Ondanks pleidooien voor de inzet van ook andere assurance providers bij het toetsen van duurzaamheidsrapportages, moet Nederland die taak exclusief aan de auditor* toevertrouwen.
Dat stellen vijf onderzoekers in hun opiniestuk in het Financieele Dagblad (FD). Daarmee willen ze dat Nederland de koers volgt van vrijwel alle EU-lidstaten.
Terwijl in België het wetsvoorstel tot implementatie van de Europese CSRD-richtlijn nog bij de Raad van State voorligt voor advies, kon in Nederland het wetsvoorstel intussen zonder opmerkingen van de Raad van State naar de Tweede Kamer.
In Nederland is de sector bezorgd over de beschikbaarheid van voldoende kennis en mankracht voor dat extra controlewerk en pleit men ervoor om het jaarverslag door twee verschillende auditors te laten controleren: één voor de financiële en één voor de niet-financiële of duurzaamheidsinformatie.
Ook emeritus hoogleraar Ruud Vergoossen bepleitte in een opiniebijdrage in juni 2024 voor het inzetten van ook andere assurance-providers omdat de auditsector een tekort heeft aan capaciteiten en “steken laat vallen bij de toetsing van het bestuursverslag”.
Dat idee werd dan weer in juli 2024 bestreden door drie Nederlandse hogeschooldocenten die in de opsplitsing en de inzet van andere assurance providers een gemiste kans zien om de duurzaamheidsdata daadwerkelijk te integreren in het jaarrapport. Dat stellen Egbert Willekes (Hogeschool van Arnhem en Nijmegen), Maaike Lycklama à Nijeholt (Hogeschool Rotterdam) en Marleen Janssen Groesbeek (Hogeschool Avans): "Een gemiste kans", menen de drie auteurs in het FD: "Het gehele jaarverslag, inclusief duurzaamheidsdata, dient door dezelfde auditor gecontroleerd en getekend te worden. De achterliggende gedachte van de CSRD is immers om duurzaamheid te integreren in de strategie van de organisatie en niét als apart onderdeel te zien dat los staat van het financieel jaarverslag."
De integrated thinking-gedachte kan anders in het geding komen, vrezen zij. "Duurzaamheidsinformatie wordt daarmee iets aparts, waar je volgens de wet aan moet voldoen. De CSRD wordt dan een compliance exercitie die geen wezenlijke verandering teweeg zal brengen, maar slechts leidt tot extra administratieve lasten."
De auteurs vrezen voor een scheiding tussen financiële en niet-financiële informatie, wat kan leiden tot twee afzonderlijke rapportagestromen.
De drie docenten argumenteren ook dat de omvorming van financiële auditors tot controleurs van het geïntegreerde jaarverslag de maatschappelijke relevantie van het vak en daarmee ook de aantrekkelijkheid voor young potentials fors kan verhogen.
Op 25 augustus traden Robin Litjens en Edwin van Haare, respectievelijk hoofd bureau vaktechniek en partner ESG bij Newtone in hun opiniestuk deze zienswijze bij. Als bijkomend argument om een geïntegreerde controle exclusief bij de wettelijke auditor te leggen, halen zij een hogere eindkwaliteit aan: "Zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat auditors een hogere kwaliteit leveren bij het beoordelen van duurzaamheidsverslagen tegen lagere kosten dan andere assurance-providers, zelfs wanneer verschillende auditors respectievelijk het duurzaamheidsverslag en het financieel jaarverslag controleren".
Ook vanuit het oogpunt van kosten is het gunstiger als de auditor beide verslagen beoordeelt, “door de synergievoordelen die ontstaan wanneer auditors bij het verifiëren van duurzaamheidsinformatie ook implicaties voor de financiële rapportage kunnen identificeren en vice versa”.
Omdat de wetgever in bijna alle andere EU-lidstaten de toetsing van duurzaamheidsinformatie exclusief bij de wettelijke auditor wil leggen moet Nederland volgens de twee auteurs zorgvuldig afwegen of een uitzonderingspositie in lijn is met de strategische doelen van de Nederlandse economie en de Europese harmonisatie-inspanningen.
-------------------------------
* De wettelijke audit wordt in België uitgevoerd door een bedrijfsrevisor/commissaris. In Nederland wordt de beroepstitel van accountant gehanteerd. Gemakshalve gebruik ik hier de term auditor.