De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP) bedraagt 0,5% in december ten opzichte van -0,8% in november en -1,7% in oktober.
Eurostat heeft op 17 januari de geharmoniseerde consumptieprijsindex van december voor de EU-landen publiceren.
Annual inflation up to 2.9% in the euro area Up to 3.4% in the EU
Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP)[1] bedraagt in december 0,5% ten opzichte van -0,8% in november en -1,7% in oktober. De inflatie volgens de geharmoniseerde consumptieprijsindex met constante belastingvoet (HICP-CT)[2] bedroeg -2,0% in december tegenover -3,1% in november. Het verschil in inflatie tussen de HICP en HICP-CT is grotendeels te wijten aan de stijging van de accijnzen op sigaretten, tabak, elektriciteit, gas en motorbrandstoffen. Met deze wijzigingen van de belastingen wordt geen rekening gehouden in de HICP-CT.
De kerninflatie, die geen rekening houdt met de prijsevolutie van de energieproducten en de onbewerkte voedingsmiddelen, bedraagt in december 5,5% tegenover 5,6% in november en 6,4% in oktober. De inflatie zonder energieproducten is in december gedaald tot 5,6% tegenover 5,7% in november en 6,5% oktober.
De inflatie voor voeding bedraagt deze maand 7,1%, tegenover 7,9% vorige maand. In het voorjaar van 2022 begon deze inflatie sterk te stijgen en bereikte een piek van 20,3% in maart 2023. Sinds maart 2023 is ze geleidelijk aan het afnemen. De inflatie van olie, vis, zuivelproducten, brood en granen, alsook vlees steeg sterk tot maart 2023, maar daalt sindsdien. Zo bedraagt de inflatie van olie deze maand 4,6%. In maart 2023 bedroeg dit nog 31,3%. Voor zuivelproducten bedraagt de inflatie nu 6,8% ten opzichte van 31,0% in maart 2023. Voor vis wordt deze maand een inflatie van 5,7% geregistreerd. In maart van dit jaar bedroeg dit nog 17,2%. Voor brood en granen bedraagt de inflatie deze maand 6,7% ten opzichte van 22,0% in maart. De inflatie van vlees bedraagt deze maand 6,7% ten opzichte van 16,8% in maart 2023.
De terugval van de inflatie kan voor het overgrote deel toegeschreven worden aan de daling van de energieprijzen. De bijdrage van energie tot de inflatie is negatief sinds januari 2023 en bedraagt -4,2%. Voeding levert een bijdrage van 1,1%.
Elektriciteit is momenteel 35,5% goedkoper dan een jaar geleden. Aardgas is 58,9% goedkoper op jaarbasis. De prijs van huisbrandolie is 4,8% gestegen ten opzichte van vorig jaar.
Op basis van de opsplitsing in de 12 hoofdgroepen wordt de hoogste inflatie in december gemeten voor “Alcoholhoudende dranken en tabak” (9,1%). De laagste inflatie wordt gemeten voor de groep “Huisvesting, water en energie” (-18,6%). De hoofdgroep die de grootste positieve impact had op de inflatie in december is “Voeding en alcoholvrije dranken” met 1,2 procentpunt. De groep “Huisvesting, water en energie” heeft de grootste negatieve impact uitgeoefend met -4,8 procentpunt.
