gaan ze eerst op zoek naar opportuniteiten. Waarmee kan ik met de minste inspanningen het meeste geld verdienen? En dat is niet de accountingwereld. Waarom gaat dat daar zo traag? Omdat de rest eerst moet gebeuren. We staan nu op een punt dat er op vlak van digitalisatie al heel wat vernieuwd is in andere sectoren, bijvoorbeeld in de retail- en reissector. Accounting komt nu in de spotlights. De voorbije jaren groeide de belangstelling van technologiebedrijven in de accountantssector. Dat is ook andere bedrijfjes niet ontgaan. Vandaar dat er in België alleen al gemakkelijk twintig bedrijven zijn die volop investeren in die markt. Dat heeft ervoor gezorgd dat de digitale versnelling echt ingezet is. Wij bekijken dat lineair: A, B, C, D en de volledige digitalisering is X. Dus we hebben nog tijd. Eigenlijk is het zo niet, het gaat van A naar K, en van K naar X. Het is niet meer lineair, maar exponentieel. Als accountant denk je bij D nog tijd genoeg te hebben. Je schiet bij F in gang met de instelling dat de volgende stap G is. Maar die volgende stap is niet G maar X. Daar moet je wel rekening mee houden.”
“Softwaretechnisch zijn er vandaag al heel wat modules beschikbaar. Silverfin is een mooi voorbeeld. Accountants die nog niet met een Silverfinachtig ding werken gaan over 5 jaar echt in de problemen komen. Zeker met een nieuwe generatie ondernemers die alles online en in realtime willen consulteren. Dat wordt een olympisch minimum.”
“Ik zou mijn boekhouder graag meer betalen als ik krijg wat ik allemaal al opgesomd heb: analyses, benchmarks, database met al mijn info van de voorbije 10 jaar. Als dat 2 à 3.000 euro meer zou kosten, dan zou ik dat gerust willen betalen.”
“Voor de individuele boekhouder is dit moeilijk. Hier is volgens mij een rol weggelegd voor het ITAA. Die samenwerking zou van daaruit moeten vertrekken. Zij zouden ook een deal met de banken en dataproviders kunnen sluiten. De leden van het ITAA zouden de juiste mensen moeten aantrekken om in die overkoepelende vereniging te zetelen. Mensen, die voldoende kennis hebben van technologie, API’s, hoe ze deals moeten maken, van datasharing en privacy. Ik weet niet of dat zo is. Het is niet de taak van een accountant om zijn hoofd te breken over hoe de technologie er morgen gaat uitzien om zijn werk te kunnen doen.”
“Dat is change. Het probleem is dat technologie sneller en sneller gaat. Veel hangt af van je ingesteldheid. Sommige mensen zoeken graag nieuwe dingen uit. Technologische evoluties gingen zo traag vooruit, dat je brein tijd genoeg had om zich gemakkelijk aan te passen. Als je nu als boekhouder niet constant bijblijft, word je voorbij gestoken. Ik was bijvoorbeeld goed in Excel. Ik werd de Schumacher van de Excel genoemd. Een jaar of drie geleden keek een jonge gast mij vreemd aan toe hij zag hoe ik een Excel spreadsheet in elkaar aan het steken was. Twee uur werk. Door gebruik te maken van open source-macro’s klaarde hij de klus in tien minuten. Dan realiseer je dat je niet slechter geworden bent, maar minder efficiënt, omdat je met die dingen niet mee bent. Wat heel normaal is, als je een boekhoudkantoor met 10 man personeel moet runnen. Je elke dag moet opboksen tegen al die vervelende deadlines. Dan blijft er weinig tijd over om je te verdiepen in al die nieuwe technologieën. Hoeveel accountants zijn steeds op zoek naar de nieuwste ontwikkelingen op gebied van accounting? Heel weinig. Maak je meest tech-savvy medewerker verantwoordelijk voor innovatie en maak er zelf een KPI van.”
“Start-ups en Scale-ups hebben altijd 200 dezelfde vragen, vragen zoals: ‘Ik moet een secretaresse hebben, hoeveel moet ik die betalen?’ Je moet een databank voor alle accountants ter beschikking stellen, waar zij dat allemaal kunnen terugvinden. Of ze zoeken advies over een ERP-systeem. Door gebruik te maken van die databank zie je dat 80% van de bedrijven hebben gekozen voor hetzelfde bepaald pakket. Die informatie aan je klant geven, is goud waard. Ook hier zie ik voor het beroepsinstituut een belangrijke rol weggelegd. Je accountant kan ervoor zorgen dat je tijd wint en zelf efficiënter wordt.”
