Wie zijn job opzegt, doet dat in de helft van de gevallen binnen de twee jaar. Drie op de tien vertrekkers geven hun ontslag zelfs binnen het jaar. In de horeca en de interim- en dienstenchequesector liggen de cijfers het hoogst: meer dan vier op de tien vertrekkers verlaten er hun bedrijf binnen het jaar. Vooral jongeren onder de 25 vertrekken het snelst.
Dat stelt hr-dienstenbedrijf Acerta vast op basis van de cijfers van 260.000 werknemers met een overeenkomst van onbepaalde duur in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers.
Tijdens de zomermaanden gaan veel studenten aan de slag in de horeca, een van de sectoren waar de arbeidskrapte het hevigst woedt. Dat komt onder meer omdat heel wat vaste medewerkers er snel vertrekken, zo blijkt nu uit nieuw onderzoek van Acerta. Vier op de tien werknemers die hun job opzeggen, vertrekken binnen het jaar in de horeca. 61,8% vertrekt er zelfs binnen de twee jaar. Daarmee staat de sector op de tweede plaats in de rangschikking waar werknemers het snelst zelf opstappen. Enkel in de interim- en dienstenchequesector verlaat een nog groter deel van de vertrekkers binnen de twee jaar hun bedrijf (69%).
Figuur 1: einde contracten onbepaalde duur, initiatief werknemer en onderling akkoord, per sector, per aantal jaren in dienst
Ook over alle sectoren heen, zijn er veel werknemers die snel van job veranderen. Van alle contracten van onbepaalde duur die op initiatief van de werknemer of in onderling overleg worden beëindigd, gebeurt dat in 3 op de 10 gevallen binnen het eerste jaar. De helft van de vertrekken (48%) doet zich voor in de eerste twee jaar, driekwart (75,5%) binnen de eerste 5 jaar.
Figuur 2: einde contracten onbepaalde duur, initiatief werknemer en onderling akkoord, per aantal jaren in dienst
Jochen Bessemans, expert talent ontwikkeling bij Acerta Consult: “Als we ervan uitgaan dat het tot 9 maanden duurt voor iemand is ingewerkt in het bedrijf en nóg eens 6 à 9 maanden voor iemand echt op kruissnelheid zit, dan is een aanwerving al gauw een investering van makkelijk anderhalf jaar. Leg daar de vaststelling naast dat de helft van de vertrekkers al binnen de twee jaar weg is en je weet dat dit een aandachtspunt is voor heel wat bedrijven in deze krappe arbeidsmarkt.Een vraag die veel bedrijven zich kunnen stellen is: wat is een gezond personeelsverloop bij ons? Zowel bij een te laag als bij een te hoog verloop riskeer je als onderneming ter plaatse te trappelen. Sommige sectoren, bedrijven en afdelingen kunnen bijvoorbeeld zeer aantrekkelijk zijn voor een breed publiek van pas-afgestudeerden, waarbij je vooraf kan voorspellen dat veel werknemers er na een eerste werkervaring snel doorschuiven. Heel anders is de situatie in sectoren, bedrijven of afdelingen die een specifieke en dus schaarse expertise vragen, waarbij het perspectief van bij de start meer gericht is op de lange termijn.”
De cijfers tonen ook verschillen naargelang de leeftijd. Vooral jongeren onder de 25 vertrekken het snelst. Meer dan de helft (53,2%) van min-25-jarigen die het bedrijf verlaten, doet dat binnen het jaar. En al bij al liggen de cijfers ook bij de oudste leeftijdscategorie nog hoog: dat bij de 55-plussers een kwart (23,5%) binnen het jaar en ruim de helft (53%) binnen de vijf jaar is vertrokken, is iets waar bedrijven best op anticiperen.
Figuur 3: einde contracten onbepaalde duur, initiatief werknemer en onderling akkoord, per leeftijdscategorie, per aantal jaren in dienst
Jochen Bessemans: “Bedrijven die aanwerven met de focus op het invullen van vacatures vandaag, bijvoorbeeld omdat de nood heel erg hoog is, zullen ook mensen aantrekken die enkel focussen op vandaag. Bijvoorbeeld omdat ze op korte termijn een inkomen nodig hebben. Ondernemingen die aanwerven met de focus op de toekomst, zullen meer mensen aantrekken van wie de blik ook meer op de toekomst gericht is. En die dus meer interesse hebben in opleidingen en willen bijleren. Bedrijven die vroeg vertrek zoveel mogelijk willen voorkomen, zetten best in op onboarding met perspectief op duurzame loopbanen. Onder andere door ruimte voor autonomie, aandacht voor betrokkenheid en respect voor individuele competenties te creëren.”
Over de cijfers
De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van een set van 260.000 werknemers met een overeenkomst van onbepaalde duur in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.