Een recent vonnis van de rechtbank van eerste aanleg in Gent op 9 oktober 2024 werpt licht op een fiscale problematiek die door velen als onrechtvaardig wordt ervaren. Een Belgische bank had roerende voorheffing ingehouden op aandelen die werden toegekend in het kader van een spin-off.
De betrokken belastingplichtige betwistte deze inhouding, met als argument dat hij geen werkelijke verrijking had ondervonden. De feiten:
Op basis hiervan diende de belastingplichtige een verzoek in tot terugbetaling van de roerende voorheffing bij de fiscale administratie. Toen dit verzoek onbeantwoord bleef, besloot hij de zaak voor de rechter te brengen.
De rechtbank van Gent volgde de traditionele administratieve visie en oordeelde dat de uitkering van aandelen in het kader van een spin-off van een Amerikaanse vennootschap een belastbaar dividend vormt. Belangrijke elementen uit het vonnis:
Voor beleggers wordt deze belasting op aandelenuitkeringen in het kader van een spin-off vaak als inefficiënt en oneerlijk ervaren. Enkele mogelijke strategieën om hierop te anticiperen:
Sommige private banken of vermogensbeheerders adviseren om aandelen vóór de spin-off te verkopen, waardoor een belastingvrije meerwaarde kan worden gerealiseerd. Vervolgens kunnen de aandelen opnieuw worden gekocht na de spin-off. Hoewel deze strategie fiscaal voordelig lijkt, is ze economisch en financieel minder logisch.
Vooral de kleine beleggers, die vaak gebruik maken van “execution only”-diensten (zelfstandig beheer), worden het hardst getroffen. Zonder gepersonaliseerd advies missen zij vaak de fiscale implicaties van een spin-off of anticiperen zij niet tijdig op dergelijke gebeurtenissen.
Dit vonnis benadrukt het belang van een goed begrip van de fiscale gevolgen van complexe financiële operaties, zoals spin-offs. Particuliere beleggers moeten extra waakzaam zijn, anders riskeren zij een belasting te betalen die zij als onterecht ervaren.
Meer details en een uitgebreide analyse van deze zaak vindt u in mijn artikel in Fiscoloog van deze week.