Productgroep | Gewicht (‰) | Inflatie op jaarbasis (%) | Impact op inflatie (%-punt) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
HICP | HICP-CT | ||||||||
okt/23 | nov/23 | dec/23 | dec/23 | okt/23 | nov/23 | dec/23 | |||
0 | Totaal bestedingen | 1.000,0 | -1,7 | -0,8 | 0,5 | -2,0 | |||
1 | Voeding en alcoholvrije dranken | 155,4 | 9,2 | 7,9 | 7,1 | 7,1 | 2,0 | 1,6 | 1,2 |
2 | Alcoholhoudende dranken en tabak | 47,4 | 8,9 | 9,1 | 9,1 | 1,7 | 0,5 | 0,5 | 0,4 |
3 | Kleding en schoeisel | 60,1 | 6,0 | 3,5 | 2,9 | 2,9 | 0,5 | 0,3 | 0,1 |
4 | Huisvesting, water en energie | 201,3 | -29,6 | -23,9 | -18,6 | -28,4 | -7,7 | -6,0 | -4,8 |
5 | Stoffering en huishoudelijke apparaten | 72,9 | 4,4 | 3,5 | 3,5 | 3,5 | 0,5 | 0,3 | 0,2 |
6 | Gezondheid | 70,6 | 4,7 | 4,6 | 4,6 | 4,6 | 0,5 | 0,4 | 0,3 |
7 | Vervoer | 105,9 | 2,9 | 1,8 | 4,3 | 2,6 | 0,6 | 0,3 | 0,4 |
8 | Communicatie | 32,2 | 2,2 | 2,0 | 2,9 | 2,9 | 0,1 | 0,1 | 0,1 |
9 | Recreatie en cultuur | 85,8 | 4,3 | 4,0 | 3,4 | 3,4 | 0,5 | 0,4 | 0,3 |
10 | Onderwijs | 5,4 | 7,5 | 7,5 | 7,5 | 7,5 | 0,1 | 0,0 | 0,0 |
11 | Hotels, cafés en restaurants | 82,7 | 9,1 | 7,9 | 8,0 | 8,0 | 0,9 | 0,7 | 0,7 |
12 | Diverse goederen en diensten | 80,4 | 5,7 | 5,5 | 5,5 | 5,5 | 0,6 | 0,5 | 0,4 |
De globale HICP kan opgesplitst worden in vijf specifieke aggregaten die samen de totale bestedingen vormen.
De kerninflatie (inflatie zonder energie en onbewerkte levensmiddelen) bedraagt in december 5,5%. Dat is een daling ten opzichte van de 5,6% die in november werd opgetekend. De gemiddelde kerninflatie van de laatste 12 maanden is gelijk aan 7,4%. Ten opzichte van vorige maand stegen de prijzen van dit subaggregaat met 0,8%.
Specifieke aggregaten | Gewicht (‰) | Inflatie op jaarbasis (%) | 12 maandelijks gemiddelde (%) | Maandelijkse wijziging | ||
---|---|---|---|---|---|---|
okt/23 | nov/23 | dec/23 | dec/23 | dec/23 | ||
Totaal bestedingen | 1.000,0 | -1,7 | -0,8 | 0,5 | 2,4 | 1,1 |
Energiedragers | 146,8 | -42,6 | -36,5 | -28,7 | -27,7 | 4,1 |
Bewerkte levensmiddelen | 163,3 | 9,3 | 8,2 | 7,6 | 12,8 | 0,1 |
Niet-bewerkte levensmiddelen | 39,5 | 8,5 | 8,0 | 7,5 | 12,5 | 0,0 |
Niet-energetische industriële goederen | 248,9 | 4,4 | 3,4 | 3,1 | 5,4 | 0,9 |
Diensten | 401,5 | 6,3 | 5,9 | 6,1 | 6,3 | 1,1 |
HICP zonder energie en onbewerkte levensmiddelen (kerninflatie) | 813,7 | 6,4 | 5,6 | 5,5 | 7,4 | 0,8 |
De grootste positieve impact op de inflatie wordt gerealiseerd door restaurants en cafés, namelijk met 0,48 procentpunt. Tabak heeft een impact van 0,37 procentpunt. Private huur heeft een positieve impact van 0,36 procentpunt. De positieve impact van ziekenhuisverblijven bedroeg 0,26 procentpunt. Vlees heeft een positieve impact van 0,25 procentpunt. Onderhoud en reparatie van voertuigen hebben een positieve impact van 0,20 procentpunt. Tot slot hebben brood en granen een positieve impact van 0,19 procentpunt.
Subindex | Gewicht (‰) | Impact op inflatie (%-punt) | |
---|---|---|---|
2023 | dec/23 | ||
11.1.1 | Restaurants en cafés | 71 | 0,48 |
02.2.0 | Tabak | 30,5 | 0,37 |
04.1.0 | Private huur | 68,3 | 0,36 |
06.3.0 | Verpleging in ziekenhuis | 37,1 | 0,26 |
01.1.2 | Vlees | 40,5 | 0,25 |
07.2.3 | Herstelling en onderhoud van privé-voertuigen | 22,3 | 0,2 |
01.1.1 | Brood en granen | 30,4 | 0,19 |
De negatieve impact op de inflatie was het grootst voor aardgas, met een impact van -2,75 procentpunt. Elektriciteit heeft een negatieve impact van -1,86 procentpunt.
