Het Belgische register van uiteindelijke begunstigden (UBO): stand van zaken en rol van organisaties

Op dinsdag 18 oktober 2022 organiseerde Transparency International Belgium in het kader van het project Civil Society Advancing Beneficial Ownership Transparency (“ CSABOT”) een lokaal evenement rond het thema van het register van uiteindelijke begunstigden (of "UBO-register").

De middag begon met een herinnering aan de belangrijke rol van het UBO-register in de strijd tegen corruptie. Ter herinnering: de invoering van het UBO-register was één van de centrale punten van de vierde anti-witwasrichtlijn ( Richtlijn 2015/849). In België is deze richtlijn omgezet bij de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en de beperking van het gebruik van contanten (“anti-witwaswet”). Toch moest nog worden gewacht op de aanneming van een koninklijk besluit van 30 juli 2018 (“KB/UBO”) alvorens het Belgische UBO-register daadwerkelijk kon worden ingevoerd.

Toch zijn er – ook al bestaan ze nog maar enkele jaren – veel voorbeelden die het belang van deze registers (vooral wanneer ze openbaar zijn) als instrument in de strijd tegen corruptie onderstrepen.

De kwaliteit en de nauwkeurigheid van de gegevens blijven echter een belangrijk punt.

In het licht hiervan heeft de FATF (Financial Action Task Force) onlangs besloten haar aanbeveling 24 en de bijbehorende interpretatieve nota over transparantie en uiteindelijke begunstigden van rechtspersonen te actualiseren. Deze aanbevelingen hebben een internationale draagwijdte en vestigen de aandacht op de risico's van misbruik van rechtspersonen voor criminele doeleinden.

In dezelfde geest werd in de tweede presentatie de transparantie van uiteindelijke begunstigden in de Europese Unie en daarbuiten geanalyseerd. UBO-registers zijn namelijk niet exclusief voor de Europese Unie en verschillende “derde landen” zoals Brazilië, Panama, El Salvador, Oekraïne, enz. hebben ook een soortgelijk register ingevoerd.

De middag werd afgesloten met een debat over de stand van zaken van het UBO-register in België.

  1. Een eerste verbeteringspunt betreft de controle en de nauwkeurigheid van de gegevens. Momenteel staan de onderworpen entiteiten garant voor de juistheid van de gegevens in het UBO-register. Zij zijn derhalve verplicht de Schatkist in kennis te stellen van eventuele verschillen tussen de gegevens in het register en de hun bekende gegevens. Aangezien de onderworpen entiteiten het best geplaatst zijn, moet deze controle in hun handen blijven. Dit zal echter binnenkort worden gekoppeld aan een controle door de personen die belast zijn met het bijhouden van het register.
  2. Wat de handhaving betreft, zal binnenkort een EU-autoriteit voor de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme worden opgericht om toezicht op Europees niveau uit te oefenen en een coördinatie- en ondersteuningsmechanisme voor financiële inlichtingeneenheden in te voeren. Deze nieuwe autoriteit moet de huidige werkwijze van de nationale inlichtingeneenheden veranderen en de praktijken in de EU harmoniseren.
  3. Wat de grensoverschrijdende samenwerking betreft, veronderstelt dit consistentie tussen de verschillende registers. Pas als dit is bereikt, kan de grensoverschrijdende samenwerking haar rol ten volle spelen.

Sommige van deze problemen moeten worden aangepakt door de aanneming op EU-niveau van het nieuwe “ AML-pakket” dat de Europese Commissie op 20 juli 2021 heeft voorgesteld. Dit ambitieuze wetgevingspakket omvat een voorstel voor een Europese verordening tot verdere harmonisatie van de anti-witwaswetgeving in de Europese Unie en het voorstel voor een verordening tot oprichting van de bovengenoemde autoriteit voor de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme op Europees niveau.

Een laatste ontwikkeling op nationaal niveau: de ministerraad heeft in zijn vergadering van 7 oktober een wetsontwerp tot wijziging van de anti-witwaswet en een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het KB/UBO goedgekeurd om onder meer de diensten van de Inspectie van Financiën toegang te verlenen tot het UBO-register.

Ten slotte moet worden opgemerkt dat uiteindelijke begunstigden steeds belangrijker worden voor de uitvoering van diverse reeds aangenomen of geplande wetgeving. Iets wat enkele jaren geleden nog onmogelijk leek, wordt nu een wereldwijde realiteit.

Bron : Camille Luxen, attaché juridische zaken IBR, Instituut van de Bedrijfsrevisoren, oktober 2022

Mots clés