“Omdat ik heel hard geloof in de accountancysector. Het is een beetje vergelijkbaar met waarom ik met Clear2Pay gestart ben. Toen vroeg men zich ook af wat ik in de bankensector ging zoeken. Ik zou die gebetonneerde sector toch niet kunnen veranderen. Vijf à zes jaar geleden zijn we ook in de accountantssector beginnen investeren. Ook toen zei men dat er geen value in zit. Het Belgisch-Nederlandse investeringsfonds Waterland investeert in het boekhoud- en adviesbureau Moore Belgium. Die hebben dat niet gedaan omdat ze een accountantskantoor wilden overnemen. Nee, ze zien nog heel wat groeimogelijkheden in de accountantssector.”
“Die pakken dat anders aan. Ze beschikken over heel veel kapitaal en die kopen iets op wanneer het goed is. Wij hebben niet zo’n grote zak geld en gaan om die reden zelf bedrijven helpen opstarten én helpen groeien. Als je kijkt naar Silverfin, dan mogen we best trots zijn.”
“Unified Post is vandaag het grootste bedrijf in onze portefeuille. Silverfin is ook van een redelijke taille en Bright analytics begint ook goed te groeien. De ambitie is om van deze spelers grote Europese of zelfs global companies te maken.”
“Vanop afstand lijkt het dat die met elkaar concurreren, maar eigenlijk is dat niet zo. Ze liggen in mekaars verlengde. Toco is meer de Facebook voor de ondernemer. Unified Post, daarentegen, is iets meer de onderliggende technologieleider, die de conversie van de factuur doet en die ook de link naar de betaling maakt. Verder richten zij zich meer op bepaalde ecosystemen en communities. Ik denk bijvoorbeeld aan de landbouw. Toco richt zich meer puur op de samenwerking tussen de ondernemer en zijn accountant.”
Quantumcomputers zijn nog niet stabiel, maar ze komen eraan. Nog tien, hooguit vijftien jaar. Een computer, zoals we die vandaag kennen, gaat in een bibliotheek van 100.000 boeken stap voor stap op zoek naar een passage in een boek. Hij begint bij boek één, dan boek twee, totdat hij het vindt. Een quantumcomputer zoekt simultaan tussen alle 100.000 tegelijk. Verbanden kunnen razendsnel gelegd worden. Bedenk eens wat dat allemaal zou kunnen betekenen op vlak van accountancy.”
“In maart 2018 zat ik met twee vrienden op café, toen dit waanzinnig idee in ons opkwam. Enkele Duvels later zeiden we onder mekaar dat we dat gewoon gingen doen. Zes maanden later was het zover, de eerste editie van SuperNova. De tweede editie was voorzien voor 2020, maar door de uitbraak van COVID-19 moesten we SuperNova verplaatsen naar het najaar van 2021. Ook dat tijdstip is onzeker, omdat je nu niet kunt voorspellen of je überhaupt een evenement voor 30.000 mensen zal mogen organiseren. Zo’n organisatie kost 5 miljoen euro. Heel veel zaken zou je nu al moeten vastleggen en dus al kosten moeten maken. Om zeker te spelen zullen we moeten wachten tot het najaar van 2022.”
“We hebben heel veel positieve feedback gekregen van de techbedrijven die er de eerste keer bij waren. De volgende keer zullen ook grote Amerikaanse en Aziatische techspelers meedoen. Dit is echter mijn core business niet. Ik ben geen eventorganisator, maar de toegevoegde waarde voor het land is echt heel groot. De politiek beseft dat niet altijd. Eigenlijk is dat erg dat dit een privé-initiatief is. De overheid zou hier strategisch in moeten investeren. We zorgen ervoor dat alle Belgische kennisinstellingen en internationale techbedrijven aanwezig zijn. Het evenement inspireert jongeren misschien om later ook iets met technologie te gaan doen. Bij de vorige editie hebben we 400.000 euro moeten toestoppen. Voor een eerste editie valt dat best mee. Als je ziet waar de overheid allemaal subsidies instopt, dan begrijp ik niet dat ze hier geen prioriteit aan geven en volop mee op de kar springen. Maar daarom zijn politiekers geen ondernemers en ondernemers gelukkig geen politiekers.”