Dimona, aangifte van lokale mandatarissen in 2022

Sinds 1 januari 2022 moeten er Capelo-gegevens worden aangegeven voor bepaalde lokale mandatarissen. Dit impliceert dat nu ook de aangifte van deze beschermde lokale mandatarissen niet langer facultatief is. Zij moeten dus zowel in Dimona als de DmfA worden aangegeven.

Aangifte van beschermde lokale mandatarissen

Vanaf de aangifte 1/2022 moet voor 'beschermde' lokale mandatarissen dus:

  • een Dimona 'PMP' worden uitgevoerd,
    • met begin- en einddatum gelijk aan de begin- en einddatum van het mandaat
    • als het statuut van de mandataris wijzigt in de loop van een legislatuur of tussen legislaturen (van beschermd 'PMP' naar niet-beschermd 'OTH' of vice versa), dan moet een nieuwe Dimona-periode met een ander type werknemer gecreëerd worden
  • een DmfA-aangifte moet nu ook gebeuren voor de beschermde lokale mandatarissen, met
    • een voltijds werkregime van 38 uren per week (mandatarissen met prestaties) of 0 uren per week (afwezige mandatarissen - MRA-code), zoals de niet-beschermde lokale mandatarissen
    • aantal dagen per week van de arbeidsregeling = 5 dagen per week (mandatarissen met prestaties) of 0 dagen per week (afwezige mandatarissen), zoals de niet-beschermde lokale mandatarissen
    • type arbeidsovereenkomst = 0, zoals de niet-beschermde lokale mandatarissen
    • prestatiecodes
      • prestatiecode 110 - algemeen
      • prestaties gelinkt aan de uittredingsvergoeding van de leden van de Bestendige Deputatie of provinciecollege (beschermde en niet-beschermde lokale mandatarissen) = 110
    • maatregel tot reorganisatie van de arbeidstijd
      • MRA-code 510 - alle afwezigheden behalve disciplinaire schorsing
      • MRA-code 517 - disciplinaire schorsing van een lokale mandataris
    • looncodes
      • looncode 27 - alle vergoedingen behalve de uittredingsvergoeding van de leden van de Bestendige Deputatie of provinciecollege
      • looncode 28 - uittredingsvergoeding van een lid van de Bestendige Deputatie of provinciecollege
      • uittredingsvergoedingen van burgemeesters en schepenen moet niet worden aangegeven

Capelo

Sinds 1/2022 moet een Capelo-aangifte gedaan worden zowel voor beschermde als voor niet-beschermde lokale mandatarissen die een van volgende functies bekleden:

  • Burgemeester
  • Schepen
  • OCMW-voorzitter (in het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) en voorzitter van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst (in het Vlaams Gewest)
  • Leden van de Bestendige Deputatie (in het Vlaams Gewest) en het provinciecollege (in het Waals Gewest)
  • Districtburgemeester (voorlopig enkel in de stad Antwerpen)
  • Districtschepen (voorlopig enkel in de stad Antwerpen)

Als twee mandaten gecumuleerd worden, dan moet enkel het bezoldigde mandaat aangegeven worden.

Als een aangegeven lokale mandataris niet behoort tot het toepassingsgebied van Capelo (bv. de voorzitter van een intercommunale), dan moet de waarde '1' (= vrijstelling) vermeld worden in de bestaande zone 'vrijstelling van aangifte van gegevens van de tewerkstelling met betrekking tot de overheidssector'.

Meer informatie kan teruggevonden worden in het volgende werkdocument


Bron : Sociale Zekerheid, ondernemingen, Administratieve instructies RSZ - 2022/1, aangifte van lokale mandatarissen, 8 maart 2022

Mots clés

Articles recommandés

Bedrijfsvoorheffing op invaliditeitsuitkeringen vanaf januari 2025

Ziekte en vakantiedagen : hervorming!

Duurzaamheid in het bedrijfsleven: een studiedag om de rapportering te beheersen