Op 14 mei 2020 is het koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020 bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, dat vanaf 1 mei 2020 een corona-ouderschapsverlof invoert.
Dit verlof biedt de werknemers die ten minste 1 maand in dienst zijn de mogelijkheid om met akkoord van hun werkgever hun arbeidsprestaties te verminderen tot een halftijdse of viervijfde betrekking met het oog op de zorg voor hun kind of pleegkind tot de leeftijd van 12 jaar tijdens de COVID-19 epidemie. Ten aanzien van kinderen met een handicap is de leeftijdsgrens opgetrokken tot 21 jaar en in bepaalde specifieke omstandigheden zelfs niet van toepassing.
Het toepassingsgebied voor het corona-ouderschapsverlof is identiek aan dat van het gewone ouderschapsverlof.
Het statutaire personeel van de gewesten en gemeenschappen, de lokale besturen en het onderwijs dienen zich te informeren bij hun werkgever of bij de bevoegde overheid om na te gaan of ze recht hebben op het corona-ouderschapsverlof. Indien zij recht hebben op dit verlof, zullen ze in aanmerking komen voor een onderbrekingsuitkering van de RVA.
De werknemer die ten minste 1 maand in dienst is van de werkgever die hem tewerkstelt, kan het corona-ouderschapsverlof opnemen:
Het corona-ouderschapsverlof moet dus in principe een aanvang nemen voor het kind 12 jaar wordt.
De leeftijdsgrens wordt evenwel vastgesteld op 21 jaar wanneer het kind voor ten minste 66% getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag of dat tenminste 9 punten worden toegekend in de drie pijlers samen van deze medisch-sociale schaal.
Er is geen leeftijdsgrens wanneer een kind of volwassene met een handicap opgevangen wordt door zijn ouders indien hij geniet van een intramurale of extramurale dienstverlening of behandeling georganiseerd of erkend door de Gemeenschappen.
De voorwaarde dat de werknemer ten minste 1 maand in dienst moet zijn, is niet van toepassing op werknemers voor wie het gewone ouderschapsverlof niet voorziet in een anciënniteitsvoorwaarde.
Voltijdse werknemers kunnen het corona-ouderschapsverlof opnemen onder de vorm van een vermindering van de arbeidsprestaties met hetzij 1/2de, hetzij 1/5de van het normaal aantal arbeidsuren van een voltijdse betrekking.
De vermindering van de arbeidsprestaties tot de helft van een voltijdse betrekking staat daarnaast ook open voor werknemers die tewerkgesteld zijn in een deeltijdse arbeidsregeling die ten minste drie vierden bedraagt van een voltijdse betrekking op het moment waarop het corona-ouderschapsverlof ingaat.
Het corona-ouderschapsverlof kan, ongeacht de vorm (vermindering van de arbeidsprestaties met 1/5de, dan wel 1/2de van een voltijdse betrekking), vanaf 1 mei 2020 tot en met 30 juni 2020 als volgt worden opgenomen:
De werknemer die reeds een halftijds of 1/5de ouderschapsverlof uitoefent op grond van een koninklijk besluit, kan, met akkoord van zijn werkgever, dit ouderschapsverlof omzetten in een corona-ouderschapsverlof onder dezelfde vorm.
Indien de oorspronkelijk aangevraagde einddatum van dit gewone ouderschapsverlof zich na 30 juni 2020 (= de dag van buitenwerkingtreding van de regeling over het corona-ouderschapsverlof) situeert, dan wordt dit gewone ouderschapsverlof vanaf 1 juli 2020 automatisch verdergezet tot die datum.
De werknemer die zijn loopbaan heeft onderbroken of zijn arbeidsprestaties heeft verminderd in het kader van een stelsel van loopbaanonderbreking op grond van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen (tijdskrediet, thematische verloven,…onder de vorm van een volledige onderbreking, vermindering met 1/2de, 1/5de, 1/10de,…), kan, met akkoord van zijn werkgever, deze loopbaanonderbreking schorsen met het oog op het opnemen van het corona-ouderschapsverlof.
