Het periodieke pakket inbreukbeslissingen betreft de gerechtelijke stappen van de Europese Commissie tegen lidstaten die hun verplichtingen uit hoofde van het EU-recht niet zijn nagekomen.
De beslissingen betreffen diverse EU-beleidsterreinen en moeten ervoor zorgen dat het EU-recht juist wordt toegepast. Daar hebben zowel burgers als bedrijven baat bij. De voornaamste beslissingen van de Commissie worden hieronder weergegeven, gegroepeerd per beleidsterrein.
meer informatie: Markus Lammert – tel.: +32 2 296 75 33; Elettra Di Massa – tel. +32 2 298 21 61)
Aanmaningsbrieven
Commissie verzoekt BELGIË, ESTLAND, NEDERLAND, SLOWAKIJE en ZWEDEN een aantal bepalingen van de vuurwapenrichtlijn correct om te zetten
De Europese Commissie heeft besloten een inbreukprocedure in te leiden door een aanmaningsbrief te sturen aan België (INFR(2025)2023), Estland (INFR(2025)2024), Slowakije (INFR(2025)2025) en Zweden (INFR(2024)2275), en een aanvullende aanmaningsbrief met bijkomende klachten aan Nederland (INFR(2024)2265).België, Estland, Slowakije, Zweden en Nederland hebben sommige bepalingen van Richtlijn (EU) 2021/555 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens (vuurwapenrichtlijn) niet correct omgezet. België, Estland en Zweden hebben ook sommige bepalingen van Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/69 van de Commissie inzake alarm- en seinwapens niet correct omgezet. De vuurwapenrichtlijn stelt gemeenschappelijke minimumnormen vast voor de verwerving, het voorhanden hebben en de commerciële uitwisseling van civiele vuurwapens, bijvoorbeeld vuurwapens die worden gebruikt voor schietsport en jacht. De richtlijn stelt ook hoge normen vast op het gebied van veiligheid en bescherming tegen strafbare feiten en illegale handel in vuurwapens. De uitvoeringsrichtlijn stelt technische specificaties vast voor alarm- en seinwapens (die alleen losse munitie of irriterende stoffen afgeven) om beter te voorkomen dat deze illegaal worden omgebouwd tot dodelijke vuurwapens. De Commissie heeft conformiteitsproblemen geïdentificeerd met betrekking tot verschillende aspecten van de richtlijn die van invloed zijn op de veiligheid en de handel. Daarom stuurt de Commissie aanmaningsbrieven aan België, Estland, Slowakije en Zweden, en een aanvullende aanmaningsbrief aan Nederland. De lidstaten hebben nu twee maanden tijd om te reageren en de door de Commissie geconstateerde tekortkomingen aan te pakken. Komt er geen bevredigend antwoord, dan kan de Commissie besluiten een met redenen omkleed advies te sturen.
(meer informatie: Markus Lammert – tel.: +32 2 296 75 33; Yuliya Matsyk – tel.: +32 2 296 27 16)
Aanmaningsbrieven
Commissie roept BELGIË op de EU-regels inzake prijsverminderingen met betrekking tot diensten correct om te zetten
De Europese Commissie heeft besloten een inbreukprocedure in te stellen door een aanmaningsbrief te sturen aan België (INFR(2025)2044) wegens het niet correct omzetten van de regels inzake prijsverminderingen zoals voorzien in de moderniseringsrichtlijn (Richtlijn (EU) 2019/2161). Deze richtlijn wijzigt vier richtlijnen: de richtlijn oneerlijke handelspraktijken, de richtlijn consumentenrechten, de richtlijn oneerlijke bedingen en de richtlijn prijsaanduiding. De richtlijn beoogt een hoog niveau van consumentenbescherming te waarborgen, maar ook de nationale regels te harmoniseren ten behoeve van de interne markt. De Commissie is van mening dat de Belgische bepalingen tot omzetting van de wijzigingen van de richtlijn prijsaanduiding buiten het toepassingsgebied ervan vallen en niet alleen betrekking hebben op roerende goederen zoals vereist door de richtlijn, maar ook op diensten. België voldoet dus niet aan de richtlijn oneerlijke handelspraktijken, die van toepassing is op alle handelspraktijken, waaronder aankondigingen van prijsverlagingen voor diensten, en belet de lidstaten strengere regels vast te stellen die verder gaan dan zijn vereisten en die van andere EU-wetgeving. Daarom stuurt de Commissie België een aanmaningsbrief, waarna het land twee maanden de tijd heeft om te reageren en de door de Commissie geconstateerde tekortkomingen aan te pakken. Komt er geen bevredigend antwoord, dan kan de Commissie besluiten een met redenen omkleed advies te sturen.
