Circulaire 2022/C/39 betreffende het toepasselijk btw-tarief op de levering van fietsen

De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Belasting over de toegevoegde waarde publiceerde op 08/04/2022 de Circulaire 2022/C/39 betreffende het toepasselijk btw-tarief op de levering van fietsen.

Deze commentaar handelt over het koninklijk besluit van 06.04.2022 tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20.07.1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat fietsen en elektrische fietsen betreft (BS 06.04.2022).


1. Inleiding

Ingevolge de wet van 13.04.2019 tot instelling van een verlaagd btw-tarief bij de aankoop van fietsen en elektrische fietsen (hierna: 'de wet van 13.04.2019'), werd beslist om het btw-tarief van toepassing op de levering van fietsen en elektrische fietsen te verminderen tot 6 % (zie ook circulaire 2019/C/64 van 08.07.2019).

Aangezien het in 2019, op basis van de Europese btw-reglementering, enkel mogelijk was het normale tarief toe te passen op die categorieën van goederen, werd de inwerkingtreding van de wet van 13.04.2019 uitgesteld tot op het ogenblik dat de bijlage III van richtlijn 2006/112/EG van de raad van 28.11.2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (hierna: 'richtlijn 2006/112/EG') op zodanige wijze zou zijn aangepast, dat rechtsgeldig een verlaagd btw-tarief zou kunnen worden ingevoerd op de levering van fietsen.

Op 07.12.2021 heeft de Raad van de Ministers van Financiën van de lidstaten (de Ecofin-raad) zich unaniem akkoord verklaard met een voorstel tot richtlijn tot wijziging van de hiervoor vermelde richtlijn 2006/112/EG wat de btw-tarieven betreft en op 05.04.2022 heeft die raad dat voorstel formeel goedgekeurd. Krachtens de nieuwe bepalingen van die richtlijn heeft België, net zoals de andere lidstaten, vanaf de dag van inwerkingtreding (op de dag van de publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie), de mogelijkheid om een verlaagd btw-tarief toe te passen op de leveringen van fietsen en elektrische fietsen.

De opschortende voorwaarde ten aanzien van de inwerkingtreding van de wet van 13.04.2019 zou bijgevolg op die datum vervuld zijn.

De laatste twee jaren werd ons land evenwel geconfronteerd met een ernstige sanitaire crisis ingevolge de COVID-19-epidemie. Sinds enkele maanden wordt de ganse Europese Unie dan weer geconfronteerd met een scherpe stijging van de energieprijzen, onder meer veroorzaakt door een toegenomen wereldwijde vraag naar energie ten gevolge van het economische herstel na de COVID-19-crisis, geopolitieke instabiliteit en bevoorradingsproblemen.

Sinds de invasie van de Russische troepen op het Oekraïense grondgebied en de oorlog die daaruit is voortgevloeid, is deze situatie van inflatie van de energieprijzen, die al zeer kritiek was, nog bijkomend verslechterd.

Deze onvoorspelbare wereldwijde ontwikkelingen hebben ervoor gezorgd dat de regering diverse en budgettair zwaar doorwegende maatregelen heeft moeten nemen om de Belgische economie en de Belgische gezinnen te ondersteunen in die moeilijke tijden.

Bovendien werd de Regering er recent attent op gemaakt dat fietsmerken vaak de prijzen van hun producten harmoniseren op basis van de verkoopprijs inclusief btw. Dit zou betekenen dat een btw-verlaging op (elektrische) fietsen niet ten goede zou komen aan de klant.

Om die redenen heeft de Regering beslist om in het kader van een globale heroverweging van de budgettaire prioriteiten de tarifaire gunstregeling van 6 % voor de fietsen, elektrische fietsen en speed pedelecs, zoals die zou worden ingevoerd door de wet van 13.04.2019, op te heffen.

Er werd binnen de Regering evenwel overeengekomen dat het voor de maatregel gereserveerde budget opnieuw zal bestemd worden voor alternatief mobiliteitsbeleid ter promotie van het gebruik van de fiets in het kader van het woon-werkverkeer, zoals bijvoorbeeld uitvoering geven aan het actiepunt met betrekking tot de verbetering van de fietsvergoeding voor het woon-werkverkeer opgenomen in het Actieplan ter Promotie van de Fiets (BeCyclist).

2. Toepasselijk btw-tarief

Artikel 1 van het koninklijk besluit van 06.04.2022 tot wijziging tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20.07.1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat fietsen en elektrische fietsen betreft (BS 06.04.2021) bepaalt In rubriek XXIII van tabel A van de bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van 20.07.1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wordt de bepaling onder 12°, ingevoegd bij de wet van 13 april 2019, opgeheven”.

Artikel 2 van voormeld besluit bepaalt dat het in werking treedt op de datum van inwerkingtreding van de wet van 13.04.2019 tot instelling van een verlaagd btw-tarief bij de aankoop van fietsen en elektrische fietsen.

Ingevolge de publicatie van de richtlijn (EU) 2022/542 van de raad van 05.04.2022 tot wijziging van richtlijnen 2006/112/EG en (EU) 2020/285 wat de btw-tarieven betreft (Publicatieblad van de Europese Unie d.d. 06.04.2022) is het besluit van 06.04.2022 op dezelfde dag in werking getreden.

De levering van fietsen blijft bijgevolg onderworpen aan het normale btw-tarief van 21 %.

Interne ref.: 139.243

Bron: Fisconetplus

Mots clés