De FSMA heeft een studie uitgevoerd naar de kosten die worden aangerekend door de Belgische openbare ICB’s, die doorgaans 'beleggingsfondsen' worden genoemd. Dankzij de informatie die de FSMA vandaag publiceert, zullen de consumenten de kosten die bij een belegging in zo’n fonds worden aangerekend, beter kunnen begrijpen en vergelijken.
Beleggingen in beleggingsfondsen zijn populair, zowel in België als elders in Europa. De particuliere beleggers appreciëren vooral de brede waaier aan beschikbare strategieën en de diversificatie die deze fondsen bieden. Beleggingsfondsen zijn erg succesvol in België: hun nettoactief bedroeg 188 miljard euro op 30 juni 2022.
De kosten die aan dergelijke fondsen verbonden zijn, vormen een doorslaggevend criterium waarmee rekening moet worden gehouden vóór elke belegging. Die kosten worden duidelijk aan de particuliere beleggers meegedeeld, in het bijzonder via de essentiële-informatiedocumenten. De beoordeling van die kosten is doorgaans moeilijk voor de belegger: zijn de kosten concurrentieel of liggen ze hoger dan die van de concurrentie? Bovendien kan het soms moeilijk zijn om de impact van de kosten op het verwachte rendement van die belegging duidelijk in te schatten.
In het kader van haar opdracht inzake de bescherming en educatie van financiële consumenten wil de FSMA de gegevens die ze bij haar analyse verzamelde, gebruiken om de consumenten informatie ter beschikking te stellen die hen een beter inzicht kan geven in die kosten.
Daarom publiceert zij een mededeling met als doel:
De belangrijkste vaststellingen van de FSMA-studie naar de Belgische fondsen zijn:
De mededeling is beschikbaar op de website van de FSMA (zie ook in bijlage-
[1] De hoge en lage gemiddelden vertegenwoordigen respectievelijk het 25ste en 75ste percentiel. Dat betekent dat de kosten bij 25 % van de fondsen lager zijn dan het lage gemiddelde.
Bron : FSMA, perscommuniqué, december 2022