Circulaire 2020/C/156 betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot de Overeenkomst van 20 mei 1987

De Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen publiceerde op 23/12/2020 de Circulaire 2020/C/156 betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot de Overeenkomst van 20 mei 1987.

Inhoudstabel

Circulaire 2020/C/156 betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer en de Overeenkomst van 20 mei 1987 inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer

1. Datum van toetreding tot het gemeenschappelijk douanevervoer

2. Vermelding van het kantoor van doorgang in vak 51 van de aangiften douanevervoer

3. Plaatsing van Uniegoederen onder de regeling extern Uniedouanevervoer

4. Aanpassing van de akten van borgtocht (bijlagen 32-01, 32-02 en 32-03) van de Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24/11/2015 (DWU IA).

5. Papieren certificaten van doorlopende zekerheid TC 31 en ontheffing van zekerheidstelling TC 33

6. Bijwerking van de applicatie “GMS” en aanpassing van de gegevens

7. Gevolgen van de toetreding tot de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer van 20 mei 1987.

8. Oriëntatienota van de Europese Commissie

BIJLAGE: Model van aanvullende akte van borgtocht inzake Unie/gemeenschappelijk douanevervoer (Bijlagen 32-01, 32-02 en 32-03 DWU IA)


1. Datum van toetreding tot het gemeenschappelijk douanevervoer

§1. De gemengde Commissie EU-CTC inzake gemeenschappelijk douanevervoer en het Gemengd Comité EU-CTC inzake de vereenvoudiging van formaliteiten in het goederenverkeer hebben op 4 december 2018 te Brussel de beslissing genomen het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (hierna “Verenigd Koninkrijk” genoemd) uit te nodigen om toe te treden:

● tot de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (Common Transit Convention, hierna “CTC” genoemd) en

● tot de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende de vereenvoudiging van formaliteiten in het goederenverkeer.

§2. Het Verenigd Koninkrijk heeft de akte voor toetreding tot deze overeenkomsten op 30 januari 2019 neergelegd bij het Secretariaat Generaal van de Raad van de Europese Unie.
Daaruit volgt dat:
A. Het Verenigd Koninkrijk een overeenkomstsluitende partij tot de voornoemde overeenkomsten wordt, overeenkomstig artikel 15bis, punt 2, van de CTC en artikel 11bis, punt 2, van de Overeenkomst vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer.
B. Overeenkomstig de bepalingen van deze overeenkomsten, zou de toetreding in werking treden op de eerste dag van de tweede maand volgend op de neerlegging van de aktes. Op 1 maart 2019 was het Verenigd Koninkrijk echter nog steeds een lidstaat van de Europese Unie (hierna “EU” genoemd). De EU is een overeenkomstsluitende partij van beide overeenkomsten.
C. Omwille van die reden, overeenkomstig de beslissingen van de Gemengde Commissie en het Gemengd Comité van 4 december 2018, zal de toetreding tot beide overeenkomsten slechts in werking treden:

- vanaf het ogenblik dat de overeenkomsten niet meer van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk als lidstaat van de EU of,

- vanaf het ogenblik dat de eventuele overgangsmodaliteiten tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk die bepalen dat de overeenkomsten van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk, niet meer van kracht zijn.

D. Het Verenigd Koninkrijk dat de EU heeft verlaten op 31 januari 2020 is voortaan een derde land en neemt bijgevolg niet meer deel aan de beslissingsprocedure van de EU. Het terugtrekkingsakkoord van het Verenigd Koninkrijk uit de EU bepaalt een overgangsperiode die afloopt op 31 december 2020. Dit terugtrekkingsakkoord bevat een protocol over Ierland en Noord-Ierland dat van toepassing zal zijn vanaf het einde van de overgangsperiode.[1]
E. Bijgevolg zal de CTC in het Verenigd Koninkrijk in werking treden op datum van 1 januari 2021, met uitzondering van het grondgebied van Noord-Ierland, waar het Uniedouanevervoer van toepassing zal blijven na 1 januari 2021.

§3. De aandacht wordt evenwel gevestigd op de hierna volgende bepalingen.


2. Vermelding van het kantoor van doorgang in vak 51 van de aangiften douanevervoer

§4. Overeenkomstig aanhangsel CI van bijlage 9 van de Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 van de Commissie van 17/12/2015 (DWU TDA), is het verplicht om de gegevensvereisten te vermelden in vak 51 van de aangifte douanevervoer wanneer een zending met zich meebrengt dat gebruik wordt gemaakt van het grondgebied van verscheidene overeenkomstsluitende partijen (met name het grondgebied van de Europese Unie, van de Republiek IJsland, van het Koninkrijk Noorwegen, van Zwitserland, van Liechtenstein, van de Republiek Turkije, van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en van de Republiek Servië; en vanaf het ogenblik van de inwerking van de toetreding van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, met uitzondering van het grondgebied van Noord-Ierland).