Subindices met de grootste negatieve impact op de inflatie
Subindex | Gewicht (‰) | Impact op inflatie (%-punt) | |
---|---|---|---|
2023 | dec/23 | ||
04.5.2 | Gas | 45,9 | -2,75 |
04.5.1 | Elektriciteit | 48,9 | -1,86 |
Aangezien de definitieve HICP voor onze buurlanden pas later wordt bekend gemaakt, kan er slechts een vergelijking gemaakt worden op basis van de eerste snelle inflatieraming van de HICP (HICP flash estimate) van december. In België bedroeg deze inflatie 0,5% in december, een stijging ten opzichte van de -0,8% in november. Nederland tekende een inflatie op van 1,0% in december. Dat is een daling ten opzichte van de 1,4% die in november werd opgetekend. In Frankrijk bedroeg de inflatie in december 4,1%; ze steeg daarmee ten opzichte van de 3,9% in november. De eerste snelle inflatieraming van de HICP van december voor Duitsland bedroeg 3,8%, een stijging ten opzichte van november toen de inflatie 2,3% bedroeg.
Aangezien Eurostat de geharmoniseerde consumptieprijsindexcijfers met constante belastingvoet voor december nog niet publiceerde, is november de recentste maand om mee te kunnen vergelijken. De inflatie op basis van de HICP-CT bedroeg in België in november -3,1%, ze steeg daarmee licht ten opzichte van de -4,1% in oktober. In november bedroeg deze inflatie in Duitsland 2,1%. Dat is een daling ten opzichte van oktober, toen de inflatie 2,7% bedroeg. De inflatie in Frankrijk daalde van 4,6% in oktober naar 3,9% november. In Nederland steeg deze inflatie tot -0,1% in november. In oktober bedroeg deze inflatie -2,8%.
[1] Naast de nationale consumptieprijsindex (CPI) berekent Statbel ook een Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex (Harmonized Index of Consumer Prices, HICP). De HICP maakt een vergelijking tussen het inflatiepeil van de lidstaten van de Europese Unie mogelijk. De toegepaste bestedingsoptiek en methoden zijn daartoe zo goed mogelijk gecoördineerd en in Europese regelgeving vastgelegd. De resultaten van de CPI en de HICP zijn niet gelijk. Dat komt vooral door een andere weging en samenstelling van het pakket goederen en diensten waarop deze indices zijn gebaseerd.
Tevens wordt de HICP gebruikt door de Europese Centrale Bank voor haar monetair beleid. Verder wordt de HICP gebruikt om te bepalen in hoeverre een lidstaat voldoet aan de inflatiecriteria bepaald in het Verdrag betreffende de Europese Unie.
Enkele verschilpunten tussen de HICP en de huidige CPI:
[2] De HICP-CT wordt op dezelfde wijze berekend als de gewone HICP, in deze index worden de prijzen echter berekend op basis van constante belastingtarieven. Deze index geeft dan ook de theoretisch potentiële impact weer van wijzigingen in de indirecte belastingtarieven (zoals de btw of accijnzen) op de gemeten inflatie. Het betreft hier echter een theoretische impact omdat verondersteld wordt dat de belastingwijzigingen meteen en volledig worden doorgerekend in de prijzen die door consumenten betaald worden.
[3] De inflatie op jaarbasis meet de prijswijziging tussen de huidige maand en dezelfde maand van het voorgaande jaar. Een 12-maandelijks gemiddelde vergelijkt de gemiddelde HICP van de laatste 12 maanden met het gemiddelde van de voorgaande 12 maanden. Een maandelijkse wijziging vergelijkt de prijsniveaus van de laatste twee maanden.
[4] De impact op de inflatie toont de wijziging van de inflatie door het opnemen van de subindex in de HICP. De impact houdt niet alleen rekening met het gewicht van de subindex, maar ook of de inflatie van de subindex hoger of lager is dan deze van het geheel aan bestedingen (globale HICP).