Het belang van exit regelingen voor aandeelhouders - Laatste deel: de geschillenregeling (deel 1/2)

In onze zesdelige reeks belichten we de belangrijkste mechanismen en afspraken die aandeelhouders kunnen maken om een soepele exit te waarborgen. In eerdere artikelen hebben we conventionele en statutaire methoden besproken om een meer geplande exit te voorzien, dan wel patstellingen op te lossen.

Het zesde en laatste onderwerp is een wettelijke exit mogelijkheid: de zogeheten “geschillenregeling”. Wanneer een aandeelhouder geen andere exit mogelijkheid heeft, kan de geschillenregeling in bepaalde gevallen het laatste juridisch redmiddel betekenen. We gaan hier verder op in, in twee delen. In dit eerste deel lichten we kort toe wat de geschillenregeling precies is, en hoe en wanneer deze kan worden toegepast.

DE TOEPASSELIJKHEID VAN DE GESCHILLENREGELING

Het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV) voorziet de geschillenregeling als juridische oplossing voor aandeelhoudersconflicten, maar uitsluitend binnen niet-genoteerde besloten vennootschappen (BV) en naamloze vennootschappen (NV). Via een gerechtelijke procedure kan een aandeelhouder de uitsluiting van een medeaandeelhouder of diens eigen uittreding uit de vennootschap vorderen.

Deze regeling wordt in de rechtspraak en rechtsleer beschouwd als een laatste redmiddel. Minder ingrijpende oplossingen moeten eerst volledig worden uitgeput voordat een beroep op de geschillenregeling mogelijk is.

DE UITTREDING (ARTIKEL 2:68 - 2:69 WVV)

Bij uittreding kan een aandeelhouder andere aandeelhouders dwingen om zijn aandelen over te nemen. Deze aandeelhouder moet dan wel bepaalde ‘gegronde redenen’ aantonen. De focus voor de gegronde redenen bij de uittreding ligt op de belangen van de aandeelhouder die wil uittreden. De rechtspraak leert ons dat uittreding mogelijk is wanneer het redelijkerwijs niet meer verwacht kan worden dat de aandeelhouder onder de gegeven omstandigheden zijn positie binnen de vennootschap kan voortzetten. (1)

DE UITSLUITING (ARTIKEL 2:63 - 2:67 WVV)

De uitsluiting biedt aandeelhouders de mogelijkheid een andere aandeelhouder gedwongen uit de vennootschap te zetten. Let op, voor dit verzoek geldt wel een participatiedrempel. (2)

De gegronde redenen moeten bij de uitsluiting voornamelijk vanuit het vennootschapsbelang bekeken worden, waarbij de continuïteit van de onderneming centraal staat en de belangen van de (eisende) aandeelhouder(s) beperkter zullen doorwegen in de beslissing. (3)

CONCLUSIE

De geschillenregeling biedt aandeelhouders in niet-genoteerde vennootschappen een juridisch kader voor het oplossen van ernstige conflicten, met als ultieme middelen uitsluiting of uittreding. Hoewel deze procedures gegronde redenen vereisen en alleen als laatste redmiddel kunnen worden ingezet, bieden ze waardevolle oplossingen om de continuïteit van de onderneming te waarborgen of aandeelhouders in moeilijke situaties een uitweg te bieden. Spoedig volgt deel twee omtrent de geschillenregeling waarin we inzoomen op de voorbereiding die de aandeelhouders kunnen treffen en de praktische uitwerking van de geschillenregeling.

Voetnoten
(1) Bijvoorbeeld: de systematische belemmering van aandeelhoudersrechten (vraagrecht, onderzoeksrecht, controlerecht) en misbruik van meerderheidsmacht (o.a. buitensporige bezoldigingen of voordelige overdracht van activa).
(2) Om deze vordering in te stellen moet(en) de aandeelhouder(s) minstens 30% van de stemmen (BV en NV) of van de winstrechten (BV) of 30% van het kapitaal (NV) bezitten.
(3) Bijvoorbeeld: de miskenning van het vennootschapsbelang door schending van aandeelhoudersovereenkomst, niet-uitvoeren van terugbetalingen aan de vennootschap met financiële moeilijkheden van de vennootschap tot gevolg, misbruik van vennootschapsgoederen.

Mots clés

Articles recommandés

Het belang van exit regelingen voor aandeelhouders - Laatste deel: de geschillenregeling (deel 2/2)

Netto actief: een sleutelindex voor de financiële gezondheid van een bedrijf

Reeks exitregeling - Deel 4: Joint exit procedure