§5. Naar aanleiding van een verrichting van douanevervoer, is het ontbreken van de hoger vernoemde vermelding (of de vermelding van een verkeerd kantoor van doorgang) van aard om vertragingen te veroorzaken op de invoerkantoren van de overeenkomstsluitende partijen (kantoren van doorgang), die moeten beschikken over de gegevens aangaande de betrokken zendingen met het oog op het vervullen van de voorgeschreven douaneformaliteiten.

§6. De lijst met douanekantoren, waaronder de kantoren van doorgang en van bestemming, kan worden geraadpleegd op het volgende internetadres: https://ec.europa.eu/taxation_customs/dds2/col/col_consultation_location.jsp?trafficTypeCode=&Screen=0&Expand=false&Country=&DesLang=&Region=&Lang=fr&SubDomainNameLink=col_search_home.jsp&City=&AllRoles=Y&SubDomainName=Perform+queries+on+COL+information
De rubrieken “TRA - kantoren van doorgang” en “DES – kantoren van bestemming” moeten worden aangeklikt.

§7. Bijgevolg, in geval van aanbieding van een zending bij vertrek in het kader van de normale procedure van douanevervoer naar het Verenigd Koninkrijk, zal de ambtenaar bevoegd voor de behandeling van de zending bijzondere aandacht besteden aan het behoorlijk invullen van vak 51. In het kader van de vereenvoudigde procedure zoals bepaald in artikel 233, punt 4 a) van de Verordening (EU) 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (DWU), zijn de toegelaten afzenders gehouden om de bepalingen van deze circulaire nauwgezet te respecteren.

§8. Indien de operatoren problemen ondervinden tijdens een verrichting van gemeenschappelijk douanevervoer met het Verenigd Koninkrijk, worden zij gevraagd om dit ter kennis te brengen van de lokale Belgische coördinatoren douanevervoer. Indien nodig, zullen deze laatst genoemden de nationale coördinator voor douanevervoer hiervan op de hoogte stellen. Hun contactinformatie kan worden geraadpleegd op de volgende internetsite: https://ec.europa.eu/taxation_customs/business/customs-procedures/what-is-customs-transit/common-union-transit_en


3. Plaatsing van Uniegoederen onder de regeling extern Uniedouanevervoer

§9. De bepalingen betreffende Uniegoederen waarvoor de regeling extern Uniedouanevervoer moet worden gebruikt, zoals omschreven in §2 van artikel 266 DWU en artikel 189 van de Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie van 28/07/2015 (DWU DA), zullen van toepassing zijn vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomsten in het Verenigd Koninkrijk.


4. Aanpassing van de akten van borgtocht (bijlagen 32-01, 32-02 en 32-03) van de Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24/11/2015 (DWU IA).

§10. De borgakten afgeleverd in de Europese Unie, in de landen van de CTC of in het Verenigd Koninkrijk kunnen nog worden gebruikt gedurende een periode van maximum 1 jaar vanaf 1 januari 2021, indien er geografische aanpassingen werden in aangebracht. Vóór het einde van de overgangsperiode moet een nieuwe borgakte, conform het nieuwe model, aan de administratie worden voorgelegd.

§11. Een aangever die vanaf 1 januari 2021 douanevervoer wenst te verrichten met als bestemming het Verenigd Koninkrijk, zal de territoriale geldigheid van zijn akte moeten uitbreiden tot deze staat.

§12. Daartoe zal hij een aanvullende akte van borgtocht moeten indienen op het kantoor van zekerheidstelling waarbij het verenigd Koninkrijk wordt toegevoegd aan de landen waarvoor de borgtocht moet gelden en waarbij de borg keuze van woonplaats doet in het Verenigd Koninkrijk. Een model van aanvullende borgakte is opgenomen in bijlage.

§13. Vanaf het ogenblik dat de aanvullende borgakte is aanvaard en de gerelateerde gegevens werden ingebracht in de applicatie “Guarantee management system” (hierna GMS genoemd), zal de aangever bewegingen van douanevervoer naar en via het grondgebied van het Verenigd Koninkrijk kunnen uitvoeren.

§14. Tot 1 januari 2021 dient geen enkele wijziging aan de borgakten te worden aangebracht. Zij dienen nog niet te worden gewijzigd in afwachting van de inwerkingtreding van de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot de overeenkomsten, maar op een latere datum overeenkomstig de richtlijnen van de Europese Commissie en van de Dienst Borgtochten van het Departement Boekhouding van de Administratie Douane en Accijnzen.


5. Papieren certificaten van doorlopende zekerheid TC 31 en ontheffing van zekerheidstelling TC 33

§15. De certificaten TC 31 en TC 33 afgeleverd in de EU, in de landen van de CTC of in het Verenigd Koninkrijk kunnen nog worden gebruikt gedurende een periode van maximum 1 jaar vanaf 1 januari 2021 indien er geografische aanpassingen in werden aangebracht. Vóór het einde van deze overgangsperiode moet een nieuw certificaat, conform het nieuwe model, aan de administratie worden voorgelegd.