(meer informatie: Anna-Kaisa Itkonen – tel.: +32 2 295 75 01; Ana Crespo Parrondo – tel.: +32 2 298 13 25; Giulia Bedini – tel.: +32 2 295 86 61)
Met redenen omkleed advies
Commissie roept lidstaten op tot versnelde omzetting van de overeengekomen regels om de handel in emissierechten te versterken en uit te breiden
De Europese Commissie heeft vandaag besloten een met redenen omkleed advies te sturen aan België (INFR(2024)0009), Bulgarije (INFR(2024)0015), Tsjechië (INFR(2024)0027), Estland (INFR(2024)0039), Spanje (INFR(2024)0051), Letland (INFR(2024)0096), Hongarije (INFR(2024)0069), Polen (INFR(2024)0115), Portugal (INFR(2024)0121), Roemenië (INFR(2024)0127), Slovenië (INFR(2024)0135), en Finland (INFR(2024)0057) omdat deze landen Richtlijn (EU) 2023/959 inzake het emissiehandelssysteem van de EU (EU-ETS) niet of slechts gedeeltelijk in nationaal recht hebben omgezet, hoewel de uiterste datum voor omzetting 31 december 2023 was. De herziening van de EU-ETS-richtlijn, tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG, versterkt de bestaande regels van het EU-ETS, breidt het ETS uit tot maritiem vervoer, vermindert de hoeveelheid emissierechten en bepaalt dat er minder emissierechten kosteloos mogen worden toegewezen, terwijl de middelen ter ondersteuning van decarbonisatie binnen de regeling worden versterkt. De Europese Commissie heeft tevens besloten een met redenen omkleed advies te sturen aan België (INFR(2024)0008), Bulgarije (INFR(2024)0014), Estland (INFR(2024)0038), Spanje (INFR(2024)0050), Cyprus (INFR(2024)0021), Letland (INFR(2024)0095), Hongarije (INFR(2024)0068), Polen (INFR(2024)0114), Roemenië (INFR(2024)0126), Slovenië (INFR(2024)0134) en Finland (INFR(2024)0056) omdat deze landen Richtlijn (EU) 2023/958 inzake de herziene EU-ETS-regels voor de luchtvaartsector niet of slechts gedeeltelijk in nationaal recht hebben omgezet, hoewel de uiterste datum voor omzetting 31 december 2023 was. Met de wijzigingen wordt de ambitie in de luchtvaartsector vergroot en wordt uitvoering gegeven aan de regeling voor koolstofcompensatie en -reductie voor de internationale luchtvaart. De volledige omzetting van deze richtlijnen is essentieel om de goede werking van het EU-ETS te waarborgen, verstoringen op de interne markt te voorkomen en het systeem in overeenstemming te brengen met de klimaatdoelstellingen van de EU voor 2030 die zijn vastgesteld in de Europese klimaatwet. In januari 2024 heeft de Commissie 26 lidstaten een aanmaningsbrief gestuurd omdat zij de twee richtlijnen niet volledig hadden omgezet in nationaal recht. De lidstaten werken aan de omzettingsmaatregelen van de richtlijnen en de respectieve bepalingen, maar de bovengenoemde lidstaten hebben geen mededeling gedaan van gedeeltelijke of volledige omzetting. Daarom heeft de Commissie besloten de betrokken lidstaten een met redenen omkleed advies te sturen. Deze landen hebben nu twee maanden de tijd om te reageren en de nodige maatregelen te nemen voor een volledige en correcte omzetting. Anders kan de Commissie besluiten de zaken bij het Hof van Justitie van de Europese Unie aanhangig te maken.
(meer informatie: Olof Gill – tel.: +32 2 296 59 66; Marta Perez-Cejuela Romero – tel.: +32 2 296 37 70)
Aanmaningsbrieven en aanvullende aanmaningsbrief
Commissie roept lidstaten op de wijzigingen in de vijfde richtlijn kapitaalvereisten en in de bij de MiCA-verordening ingevoerde klokkenluidersrichtlijn om te zetten
De Europese Commissie heeft besloten een inbreukprocedure in te leiden door aanmaningsbrieven te sturen naar België (INFR(2025)2031), Bulgarije (INFR(2025)2032), Nederland (INFR(2025)2037), Polen (INFR(2025)2038), Portugal (INFR(2025)2039) en Roemenië (INFR(2025)2040) wegens het niet omzetten van de wijzigingen in de vijfde richtlijn kapitaalvereisten (Richtlijn 2013/36/EU) en in de bij de MiCA-verordening (Verordening (EU) 2023/1114) ingevoerde klokkenluidersrichtlijn (Richtlijn (EU) 2019/1937). De vijfde richtlijn kapitaalvereisten bevat prudentiële vereisten voor kredietinstellingen, met name op het gebied van governance, toezicht, kapitaaltoereikendheid en risicobeheer. In de klokkenluidersrichtlijn zijn regels en procedures vastgesteld ter bescherming van personen die in een werkgerelateerde context inbreuken op het Unierecht melden op belangrijke beleidsterreinen. De zeven lidstaten hebben nagelaten om vóór de uiterste datum van 30 december 2024 mededeling te doen van de omzetting van de wijzigingen. Daarom stuurt de Commissie een aanmaningsbrief aan België, Bulgarije, Nederland, Polen, Portugal en Roemenië, waarna de landen twee maanden de tijd hebben om te reageren en de door de Commissie geconstateerde tekortkomingen aan te pakken. Komt er geen bevredigend antwoord van de lidstaten, dan kan de Commissie besluiten een met redenen omkleed advies te sturen.
De Commissie sluit ook 83 zaken waarin de problemen met de betrokken lidstaten zijn opgelost. In die zaken hoeft de Commissie de inbreukprocedure dus niet voort te zetten.
Deze interactieve kaarten en aanpasbare grafieken tonen de stand van zaken van de handhaving door de Commissie en de naleving van het EU-recht door de EU-landen. U kunt het register van inbreukbesluiten raadplegen voor meer informatie over de geschiedenis van een zaak of om toegang te krijgen tot de volledige databank van inbreukbesluiten. Zie ook de vragen en antwoorden voor meer informatie over de EU-inbreukprocedure.