Aftrek voor innovatie-inkomsten: dé steunmaatregel voor ondernemingen met innovatieve ideeën

Via de aftrek voor innovatie-inkomsten kunnen vanaf 1 juli 2016 netto-inkomsten voortvloeiend uit een aantal intellectuele eigendomsrechten voor 85% vrijgesteld worden van vennootschapsbelasting. Voordien bestond er reeds de aftrek voor octrooi-inkomsten. Met betrekking tot deze aftrek voor octrooi-inkomsten bestond nog een overgangsperiode, maar sinds 1 juli 2021 is deze octrooi-aftrek volledig verdwenen.

Zowel binnenlandse vennootschappen, als buitenlandse vennootschappen met een vaste inrichting in België kunnen van de vrijstelling inzake innovatie-inkomsten gebruik maken. Het toepassingsgebied van de intellectuele eigendomsrechten die in aanmerking komen voor de vrijstelling is in tegenstelling tot vóór 1 juli 2016 uitgebreid, aangezien nu niet meer enkel inkomsten uit octrooien/patenten (en aanvullende beschermingscertificaten), maar nu ook onder meer inkomsten uit auteursrechtelijk beschermde software in aanmerking komen.

De aftrek bedraagt 85% van de netto-inkomsten uit het intellectuele eigendomsrecht, hetgeen in principe leidt tot een effectieve belastingdruk over die inkomsten van - in het beste geval - 3,75% (= 25% belasting op x 15% van de desbetreffende inkomsten). De niet-benutte aftrek is overdraagbaar naar de volgende belastbare periodes.

Voor auteursrechtelijk beschermde software geldt de bijkomende voorwaarde dat deze moet voortvloeien uit een onderzoeks- of ontwikkelingsproject- of programma. Het bestaan van een onderzoekscentrum zoals bij de aftrek voor octrooi-inkomsten is echter niet langer vereist.

In tegenstelling tot de bruto‐benadering die gold voor de octrooiaftrek, gaat de aftrek voor innovatie-inkomsten uit van een netto-benadering. Dit betekent dat de bruto-inkomsten worden verminderd met alle kosten verbonden aan het intellectueel eigendomsrecht.

Bij de aftrek voor innovatie-inkomsten wordt eveneens gebruik gemaakt van de zogenaamde “nexus benadering”. Zonder te diep in detail te gaan, kan worden gesteld dat deze nexus-breuk hoger zal zijn wanneer de vennootschap alle onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten zelf uitoefent en aldus eigen uitgaven heeft verricht voor het ontwikkelen van een bepaalde innovatie. De nexus-breuk kan daarbij niet hoger zijn dan 1, waarbij 1 aldus betekent dat een vennootschap alle onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten zelf uitoefent.

Het resulterende bedrag na het berekenen van het netto inkomen en het toepassen van de “nexus-benadering” komt in aanmerking voor de aftrek ten belope van 85%.

Neem gerust contact met ons op indien u wenst te laten nagaan of u ook van de aftrek voor innovatie-inkomsten kan genieten.

Bron : Cazimir, februari 2022

Mots clés

Articles recommandés

Circulaire 2024/C/82 over de gewijzigde CFC-regeling

Herstel van fiscale verliezen bij filialisatie: nieuwe bevestiging van de DVB

Circulaire 2024/C/83 betreffende de wijzigingen aangebracht op het vlak van procedure inkomstenbelastingen door de programmawet van 22.12.2023