§16. Het bestaande model van certificaten van doorlopende zekerheid (TC 31) en van ontheffing van zekerheidstelling (TC 33) mag mits de nodige aanpassingen verder worden gebruikt.

§17. Indien een aangever zijn borgakte niet uitbreidt tot het Verenigd Koninkrijk en de uiterste geldigheidsdatum van het certificaat situeert zich vóór het einde van een periode van 2 maanden volgend op 1 januari 2021, kunnen de certificaten TC 31 en TC 33 in het bezit van de aangever zonder aanpassingen verder worden gebruikt en eventueel worden verlengd tot uiterlijk twee maanden na deze datum.

§18. De praktische modaliteiten van de hernieuwing van de certificaten TC 31 en TC 33 zullen worden gecommuniceerd door de Dienst Borgtochten.

§19. Indien andere vermeldingen van het certificaat moeten worden aangepast (bijvoorbeeld het referentiebedrag), mag een nieuw certificaat van het bestaande model worden afgeleverd, mits in voorkomend geval het toevoegen van het Verenigd Koninkrijk aan de landen van geldigheid en voor zover de uiterste datum van geldigheid zich niet situeert na de periode van 2 maanden na 1 januari 2021.


6. Bijwerking van de applicatie “GMS” en aanpassing van de gegevens

§20. In het kader van het geautomatiseerd beheer van borgstellingen binnen NCTS, werd het Verenigd Koninkrijk toegevoegd in de applicatie “GMS” op het niveau van de certificaten. Het vakje naast het Verenigd Koninkrijk zal normaal niet zijn aangevinkt waardoor de zekerheid niet automatisch voor het Verenigd Koninkrijk kan worden gebruikt. Van zodra de aangever zijn borgakte heeft aangepast door een aanvullende akte van borgtocht neer te leggen op het kantoor van zekerheidstelling en de aanvullende akte werd aanvaard, zal in de applicatie “GMS” het vakje naast het Verenigd Koninkrijk worden aangevinkt. Bijgevolg kan de geautomatiseerde zekerheid vanaf dat ogenblik ook voor het Verenigd Koninkrijk worden gebruikt.


7. Gevolgen van de toetreding tot de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer van 20 mei 1987.

§21. Ingevolge de toetreding tot de overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer van 20 mei 1987 moet vanaf de inwerkingtreding van de toetreding, in vak 1, eerste deelvak van de douaneaangiften betreffende goederen uitgevoerd naar of van herkomst uit het Verenigd Koninkrijk, met uitzondering van het grondgebied van Noord-Ierland, de vermelding “EU” in plaats van de vermelding “EX” of “IM” worden gebruikt.


8. Oriëntatienota van de Europese Commissie

§22. De Europese Commissie heeft een oriëntatienota gepubliceerd om wettelijke regels vanaf het einde van de overgangsperiode (31/12/2020) te verduidelijken. Deze nota wordt vergezeld van een bijlage met meer details over de mogelijk scenario’s van de bewegingen onder douanevervoer op dat moment. Deze documenten kunnen worden geraadpleegd via de volgende internet links:
https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/brexit_files/info_site/guidance-customs-procedures_en_0.pdf
https://ec.europa.eu/taxation_customs/sites/taxation/files/annex_i_brexit_transit_business_scenarios.pdf

Voor de Administrateur-generaal van Douane en Accijnzen:
De Adviseur-generaal

J. LEMAIRE

BIJLAGE: Model van aanvullende akte van borgtocht inzake Unie/gemeenschappelijk douanevervoer (Bijlagen 32-01, 32-02 en 32-03 DWU IA)

Aanvullende akte van borgtocht nr. …….. aan de akte van borgtocht nr. …………. d.d. …………

In punt I, 1, van de akte van borgtocht nr. ………. d.d. ………… wordt het Verenigd Koninkrijk toegevoegd aan de opsomming van de landen tegenover wie de ondergetekende zich verbindt.

In punt I, 4, van de akte van borgtocht wordt de lijst van de landen waar de ondergetekende woonplaats kiest, aangevuld met de volgende keuze van woonplaats:


Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland


Naam, voornaam, of handelsnaam en volledig adres van de correspondent in het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland


De overige bepalingen van de akte blijven onveranderd van toepassing.

Deze aanvullende akte heeft uitwerking met ingang van …………..
(ten vroegste op het moment van de inwerkintreding van de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot de overeenkomsten CTC en SAD).

Gedaan te …………. (plaats),..(datum)
(Naam en adres van borgsteller) ………….

Handtekening

-------------

Interne ref.: D.I. 521.103 – EOS/D.D. 015.299

Mots clés

Articles recommandés

Renovatie en bouw: hoe de klanten duidelijk en effectief informeren ?

Verkoop van tweedehandsvoertuigen: te veel wantoestanden!

​Kaaimantaks 2.1. en de exit heffingen