Indien de oorspronkelijk aangevraagde einddatum van deze loopbaanonderbreking zich na 30 juni 2020 (= de dag van buitenwerkingtreding van de regeling over het corona-ouderschapsverlof) situeert, dan wordt deze loopbaanonderbreking vanaf 1 juli 2020 automatisch verder gezet tot die datum.
De periode van het halftijds of 1/5de ouderschapsverlof of de loopbaanonderbreking die op die manier wordt omgezet in een corona-ouderschapsverlof wordt niet aangerekend op de maximale duur van dit ouderschapsverlof of deze loopbaanonderbreking.
De periode gedurende de welke het ouderschapsverlof werd omgezet in corona-ouderschapsverlof of gedurende de welke de loopbaanonderbreking werd geschorst om corona-ouderschapsverlof op te nemen, kan later nog worden opgenomen, ook als dit saldo niet voldoet aan de minimale duur van het verlof. De opname van het saldo zal slechts mogelijk zijn indien aan alle voorwaarden voldaan is (bv. de leeftijdsvoorwaarde van het kind ingeval van ouderschapsverlof). De werknemer moet hiertoe ook een nieuwe aanvraag indienen bij zijn werkgever.
Dezelfde termijn van drie werkdagen is van toepassing indien het akkoord wordt gegeven met de aanvraag van de werknemer om zijn gewoon verlof om te zetten of te schorsen om corona-ouderschapsverlof op te nemen.
In onderling akkoord kunnen de termijnen van de aanvraagprocedure worden ingekort.
Als een werknemer zijn prestaties vermindert in het kader van het corona-ouderschapsverlof, dan wordt hij een deeltijdse werknemer. Tijdens de periode van loopbaanonderbreking met de helft of 1/5de zijn de regels inzake deeltijdse arbeid in principe dus ook op hen van toepassing.
Het opnemen van het corona-ouderschapsverlof is financieel voordeliger dan het gewone ouderschapsverlof, en heeft als voordeel dat het niet meetelt voor de maximale duurtijd van het gewone ouderschapsverlof (zo is het ouderschapsverlof onder de vorm van een halftijdse loopbaanvermindering bv. beperkt tot acht maanden) .
Een derde voordeel is dat het corona-ouderschapsverlof snel en flexibel kan worden opgenomen mits de werkgever hiermee akkoord gaat. De werknemer hoeft zijn werkgever slechts drie dagen op voorhand in te lichten. Het kan opgenomen worden in één keer tot het einde van de maatregel, of in één of meerdere weken of maanden, die al dan niet bij elkaar aansluiten.
De ontslagbescherming van de regeling van de loopbaanonderbreking is van toepassing. Dit betekent dat de werkgever geen handeling mag stellen die ertoe strekt eenzijdig een einde te maken aan de dienstbetrekking, tenzij hij een dringende of voldoende reden heeft.
De ontslagbescherming gaat in de dag van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever en eindigt drie maanden na het einde van het verlof.
Respecteert de werkgever deze ontslagbescherming niet, dan dient hij een forfaitaire vergoeding te betalen die gelijk is aan het loon van zes maanden, desgevallend bovenop de vergoedingen die bij een verbreking van de arbeidsovereenkomst aan de werknemer moeten worden betaald.
Het corona-ouderschapsverlof kan opgenomen worden in de periode van 1 mei tot en met 30 juni 2020.
De maatregel kan via een bij Ministerraad overlegd koninklijk besluit wel nog worden verlengd.
Voor meer informatie over het corona-ouderschapsverlof en de aanvraag van onderbrekingsuitkeringen kunt u terecht op website van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (www.rva.be). Voor vragen, raadpleeg de rubriek Nieuwsberichten, de FAQ Corona-ouderschapsverlof(pdf) en het infoblad T9.
Voor de aanvraagprocedure, klik hier.
Bron:
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg - RVA