Olo green, de groene staatsobligaties : wat u zou beter moet weten !

in het kader van het ontwikkeling van de thematische 'Beleidopties voor een Belgische duurzame strategie" trekt de site climat.be de bijzonder de aandacht op de financiering van de transitie via financiële instrumenten, zoals de groene staatsobligaties. Stand van zaken met inbegrepen pertinent en regelmatig rapporten.

Uitdadingen in Belgie

In de afgelopen jaren heeft de Europese Unie een uitgebreid regelgevend kader voor duurzame financiën (of sustainable finance) uitgewerkt. De implementatie, die meerdere jaren zal duren, stelt aanzienlijke uitdagingen voor Belgische financiële en niet-financiële ondernemingen evenals aan de toezichthouders:

  • Administratieve lasten: Belgische financiële en niet-financiële ondernemingen worden onderworpen aan duurzaamheidsrapportageverplichtingen, een relatief nieuw gebied voor hen. De diverse eisen die voortvloeien uit de Europese wetgeving zijn ook zeer gefragmenteerd en onduidelijk voor onze bedrijven. Bovendien zullen de federale autoriteiten in staat moeten zijn om effectief toezicht te houden op de naleving van deze Europese regels.
  • Impact op kmo’s: ook al zijn ze niet onderworpen aan de verplichtingen van duurzame financiën, ondervinden kmo’s indirecte gevolgen. Om te voldoen aan hun eigen Europese verplichtingen, zijn grote ondernemingen afhankelijk van gegevens die worden verstrekt door kmo’s in hun portefeuille of waardeketen. Het is daarom cruciaal om de impact van dit Europees beleidskader op kmo’s te evalueren en hen te ondersteunen bij het verzamelen en communiceren van duurzaamheidsinformatie.
  • Capaciteit van de toezichthouder: omwille van gegevensproblemen met betrekking tot duurzaamheidsrisico’s, zijn de toezichthouders momenteel niet in staat om aan hun wettelijke verplichtingen te voldoen, wat op zijn beurt leidt tot een gebrekkige beoordeling van de werkelijke impact van deze risico’s op de financiële sector.

De federale staat is eveneens een financiële actor, aangezien zij verschillende financiële instrumenten beheert. Vanuit deze optiek moet de Staat een voorbeeld stellen en zelf een aantal uitdagingen het hoofd bieden:

  • het beleid varieert en komt de aangegane verplichtingen niet na: momenteel loopt het duurzaamheidsbeleid van de federale financiële vehikels sterk uiteen en voldoet het niet altijd aan de Europese en Belgische engagementen.
  • De transparantie moet worden versterkt: duurzaamheidsinformatie en -rapporten zijn zelden of niet toegankelijk voor het publiek.
  • Het potentieel van de financiële markten moet worden benut om duurzame investeringen te mobiliseren:
    • Bestaande financieringsbronnen voor de transitie benutten en belemmeringen wegnemen om passende beleidsantwoorden te ontwikkelen.
    • Nieuwe financiële instrumenten verkennen om duurzame investeringen te stimuleren, voortbouwend op succesvolle initiatieven in andere Europese landen (90/10-fondsen in Frankrijk, de slapende rekeningen in het Verenigd Koninkrijk, evenals de proactieve rol van pensioenfondsen in Nederland en het Verenigd Koninkrijk, met name via het initiatief Pensions for Purpose).


Wat zijn groene staatsobligaties?

Groene lineaire staatsobligaties, ook bekend als green OLO's, zijn financiële instrumenten uitgegeven door de Belgische overheid met als doel publieke projecten met een positieve impact op het klimaat en het milieu te financieren. België beschouwt het als een belangrijk instrument om private investeringen aan te trekken voor groene overheidsuitgaves en zo bij te dragen tot de transformatie van de economie naar een klimaatneutrale, milieuvriendelijkere en veerkrachtigere samenleving.

Kader en criteria van groene staatsobligaties

Er bestaan een reeks regels en criteria voor het identificeren van in aanmerking komende overheidsuitgaven. Deze zijn opgenomen in een kader (framework), een gestructureerde gids die bepaalt hoe een land zijn staatsobligaties zal uitgeven en beheren. Dit raamwerk stelt beleggers in staat beter te begrijpen hoe deze staatsobligaties worden gestructureerd en beheerd, terwijl de transparantie en het vertrouwen in de internationale financiële markten worden bevorderd.


In 2022 werd het Belgische kader voor groene obligaties geactualiseerd om rekening te houden met de nieuwste marktpraktijken. De update van het Belgische kader is in lijn met de Green Bond Principles, houdt rekening met de EU-taxonomie en de gedelegeerde handelingen, alsook met de EU Green Bond Standard. Sinds juli 2022 worden alle groene OLO-uitgiften uitgevoerd binnen het vernieuwde Belgische kader.

Het kader maakt investeringen op vijf belangrijke gebieden mogelijk:

Energie-efficiëntie (inclusief groene gebouwen)

Schoon vervoer

Hernieuwbare energie

Circulaire economie (inclusief afval- en waterbeheer)

Levende hulpbronnen en landgebruik


> 2018 Eerste groene staatsobligatie (OLO86)

Op 8 februari 2018 gaf België haar eerste groene obligatie (OLO 86) uit, initieel ter waarde van € 4,5 miljard over een looptijd van 15 jaar. Deze werd een aantal keer getapt waarbij deze op 31 mei 2023 op 10,63 miljard euro komt. Tapping is een technische term waarbij de uitgifte van de OLO gedurende de looptijd van de obligatie wordt verhoogd.

