Jobverlies neemt sterk toe in 2021. Arbeiders meest kwetsbaar: werkgevers draaien sneller tewerkstelling terug
Het jaar is slecht gestart voor kmo: voor het eerst in twee jaar is er jobverlies i.p.v. jobaangroei in de maand januari. Dit zijn de nieuwe inzichten uit de longitudinale analyse van SD Worx van de cijfers van meer dan 21.000 kmo-werkgevers met 320.000 werknemers over de laatste 2 jaar in de privé in België
In januari 2021 zijn er opnieuw minder kmo’s die aanwerven (12,11%) en meer kmo’s met contractbeëndigingen (nl. 15,70%). Deze combinatie zorgt voor een groter jobverlies. Augustus is steevast de maand met het grootste aandeel werkgevers met contractbeëindigingen (nl. 20,5%), gevolgd door september en januari. Ten opzichte van 2019 zijn er grotere verschillen in het percentage werkgevers dat aanwerft; de verschillen zijn kleiner qua contractbeëindigingen.
“De eerste reactie van werkgevers op de crisis was de aanwervingen on hold zetten. Enkel in zomermaanden was er een korte heropleving met meer aanwervingen dan in 2019. Werkgevers gingen in 2020 gelukkig niet massaal over tot contractbeëindigingen; de effectieve beëindigingen liggen ook iets lager dan de intenties, die we elke drie maanden onderzoeken. De negatieve trend van hogere ontslagen in 2020 leek even gestopt in november en december. Maar in januari 2021 zijn er terug meer kmo’s die mensen moeten ontslaan en minder die aanwerven. Daarom zien we nu een jobverlies in januari, terwijl januari normaalgezien een jobaangroei betekent.. Omgevingen met arbeiders schakelen sneller terug in aantal jobs; in principe schakelen ze ook sneller terug omhoog, al is dat nu wel geleden van juni en juli“, stelt Annelies Rottiers verantwoordelijke kmo-consultancy van SD Worx.
Ten opzicht van 2019 leverden enkel de zomermaanden juni en augustus meer aanwervingen op (in aantal koppen); sindsdien zien we nog geen herstel.
In aantal jobs is het verlies in januari 2021 (t.o.v. december 20) bij arbeiders vijf keer groter dan bij bedienden, nl. -1,08% bij arbeiders en -0,21% bij bedienden. Omgevingen met arbeiders schakelen sneller bij deze crisis: zowel qua terugval als herstel. In april en mei was de afname in aantal koppen minimaal dubbel zo groot bij arbeiders dan bij bedienden. Bij arbeiders vielen de jobs in onze kmo’s (in aantal koppen en van maand tot maand) in april en mei terug met -1,54% en met -0,47%. Bij bedienden daalde het volume met -0,66% en met -0,27%, (telkens minder dan de helft). Ook was het herstel in juni en juli groter bij arbeiders (met resp. 1,47% en 0,50% groei in juni en juli), bij bedienden duurt het langer: de stijgingen zijn minder groot (nl. resp. 0,21% en 0,64% voor juni en juli). Bij bedienden zet zich voor september en oktober nog een hoopvolle evolutie in, maar de arbeidersjobs bleven dalen, tot -0,71%% in december.
Bron: SDWorx