In 2021 werkte 26,5% van de loontrekkenden deeltijds. Dat is een lichte daling ten opzichte van 2020 (26,8%).
Van de loontrekkende vrouwen werkte 42,1% deeltijds en van de loontrekkende mannen 11,6%.
4/5de werken is het populairste deeltijdse regime bij zowel vrouwen als mannen.
Voor loontrekkende vrouwen zijn de belangrijkste redenen om deeltijds te werken ‘zorg voor eigen kinderen of andere zorgbehoevende familieleden’ (24,6%), gevolgd door ‘andere persoonlijke redenen’ (24,1%) en ‘u vindt geen voltijdse job of uw job wordt niet voltijds aangeboden’ (21,7%).
Bij hun mannelijke tegenhangers zijn dit de voornaamste redenen: ‘andere persoonlijke redenen’ (25,4%), ‘u vindt geen voltijdse job of uw job wordt niet voltijds aangeboden’ (22,5%) en ‘u volgt onderwijs of opleiding’ (15,9%)’.
In procenten | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 (b) | |
---|---|---|---|---|---|---|
Totaal | ||||||
Voltijds | 72,7% | 72,9% | 71,9% | 72,6% | 74,0% | |
Deeltijds - 50% | 10,6% | 10,6% | 10,1% | 10,0% | 9,5% | |
Deeltijds - 4/5de | 12,8% | 12,6% | 13,1% | 12,6% | 12,3% | |
Deeltijds - andere | 3,9% | 4,0% | 4,9% | 4,8% | 4,3% | |
Mannen | ||||||
Voltijds | 88,6% | 89,1% | 88,4% | 87,4% | 89,5% | |
Deeltijds - 50% | 4,1% | 3,8% | 3,6% | 4,3% | 3,4% | |
Deeltijds - 4/5de | 5,3% | 5,4% | 4,9% | 5,5% | 4,9% | |
Deeltijds - andere | 2,0% | 1,8% | 3,0% | 2,8% | 2,2% | |
Vrouwen | ||||||
Voltijds | 55,5% | 55,8% | 54,8% | 57,3% | 58,0% | |
Deeltijds - 50% | 17,8% | 17,7% | 16,8% | 16,0% | 15,7% | |
Deeltijds - 4/5de | 20,9% | 20,2% | 21,5% | 19,9% | 19,9% | |
Deeltijds - andere | 5,9% | 6,2% | 6,9% | 6,8% | 6,3% | |
Bovenstaande gegevens zijn afkomstig van de Enquête naar de arbeidskrachten (EAK).
In deze enquête wordt aan deeltijds werkende personen gevraagd wat de omvang is van hun deeltijdse betrekking uitgedrukt als percentage van een voltijdse betrekking. In deze tabel werden alle percentages van 40% tot en met 60% als halftijds (50%) beschouwd en alle percentages van 70% tot en met 90% als 4/5de (80%). De categorie 'deeltijds - andere' omvat percentages kleiner dan 40%, percentages tussen 60% en 70% en percentages hoger dan 90%.
De in deze tabel gepresenteerde cijfers zijn enkel beschikbaar voor de eerste bevraging in de enquête naar de arbeidskrachten terwijl de cijfers volgens sector gebaseerd zijn op de vier bevragingen in de enquête naar de arbeidskrachten. Daardoor verschilt het algemeen percentage over deeltijds werk in deze tabel van het percentage in de tabel volgens sector.
(b) Breuk in de resultaten in 2021 omwille van de herziening van de vragenlijst en de wijziging van de IAB-definities van werkloosheid en werkgelegenheid.
Bron : Stabel, maart 2022