> 2022: tweede groene staatsobligatie (OLO96)

Op 14 september 2022 gaf de Belgische Staat voor de tweede keer een groene obligatie (OLO 96) uit, opnieuw voor een initieel bedrag van 4,5 miljard euro. Deze nieuwe groene staatsobligaties vervallen op 22 april 2039, waardoor ze een looptijd hebben van bijna 17 jaar. Ook deze OLO werd getapt, waardoor OLO96 tot een uitstaand bedrag van 5,36 miljard euro komt op 31 mei 2023.

Toewijzingsrapport en milieu-impactrapport

Elk jaar worden de groene OLO's onderworpen aan een dubbele rapportage met een toewijzingsrapport en een milieuimpactrapport:​

Met de publicatie van deze verslagen toont België haar engagement voor transparantie en efficiëntie van de gefinancierde uitgaven. Dit versterkt het vertrouwen van beleggers in deze obligaties en hun positieve impact op het milieu.

De opmaak van het milieu-impactrapport wordt gecoördineerd door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, in samenwerking met het Agentschap van de Schuld.​

  • Het toewijzingsverslag beschrijft voor welke overheidsuitgaven de groene staatsobligatie’s worden uitgegeven, met vermelding van de bedragen en de aard van de milieu- en klimaatgerelateerde uitgaven. Dit rapport stelt beleggers in staat te begrijpen hoe hun belegging duurzame en milieuvriendelijke initiatieven ondersteunt.
  • Het milieu-impactrapport evalueert de concrete resultaten van de overheidsuitgaven die geselecteerd werden binnen de groene staatsobligatie, waarbij hun positieve bijdrage aan de beperking van de klimaatverandering en de bescherming van het milieu wordt gemeten, met name wat betreft de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. Dit stelt beleggers in staat om de werkelijke impact van hun investering te beoordelen.

> Een blik op het laatste milieu-impactrapport

In het meest recente impactrapport voor 2023 wordt een schatting gemaakt van de vermindering van de broeikasgasemissies door investeringen in het spoor, door belastingmaatregelen voor schone vervoersmodi en via herbruikbare drankverpakkingen.


Het omvat 5 belangrijke beleggingscategorieën, die 40% van de totale obligatie-uitgifte vertegenwoordigen. Vanwege de beperkte beschikbaarheid van gegevens kon de milieu-impact slechts voor een deel van de uitgaven worden berekend. De beoordelingricht zich voornamelijk op de gevolgen voor het klimaat en schat de vermindering van de broeikasgasemissies:

Investeringen in het spoor:

  • 173,8 miljoen euro in de vloot van NMBS (de energiezuinigere dubbeldektreinen M7): vermindering van 45,32 kiloton CO₂-equivalent op 45 jaar,
  • 214 miljoen euro in het onderhoud van de spoorweginfrastructuur (Infrabel): vermindering van 172,53 kiloton CO₂-equivalent op 40 jaar.


Fiscale maatregelen voor schoon vervoer:

  • belastingvrijstelling van 130,3 miljoen euro voor de vergoeding door de werkgever van reiskosten met het gewestelijk openbaar vervoer: 91,8 kt CO₂e vermeden in 2023.
  • belastingvrijstelling van 45,8 miljoen euro voor werkgeversvergoedingen voor woon-werkverkeer met de fiets: 20,9kt CO₂e vermeden in 2023.


Herbruikbare verpakkingen:

In totaal hebben deze uitgaven ter waarde van 590,2 miljoen euro de uitstoot van 425,7 kt CO₂-equivalent vermeden, zoals weergegeven in onderstaande tabel:

  • Vermindering van de belasting op glazen verpakkingen voor eenmalig gebruik (26,3 miljoen euro): 95 kt CO₂e vermeden, evenals aanzienlijke besparingen in termen van het gebruik van natuurlijke hulpbronnen, waaronder 68 kt zand, 27 kt kalk en 22 kt natronloog,
  • Vermindering van 4 kt glas dat in het milieu zou terechtkomen, wat neerkomt op ongeveer 17 miljoen flessen.
Uitgaven
Toegewezen bedragen in 2023 (€ miljoen)
Periode waarop de evaluatie betrekking heeft
Beoordeelde impact
Evaluatie (kt CO₂e)
Subsidies aan de NMBS – Investeringsuitgaven (aankoop van M7)
173,8
Impact op de levensduur van M7-treinen (45 jaar)
Vermeden uitstoot van broeikasgassen
45,32
Subsidies aan Infrabel – Investeringsuitgaven (onderhoud van de spoorweginfrastructuur)
214
Impact op de levensduur van onderhoudsinvesteringen (40 jaar)
Vermeden uitstoot van broeikasgassen
172,5
Belastingvrijstellingen en -aftrekposten ter bevordering van schoon vervoer – Openbaar vervoer
130,3
2023
Vermeden uitstoot van broeikasgassen
91,8
Belastingvrijstellingen en -aftrekposten om schoon vervoer te bevorderen – Fietsen
45,8
2023
Vermeden uitstoot van broeikasgassen
20,9
Verlaging van de verpakkingsbelasting voor het gebruik van individuele herbruikbare drankverpakkingen
26,3
2023
Vermeden uitstoot van broeikasgassen
95
Vermeden gewonnen materialen (natronloog, zand, kalksteen)
117
Vermeden glasverspilling
4
Totaal
590,2

Equivalent van vermeden broeikasgasemissies:
425,7

Rapporten:

Meer informatie


Mots clés